14

op één lijn 60 1 e uitgave 2018 Cum Laude promotie Pijn op de borst bij de huisarts DOOR ROBERT WILLEMSEN, HUISARTSONDERZOEKER Nu het bijna hora est, wil ik graag met u delen wat ik de afgelopen jaren heb gedaan ‘op HAG’. Ik heb daar onderzoek gedaan en dat heeft geresulteerd in het proefschrift ‘Assessing Chest Pain in Primary Care’, dat ik op 23 maart zal verdedigen. Onderzoek doe je niet alleen, ik deed dat samen met de professoren Dinant, Buntinx en Glatz, met de onderzoeksassistentes Hilde Bours en Evie van Severen en met de WESP-en Beatrijs Hoorweg en Lotte Cleef. Aan het gezelschap lag het dus niet. Verderop in dit stukje zal ik dan ook overstappen van eerste persoon enkelvoud naar eerste persoon meervoud. Maar eerst nog een persoonlijke ontboezeming. In dit stuk wil ik u in enkele paragrafen vertellen over de diverse aspecten van pijn op de borst bij de huisarts die we onderzocht hebben. Deze fase van het onderzoek heeft daarmee qua schrijfwerk dan ook een tamelijk ‘eind goed, al goed gehalte.’ Nu kan ik kort en bondig opschrijven, wat in een eerdere fase een lange weg van schrijven en herschrijven bleek te zijn. Onderzoek doen, en vooral het opschrijven daarvan, kenmerkt zich immers door lange schrijfrondes met ernstig door Word’s ‘wijzigingen bijhouden’ gecontamineerde bestanden. Dat geldt voor ieder onderzoek, zelfs voor onderzoek naar sneltesten met de bijnaam ‘RAPIDA-studie’. En ja, ik haast mij natuurlijk in alle oprechtheid te zeggen, dat het daar uiteindelijk beter van wordt. Ook al voelt het soms als een bordspel om steeds weer terug naar ‘AF’ te moeten. Ik zeg het vooral op deze plek om de jonge onderzoekers op HAG te ontslaan van de gedachte dat het ‘aan hen ligt.’ Want dat is niet zo, het hoort erbij. Hopelijk twijfelt u er intussen niet aan dat ik gewoon een hele leuke tijd heb gehad en dat onderzoek doen mijn werk als huisarts enorm verbreed en verdiept heeft! Want dat is een feit. En hieronder deel ik graag nog wat andere geconstateerde feiten . ASSESSING CHEST PAIN IN PRIMARY CARE ROBERT WILLEMSEN Pijn op de borst bij de huisarts: wat is het probleem? Aan het beoordelen van pijn op de borst in de huisartsenpraktijk kleven verschillende uitdagingen. In enkele representatieve casus hebben we deze uitdagingen beschreven. De meeste patiënten met pijn op de borst bij de huisarts hebben geen hartinfarct, maar sommigen wel. Onderscheid maken tussen deze twee groepen is niet altijd makkelijk. Verwijzen lijkt veilig, maar het is daarbij goed een zekere drempel aan te houden vanwege patiëntcomfort, kosten en belasting van de tweedelijn. Verder laten we vanuit het perspectief van de huisarts zien hoe het is om een ernstig hartprobleem te missen en onderbouwen we waarom een diagnose soms achteraf een stuk duidelijker is, dan vooraf. Ook voor de cardioloog is het beoordelen van pijn op de borst niet altijd makkelijk. Dankzij troponinetesten kunnen de meeste patiënten goed en veilig gediagnosticeerd worden door de cardioloog, maar we beschrijven ook een casus waarbij een verhoogd troponine niet door een hartinfarct komt. Pijn op de borst bij de huisarts: incidentiecijfers In 2016 verrichtten we een observationele studie naar patiënten die zich bij de huisarts presenteren met pijn op de borst. Voor deze studie hebben we 118 huisartsen in Nederland en België gevraagd om gedurende twee weken álle patiëntencontacten te registreren. Patiënten met pijn op de borst werden daarbij in detail geregistreerd én gevolgd tot minimaal 30 dagen na het consult. Aldus registreerden de huisartsen samen 22.294 patiëntcontacten. Tijdens 281 patiëntcontacten ging het om pijn op de borst. We maakten uit deze studie op dat pijn op de borst bij de huisarts nog steeds frequent voorkomt (1,26% van de consulten gaat over pijn op de borst), dat de meest voorkomende einddiagnose musculoskelataal van aard is (33,1%), dat ernstig onderliggend lijden meestal niet aan de orde is, maar ook niet zeldzaam is (8,4% van de patiënten had een ernstige cardiovasculaire ziekte), dat er veel onderzoek gedaan wordt bij álle pijn op de borst patiënten om het beeld nader te kunnen duiden (512 diagnostistische tests in eerste en tweedelijn bij 281 patiënten), dat de huisarts veiligheidshalve 'over-verwijst' (de huisarts verwijst 40% van de pijn op de borst patiënten) en dat de huisarts (daardoor) 14

15 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication