15

COLUMN Beperkt openbaar Niet alle informatie die ontstaat bij rampen, zou voor betrokkenen en nabestaanden per definitie beperkt openbaar moeten blijven Er zijn van die momenten dat je nog precies weet waar je was, hoe het voelde. Zondagavond 4 oktober 1992, net na 18.30 uur. Ik zat in de metro in Amsterdam, ter hoogte van de Wibautstraat, en om mij heen zag ik plotseling totale paniek ontstaan. Er zou een vliegtuig neergestort zijn in Amsterdam Zuid-Oost, midden in de Bijlmer. Om mij heen mensen die niet wisten hoe het met hun familie of geliefden ging, wat er exact gebeurd was. Wat een impact. Voor heel veel mensen geldt diezelfde impact rondom de Bijlmervliegramp nog steeds, elke dag. Nog steeds weten veel mensen niet wat er precies is gebeurd en blijven vragen onbeantwoord. Zeker bij dit soort hele heftige gebeurtenissen komt het helaas voor dat niet op alle vragen een antwoord te geven is. Soms ontbreekt daarvoor de informatie. En soms is de informatie die er wel is niet zomaar toegankelijk. Juist daarom is het zo belangrijk om openbaarheid van overheidsinformatie, die er van dit soort gebeurtenissen bewaard blijft, goed af te wegen. En bij de bepalingen de factor tijd mee te nemen. Zaken die nu nog heel spannend of belangrijk zijn, kunnen later in de tijd een stuk minder spannend of belangrijk zijn. Het ‘waarom’ van het beperkt openbaar zijn van informatie verandert ook mettertijd. stuk ‘waar infor Het verdrag van Chicago heeft als doel de internationale luchtvaart te regelen. Het heeft ook een belangrijke functie bij vliegtuigongevallen. Het biedt bescherming aan betrokken personen om daadwerkelijk volledig Het doel vrijuit te kunnen spreken over al hun bevindingen rondom (de oorzaak van) een vliegtuigramp als deze. Dit maakt dat je écht kunt leren van een verschrikkelijke gebeurtenis zoals de Bijlmervliegramp. Dat is een groot goed. Niet alle informatie die ontstaat bij rampen, zou voor betrokkenen en nabestaanden per definitie beperkt openbaar moeten blijven. Het is belangrijk dit elke keer opnieuw af te wegen, juist ook met die factor tijd in het vizier. Is het nu echt nog steeds zo dat informatie die ruim dertig jaar geleden zo belangrijk was, nog steeds niet gedeeld kan worden? Of kunnen we hier samen, met de bril van nu, naar kijken en tegemoet komen aan de reële behoefte van een nabestaande aan informatie? Zodat deze zelf de beschikbare informatie kan lezen en beoordelen en daarmee misschien een antwoord kan vinden op een al zo lang bestaande vraag? Laten we onszelf deze vraag elke keer stellen! afelonne doek Algemeen rijksarchivaris iBestuur 51, juli 2024 15

16 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication