11

2e uitgave 2015 Ervaringen van studenten Wat vinden de coassistenten van het nieuwe coschap? DOOR MARION VAN LIEROP EN MIRIAM JANSSEN, COÖRDINATOREN COSCHAP In nummer 50 van ‘Op één Lijn’ hebben we u bijgepraat over het geïntegreerde coschap Huisartsgeneeskunde en Sociale Geneeskunde. We hebben het met name gehad over de veranderingen voor u als opleider: het competentiegericht opleiden en beoordelen. Ook voor de coassistenten brengt het nieuwe coschap veranderingen met zich mee. Zij zijn al wel enigszins gewend aan competentiegericht opleiden en beoordelen op de werkplek vanuit de kliniek, maar op de werkplek huisartsgeneeskunde blijft de begeleiding en het werken in een team voor velen heel bijzonder. We hebben een paar coassistenten gevraagd hun ervaringen op papier te zetten zodat u kunt lezen hoe coassistenten de werkplekken in dit coschap waarderen. Elske, Job en Judith zijn alle drie gestart in januari 2015 en inmiddels al weer klaar met het coschap. Elske van den Burg Tijdens het coschap huisartsgeneeskunde en sociale geneeskunde heb ik een aantal ervaringen opgedaan die volgens mij typerend zijn voor een coschap in de eerstelijn. Voor aanvang van mijn coschap werd ik al gebeld door de huisarts of ik alvast een dienst mee wilde doen. Dit zou namelijk een visitedienst zijn, en die zouden niet meer voorkomen tijdens mijn coschap. Het was ontzettend leerzaam om mee te gaan. Daarnaast merkte ik meteen hoe betrokken de huisarts was bij mijn leerproces. Ik was verbaasd dat er zelfs voor mijn coschap al aan me werd gedacht, zoiets zou in het ziekenhuis niet snel gebeuren. De feedback die ik kreeg tijdens het coschap was ook een stuk persoonlijker (en vaak nuttiger) dan in het ziekenhuis. Dit was vooral omdat ik constant met dezelfde artsen meeliep, en ze dus een goed beeld konden krijgen van hoe ik functioneer. Ook bij de Arts voor Verstandelijk Gehandicapten was dat het geval. Hier merkte ik verder hoe leuk het is om in een klein team te werken. De artsen en de paramedici kennen elkaar écht, en dat merk je. Wat me het meeste aansprak bij beide werkplekken was het contact met de patiënt. De arts-patiënt relatie is anders dan in het ziekenhuis, omdat er veel meer ‘geschiedenis’ is in het contact. Niet alleen kennen arts en patiënt elkaar, maar de arts kent vaak ook de ouders, de kinderen en de buren. Door deze en andere ervaringen die ik op heb gedaan tijdens dit coschap, zie ik mezelf wel werken in de eerste lijn! Job Verdonschot Langzaam duw ik de deur van de huisartsenpraktijk open en word ik vriendelijk verwelkomd door twee doktersassistenten. “Zo, dit is nog eens een andere setting dan in het ziekenhuis”, was het eerste wat door me heen ging. Niet alleen de setting, maar ook de hele manier van werken was anders. Diezelfde (eerste) dag draaide ik al direct een half spreekuur. Ook de begeleiding, de kwaliteit van feedback en het teamgevoel was nergens zoals bij de huisarts. De somatiserende instelling en het ‘moeten-behandelen’ principe, kenmerkend voor menig jonge enthousiaste arts, maakte steeds meer plaats voor het psychosociale aspect binnen de geneeskunde. Daarnaast veranderde de paternalistische attitude in een vraagstelling van “wat verwacht deze patiënt van mij en waarom komt deze vandaag op mijn spreekuur?”. Een belangrijke switch in visie op de patiëntenzorg welke ik heb kunnen maken door de betrokkenheid en tijd welke de huisarts voor mij nam. Het mooie van dit nieuwe coschap is dat de hele eerste lijn in (maar) 12 weken aan bod komt. Tijdens de terugkomdagen is er een gemengde groep waarbij coassistenten op verschillende werkplekken zitten, hierdoor is het interessant om te horen hoe het op andere werkplekken eraan toegaat. Voor mijn sociale werkplek zat ik bij de bedrijfsarts. Dit vormde weer een heel ander werkklimaat waar je een heel ander type patiënten aantrof waarbij ook nog een derde partij betrokken was. Deze werkplek heeft een ander licht doen schijnen op mijn visie van de bedrijfsgeneeskunde als enkel keuringsartsen. “In de eerste lijn werken? 11 op één lijn 52

12 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication