19

1 e uitgave 2016 verschillende niveaus. “Ik vind dat je beide moet doen, ik zou ervoor kiezen om een voor de meeste mensen geschikte korte uitleg te geven. Met de mogelijkheid om hier en daar wat achtergrondinformatie aan te klikken. Want mensen zijn gewoon heel erg verschillend.” behandeling voor hun ziekte is. Afwachtend beleid vinden sommigen verschrikkelijk eng. Veel patiënten kennen iemand die ook prostaatkanker heeft gehad. Die ervaringen zijn zeker van invloed op de keuze die de patiënt maakt. “Sommige patiënten gaan daar ver in, die willen exact de behandeling krijgen die degene die ze kennen ook heeft ondergaan. Dan kiezen ze niet alleen voor dezelfde operatie maar dan willen ze ook in hetzelfde ziekenhuis behandeld worden en bijvoorbeeld ook robotchirurgie krijgen.” Beslishulp De beslishulp moet voor iedereen te begrijpen zijn. De deelnemende huisartsen gaven aan dat het belangrijk is om de informatie zoveel mogelijk te visualiseren. “Een plaatje van de prostaat is nodig, het is verbazingwekkend hoeveel mensen niet weten wat een prostaat eigenlijk is en waar die ongeveer zit.” “Wat ik merk is dat als ik spreek van een kans van 5% op een bepaalde bijwerking dat patiënten dat hoog vinden, terwijl als je dit uittekent en je hebt 5 bolletjes rood en 95 bolletjes groen de patiënt hier al heel anders tegenaan kijkt.” Patiënten kunnen zich volgens de geïnterviewden moeilijk voorstellen wat een bijwerking met zich meebrengt. Hoe patiënten beter op bijwerkingen kunnen worden voorbereid, wisten de meeste huisartsen niet aan te geven. Twee huisartsen gaven hierover wel tips: “De patiënten moeten er in ieder geval een langere tijd goed over nadenken. Zo’n beslishulp moet de patiënt niet even snel gaan invullen in de wachtkamer. Daarnaast is het goed als er in de beslishulp zou staan dat als de patiënt vragen heeft hij ook bij de huisarts terecht kan.” “Om te voorkomen dat patiënten informatie missen over de bijwerkingen en zich een beter beeld kunnen vormen is het belangrijk om ervaringen van andere patiënten in een filmpje te verwerken waar mensen indien zij het wensen op kunnen klikken.” Op de vraag of de informatie diepgaand of oppervlakkig moest zijn gaf het merendeel aan dat de informatie volledig moet zijn en daardoor automatisch ook diepgaand is. Wel moet rekening worden gehouden met patiënten van Vragenlijst na het doorlopen van het keuzehulpmiddel Na het digitaal doorlopen van het hulpmiddel kregen de huisartsen een online vragenlijst. Uit de resultaten blijkt, dat huisartsen verwachten dat de meeste patiënten het liefst zelf de behandelkeuze maken, hierbij gebruik makend van het advies van de arts. Gezamenlijk een beslissing nemen scoort hoog. De huisartsen denken dat een patiënt minder graag alleen de beslissing maakt. De beslissing over laten aan de arts zullen patiënten waarschijnlijk niet snel overwegen, zelfs niet als de arts de mening van de patiënt meeneemt. De huisartsen ervaren dat patiënten moeite hebben met het maken van een behandelkeuze. Ze beseffen dat hun mening invloed heeft op de beslissing van de patiënt. De huisarts vindt het belangrijk om de voorkeuren van de patiënt mee te nemen in de behandelkeuze. Huisartsen willen alle prostaatkankerpatiënt een keuzehulpmiddel aanbieden. De huisartsen zijn tevreden over het keuzehulpmiddel en denken dat het bij kan dragen tot gezamenlijke besluitvorming en het verbeteren van de patiëntzorg. Ze vinden de informatie duidelijk, begrijpelijk en makkelijk te volgen voor de patiënt. Vooral de heldere plaatjes, video’s, gesproken tekst, de keuzevragen en de mogelijkheid om informatie uit te printen werden genoemd als positieve aspecten. De huisartsen raden het gebruik van de keuzehulp aan en willen het hulpmiddel in de toekomst graag blijven gebruiken, al zal dit mogelijk invloed hebben op de consultduur. Als mogelijke barrières voor het gebruik noemt de huisarts dat patiënten moeten beschikken over een computer en dat enige handigheid met computers vereist is om te kunnen navigeren door het programma. De resultaten van het onderzoek worden gebruikt om de keuzehulp verder te verbeteren en de toepassing ervan in de praktijk te optimaliseren. Het doel is om het keuzehulpmiddel medio 2016 gereed te hebben. We zijn dankbaar dat de betrokken huisartsen, ondanks de drukke spreekuren, tijd hebben willen en kunnen maken voor het interview en het doorlopen van de keuzehulp. Namens de werkgroep ‘gezamenlijke besluitvorming’, MAASTRO clinic, Maastricht (op alfabetische volgorde): Adriana Berlanga, Esther Bloemen- van Gurp, Liesbeth Boersma, Philippe Lambin en Ben Vanneste 19 op één lijn 54

20 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication