26

op één lijn 46 2e uitgave 2013 WESP-student: Christianne Erens Kwaliteit van de ketenzorg BeGeleider: dr. ANNA HuiziNG Christianne Erens Achtergrond In 2010 is in de regio Maastricht-Heuvelland de eerstelijns ketenzorg Hart- en Vaatziekten (HVZ) ingevoerd. Literatuur over de effecten van deze ketenzorg is beperkt. Daarnaast bestaat discussie over de huidige kwaliteitsindicatoren, de patiëntervaringen met ketenzorg en het verschil in effectiviteit tussen de groepen primaire en secundaire preventie. Doel Meer inzicht krijgen in de kwaliteit van de ketenzorg HVZ in de regio Maastricht-Heuvelland. Methode We deden een literatuurstudie en expertmeeting om de gewenste kwaliteitsindicatoren in de ketenzorg in kaart te brengen. Effecten op verschillende indicatoren werden geanalyseerd met behulp van patiëntgegevens uit het regionale keteninformatiesysteem. Patiëntervaringen werden gescoord met de PACIC-vragenlijst met daarbij enkele vragen over de verandering van de opzet van zorg. Resultaten We vonden een grote variatie in gebruikte indicatoren. Een significante verbetering vond plaats betreffende systolische bloeddruk, LDL-cholesterol en aantal rokers (2010-2012). De gemiddelde BMI-waarde steeg echter. Procesindicatoren waren al goed, maar verbeterden in de tijd. Patiënten scoorden een 2.8 (schaal 1-5) op de PACIC. De helft van de patiënten die op de hoogte was van een verandering vond dit een verbetering. Patiënten gaven de zorg in het algemeen een 7.3 (schaal 1-10). Conclusie In de periode 2010-2012 zagen we in MaastrichtHeuvelland een verbetering van de meeste proces-en uitkomstmaten en van patiëntervaringen. Desondanks is er nog winst te behalen betreffende regulatie van bloeddruk, LDL-cholesterol en BMI. Volgens patiënten is er vooral verbetering nodig op de gebieden ‘zorg op maat’ en ‘coördinatie en nazorg’. Invoering van individuele zorgplannen zou hierin een rol kunnen spelen. Er zijn geen belangrijke verschillen in effecten tussen de primaire en secundaire preventie. Uit het hoofd Academische huisarts: een witte schimmel? DOOR JEAN MURIS, HOOFD HUISARTSOPLEIDING MAASTRICHT Jean Muris Als ik met opleiders praat over de verwetenschappelijking van de huisartsopleiding merk ik dat er een aantal misverstanden is ontstaan. Een ervan is het misverstand, dat huisartsen het beeld hebben, dat verwetenschappelijking een beweging is die druk op hen legt om zelf wetenschappelijk onderzoek te doen, 26 een proefschrift te schrijven en te promoveren. Het zou natuurlijk fantastisch zijn als het aantal gepromoveerde huisartsen zou toenemen, maar dit is voor mij niet de kern van verwetenschappelijking. Wat is het verband tussen wetenschap, opleiding en praktijk? Ik denk dan juist meer aan het stellen van

27 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication