16

op één lijn 51 1 e uitgave 2015 GOUDen promotie Opsporen van kwetsbare ouderen DOOR MANDY STIJNEN, ONDERZOEKER VAKGROEP HUISARTSGENEESKUNDE UM Als promovendus van de Universiteit Maastricht en de Academische Werkplaats Publieke Gezondheid Limburg ben ik eind 2009 mijn promotietraject gestart. Na jaren met veel enthousiasme aan mijn onderzoek te hebben gewerkt, was het op donderdag 12 februari jl. zover. Buiten een heerlijk zonnetje en carnavalsversieringen, binnen op de Minderbroedersberg opperste concentratie en gezonde zenuwen gedurende de verdediging van mijn proefschrift getiteld ‘Towards proactive care for potentially frail older people in general practice. Development, feasibility, and effectiveness of the [G]OLD preventive home visitation programme’. In mijn onderzoek stond het project [G]OUD (‘Gezond Oud in Limburg’) centraal. Tijdens een preventief huisbezoek, het zogeheten [G}OUD-consult, brengt de praktijkondersteuner (POH) met behulp van de [G] OUD-vragenlijst het lichamelijk, psychisch en sociaal functioneren, leefstijl en medicatiegebruik van zelfstandig wonende 75-plussers systematisch in kaart. De POH bespreekt de uitkomsten met de huisarts. Als de antwoorden daartoe aanleiding geven, stellen huisarts en POH in overleg met de oudere een zorgbehandelplan op. In samenwerking met de huisartsenorganisaties ZIO en HOZL werd [G]OUD uitgerold in de regio’s Maastricht-Heuvelland en Parkstad. Uiteindelijk namen 24 huisartsprakijken deel aan het onderzoek waarvan 13 interventiepraktijken in Maastricht-Heuvelland en Parkstad waar [G]OUD werd ingezet. De uitkomsten van deze huisartspraktijken werden vergeleken met de uitkomsten van 11 huisartspraktijken in Parkstad en Midden-Limburg (huisartsenorganisatie Meditta) die de methodiek niet inzetten (de controlepraktijken). In totaal namen 721 ouderen uit de interventiepraktijken en 1.016 ouderen uit de controlepraktijken deel. Zij vulden een vragenlijst in voorafgaand aan het huisbezoek en nog eens na zes, twaalf en achttien maanden. Daarnaast werden verscheidene interviews uitgevoerd met huisartsen, praktijkondersteuners en ouderen in het kader van een uitgebreide procesevaluatie. Tijdens het promotietraject stond het onderzoeken van de effectiviteit en praktische uitvoerbaarheid van [G]OUD 16 binnen huisartsenpraktijken centraal. Geconcludeerd kan worden dat huisartsen en praktijkondersteuners over het algemeen positief zijn over [G]OUD. De methodiek helpt hen om ouderen in de praktijk beter in beeld te krijgen en dat is iets waar huisartsen duidelijk behoefte aan hebben. Wel constateren zij dat het moeilijk blijft om juist die ouderen op te sporen die echt baat hebben bij een huisbezoek. Bovendien is [G]OUD erg arbeidsintensief en vragen zij zich af of de kosten en tijdsinvestering opwegen tegen de baten. Uit de effectstudie kwam naar voren dat ouderen bij wie [G]OUD werd ingezet na zes en achttien maanden gemiddeld iets minder beperkingen door een lichamelijk probleem ervoeren. Er waren géén overige effecten op de kwaliteit van leven en zelfredzaamheid van ouderen. Het feit dat het onderzoek weinig effect laat zien, betekent overigens niet dat [G]OUD een methodiek is die moet worden afgeschreven. Integendeel. Zo laat het onderzoek ook zien dat al meer resultaat kan worden geboekt als huisartsen niet alle 75-plussers voor een huisbezoek benaderen, maar een selectie maken. Bijvoorbeeld op basis van medicatiegebruik en chronische aandoeningen. Tot slot is het belangrijk om aan te sluiten bij vergelijkbare projecten. Een goed voorbeeld vormen de keukentafelgesprekken die in veel gemeenten gevoerd worden om de zorgbehoeften van ouderen in beeld te krijgen. Met een betere aansluiting en afstemming kan in onderlinge samenwerking de ouderenzorg worden vormgegeven.

17 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication