31

op één lijn 39 1e uitgave 2011 Professionele versus publieke gebruik van prescriptieindicatoren: Pro of contra? WESP ANNELIES BROUWERS. BEGELEIDER JOS BOESTEN. Kwaliteit van voorschrijven Het gebruik van kwaliteitsindicatoren is de afgelopen jaren in opmars, ook in het vakgebied van de huisartsgeneeskunde. Kwaliteitsindicatoren kunnen worden ingezet om de kwaliteit van de geleverde zorg te meten en, zo nodig, met behulp van een actieplan te bevorderen. Prescriptie-indicatoren zijn kwaliteitsindicatoren die gericht zijn op het meten van de kwaliteit van prescriptie. Prescriptie-indicatoren worden voornamelijk professioneel gebruikt door huisartsen ter zelfevaluatie en lering. Er wordt echter steeds meer publiek gebruik gemaakt van indicatoren door externe partijen zoals de overheid, zorgverzekeraars en patiëntenorganisaties. Dit publieke gebruik heeft als doel controle en vergelijk van de kwaliteit van zorg. Wat vinden huisartsen? Er werd in het verleden onderzoek gedaan naar de mening van huisartsen over het algemene gebruik van indicatoren. Echter, het is nog onbekend wat de mening van Nederlandse huisartsen is ten opzichte van het professionele versus het publieke gebruik van indicatoren. Om de mening van huisartsen hieromtrent te achterhalen hebben wij in het kader van het ProscriptUM project (www.proscriptum.nl) een vragenlijst afgenomen. De vragenlijst bestond uit 21 stellingen over het algemene gebruik van prescriptie-indicatoren en over het gebruik van drie specifieke prescriptie-indicatoren bij het voorschrijven van statines. We hebben de beschikbare mailadressen van het Coördinatiebureau Eerste Lijn van onze vakgroep gebruikt en 777 huisartsen uit 586 praktijken benaderd. Uiteindelijk zijn 102 artsen op dit verzoek ingegaan. Resultaten Slechts 56.8% van de artsen vond kwaliteitsindicatoren geschikt om de kwaliteit van zorg te meten en amper 29.5% was van mening dat prescriptie-indicatoren uitsluitend gebaseerd op farmaciedata, geschikt zijn om de kwaliteit van zorg te meten. Verder was er een opvallend verschillende opinie over het professionele versus het publieke gebruik van kwaliteitsindicatoren. Terwijl 84.3% van de respondenten vond dat kwaliteitsindicatoren geschikt zijn voor professioneel 31 gebruik, dacht slechts 24.5% dat kwaliteitsindicatoren geschikt zijn voor publiek gebruik. Dit antwoordpatroon kwam terug bij de drie specifieke prescriptie kwaliteitsindicatoren. Respondenten hadden steeds een significant meer positieve mening over het professionele gebruik van deze indicatoren dan over het publieke gebruik ervan. Conclusie Het lijkt erop dat Nederlandse huisartsen het gebruik van prescriptie-indicatoren beschouwen als hun ‘eigen’ kwaliteitsbevorderende middel en niet willen dat externe partijen dit middel gebruiken. Zorgverzekeraars en beleidsmakers dienen voorzichtig te zijn met het publieke gebruik van indicatoren. Verder onderzoek naar de mening van artsen ten opzichte van het toenemende gebruik van kwaliteitsindicatoren is gewenst. Voor vragen en opmerkingen: a-.brouwers@student.maastrichtuniversity.nl

32 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication