6

op één lijn 40 2e uitgave 201 1 Huisarts op een andere stoel ‘Ik ben een psychiatroïd’ DOOR DIEDERD KRONJEE, ALGEMEEN ARTS MONDRIAAN Ik ben een psychiatroïd: een arts met psychiatrische belangstelling. Ik vind het uitdagend als de problemen van de patiënt gecompliceerd zijn. De patiënt met wie het moeilijk praten is, die meerdere symptomen en gezondheidsproblemen heeft of niet doet wat er van een patiënt verwacht wordt. Ik wil mij niet specialiseren in een discipline, bijvoorbeeld psychiatrie. Maar ik wil wel deskundig zijn in de kennis over en de omgang met de psychiatrische patiënt. Ik werkte tot voor kort in de academische huisartsenpraktijk MCWK in Kerkrade. Sinds een aantal maanden werk ik in het algemeen psychiatrisch ziekenhuis (APZ) Mondriaan in Heerlen. Dit ziekenhuis heeft ruim 300 bedden, voor zowel acute en kortdurende opname als langdurig verblijf. Op hetzelfde terrein staan ook klinieken voor kinderen en jeugd, forensische psychiatrie en verslavingszorg; ook daarvan zie ik patiënten. Mondriaan neemt huisartsen in dienst, maar als een huisarts alleen maar werkt in een APZ verliest hij uiteindelijk zijn registratie. En van een algemeen arts werkzaam in de psychiatrie bestaat (nog) geen officiële registratie. Het werk is wel vergelijkbaar met dat van een huisarts in een praktijk. Ik ben de somatische eerstelijn in het APZ. De patiënt kan zelfstandig met mij een afspraak maken. Verpleegkundigen, arts-assistenten en psychiaters kunnen de patiënt naar mij verwijzen of met mij overleggen. Op sommige afdelingen loop ik op een vast tijdstip visite, op andere kom ik zo nodig. De consulten betreffen meestal een kleine kwaal of een symptoom van een chronische aandoening. Maar er zijn ook belangrijke verschillen. Ik zie geen baby’s en kleuters. Het aantal consulten op één dag en de kans op spoedeisende consulten zijn veel minder groot dan in de praktijk. Ik moet kennis hebben over psychiatrische ziektebeelden en hun behandeling. En ik raak steeds meer deskundig op het gebied van bejegening en somatische comorbiditeit van de psychiatrische patiënt en van somatische bijwerkingen van psychofarmaca. Het werk bevalt erg goed, maar ik mis wel de dynamiek van de huisartspraktijk. Daarom wil ik een aantal dagdelen blijven werken in de huisartsenpraktijk. Als bijkomend voordeel behoud ik dan ook mijn registratie als huisarts. Beschouw mij dus niet verloren voor het vak van huisarts, maar als verrijking door mijn werk met psychiatrische patiënten, een groep die in menige huisartsenpraktijk als moeilijk wordt ervaren. 6

7 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication