18

op één lijn 36 1e uitgave 2010 van een academisch centrum en zich niet of nauwelijks lieten zien in de wereld van de praktiserende huisarts. Als gevolg werden regelmatig interessante bevindingen gedaan die de huisartspraktijk niet bereikten. Omgekeerd vonden huisartsen die graag iets onderzocht wilden zien, niet tot nauwelijks toegang tot deze ivoren toren, waardoor relevante problemen aan de aandacht van onderzoekers ontsnapten. Daarmee rees steeds vaker de vraag waarom huisartsen niet zelf kleinschalig onderzoek naar, voor hun praktijk relevante onderwerpen, doen en hoe we onderzoekers uit de ivoren kunnen krijgen. Anno 2010 is beide voor een groot deel gelukt en aan het succes liggen vier ontwikkelingen ten grondslag. WETENSCHAPPELIJk ONDERzOEk OPLEIDINGSPIRAMIDE HAG BI JAAR 2 OHO JAAR 1 OHO EGPRN Wetenschapsstages Post-doc Promovendus AIOTHO Huisartsonderzoekers zelfdiagnostiek, pluis en niet pluis in de huisartspraktijk, etc. Een tweede ontwikkeling betreft de realisatie van netwerken waarbinnen onderzoek kon worden uitgevoerd. Het Registratie Netwerk Huisartspraktijken (RNH) en het netwerk van academische huispraktijken (A12) zijn een belangrijke voorwaarde gebleken voor veel onderzoek nu en in het verleden. zo levert het RNH de mogelijkheid om unieke steekproeven te trekken en systematisch gegevens te verzamelen, terwijl in de A12 praktijken veelal huisartsen werkzaam zijn met meer dan gemiddelde ervaring in het doen van of meedoen aan onderzoek. BI: Brisbane Initiative OHO: Opleiding tot Huisarts en Onderzoeker AIOTHO: Arts In Opleiding tot Huisarts Onderzoeker Op de eerste plaats is dat een betere selectie van onderwerpen van onderzoek die voor de dagelijkse huisartspraktijk relevant zijn. In Maastricht was André knottnerus 25 jaar geleden de belangrijkste aanvoerder van deze ontwikkeling. Een paar voorbeelden van onderzoek dat 20-25 jaar geleden door hem werd opgezet zijn de diagnostiek van niet-acute buikklachten en bloedverlies per anum, de diagnostiek van plasklachten bij mannen, de diagnostiek van hartritmestoornissen en de diagnostiek en behandeling van somatisatie. Momenteel telt de vakgroep Huisartsgeneeskunde 40 promovendi en zijn tussen de 50 en 100 proefschriften en heel veel publicaties verschenen over onderwerpen die niet alleen gaan over orgaansystemen, maar ook over registratienetwerken, automatisering in de huisartspraktijk, implementatie van richtlijnen, de organisatie van de huisartspraktijk, het gezamenlijk consult huisartsspecialist, het effect van stoppen met roken programma’s, slachtofferhulp, de introductie van point-of-care diagnostiek, het voorspellen van fracturen, de behandeling van schouderklachten, de diagnostiek van onbegrepen klachten, diagnostiek en behandeling van infectieziekten, 18 De derde ontwikkeling betreft het opzetten van opleidingen waarin het doen van onderzoek wordt geleerd. Maastricht mag trots zijn op de sleutelrol die zij speelde en speelt in deze opleidingspiramide waar de titel van dit stukje naar verwijst. De piramide symboliseert hoe uit de grote groep studenten geneeskunde (maar ook andere voor ons vak belangrijke studies) die hun wetenschapsstage in de eerstelijns geneeskunde doen, na enige tijd een kleine groep onderzoeksaanvoerders resulteert. De piramide bestaat uit vier (deels overlappende) lagen. Onderaan bevindt zich de breedste laag, bestaande uit de opleiding en begeleiding van geneeskundestudenten die in jaar 6 hun Wetenschapsparticipatie (WESP)-stage doen. De tweede laag wordt gevormd door jaar 1 van de tweejarige Opleiding tot Huisartsonderzoeker (OHO), in Nederland beter bekend als de NHG kaderopleiding Wetenschappelijk onderzoek. Jaar 1 is bedoeld voor huisartsen, huisartsen in opleiding en andere geïnteresseerden die het kritisch beoordelen van gepubliceerd onderzoek willen leren en de stap willen maken naar het doen van kleinschalig onderzoek in de eigen praktijk. In dezelfde laag vinden we het internationale opleidingsprogramma van de European General Practitioners Research Network (EGPRN), het in Europa belangrijkste netwerk van huisarts-onderzoekers. Ook OHO trekt internationaal op, want waar het begon als een samenwerkingsverband tussen Leuven, Antwerpen en Maastricht bestrijkt OHO nu naast Nederland en België ook Duitsland en Frankrijk. In de derde laag van de piramide bevindt zich jaar 2 van OHO. Jaar 2 leidt deelnemers op tot zelfstandige onderzoekers. Het zijn onderzoekers die tevoren met succes jaar 1 of een vergelijkbare eerdere opleiding hebben afgesloten. In deze opleidingslaag zijn de nodige promovendi terug te vinden. In de vierde laag, tevens punt van de piramide, bevinden zich deelnemers aan de zogenaamde Brisbane Initiative (BI). BI is bedoeld voor gepromoveerde onderzoekers die aanvoerders van onderzoeksprogramma’s in de eerstelijns geneeskunde zijn of worden. De deelnemers komen niet alleen uit Europa maar ook uit Noord-Amerika en Australië. De nog relatief jonge leeftijd van BI maakt dat zich hierin nog

19 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication