MAGAZINE Until all are free ‘Het is hartverscheurend als je beseft wat zo’n kindje allemaal is overkomen’ alleen horen dat wij ertegen strijden en er verder niet over nadenken. Dat begrijp ik, het is een vorm van zelfbescherming. Vooral bij ouders met jonge kinderen kan het heel confronterend zijn. Toch is het heel belangrijk dat we wél over deze dingen nadenken. Uiteindelijk moeten we onze kinderen leren om online veilig te zijn, dat ze altijd naar papa of mama kunnen gaan als er iets vervelends gebeurt. In de offline wereld laat je een kind toch ook niet zonder begeleiding een drukke weg oversteken? Besef dat de belevingswereld van kinderen tegenwoordig voor een groot deel online is. Verdiep je in de risico’s. Nog steeds zijn er ouders die foto’s van hun kinderen op social media delen, terwijl hun profiel niet is afgeschermd. Daarmee breng je mogelijk je eigen kinderen in gevaar, want mensen kunnen die foto’s misbruiken en bewerken met AI. Ook is het heel belangrijk om met je kinderen te praten over online veiligheid. Door met kinderen in gesprek te gaan, maak je ze weerbaarder. Misschien voorkom je dat ze later dader of slachtoffer worden, of help je ze om signalen bij anderen te herkennen, zoals een vader, oom of vriend die ineens betalingen doet naar de Filipijnen of Madagaskar.” Wat heeft tot nu toe het meeste indruk op je gemaakt in je werk? “Om te zien dat een kind dat misbruikt is, in veiligheid wordt gebracht. Dat maakt elke keer ontzettend veel indruk. Waarom? Omdat je dan ineens beseft: dit is echt een kind. Je moet begrijpen dat ik daarvóór op een andere manier met zo’n zaak en het slachtoffer bezig ben. Meer technisch. Je ziet alleen de beelden van het misbruik. Je vraagt je af: Hoe kan ik het kind identificeren? Hoe kan ik met dit beeldmateriaal het slachtoffer of de dader vinden? Bij dat onderzoek laat ik, uit zelfbescherming, niet te veel doordringen dat het om een echt kind gaat. Maar als je dan ziet hoe zo’n kindje bevrijd wordt, dan besef ik ineens: dit is een gewone peuter. Met een troetelbeertjesshirtje aan en een knuffel in de hand. Dan zie ik dat het kind opgetild wordt, omdat het maar zestig centimeter groot is. De beelden van het misbruik staan op zo’n moment nog op mijn netvliet gebrand. En om dan te beseffen: dit kindje is dat allemaal overkomen. Ja, dat is hartverscheurend.” Hoe houd je het vol om zulk heftig werk te doen? “Het is superheftig wat we doen. Maar ik kan niet genoeg benadrukken hoe gelukkig ik ben dat ik dit werk mag doen. Ik vind het de mooiste baan ter wereld. Als half Filipijnse vind ik het heel mooi om te zien hoe ambitieus de Filipijnse regering dit probleem aanpakt. Überhaupt is het niet vanzelfsprekend dat een land zo’n probleem onderkent. Bij overheden in andere landen zien we ook dat ze ontkennen dat het bij hen voorkomt, terwijl wij beelden hebben die het tegendeel laten zien. Het is gewoon zo dat de omstandigheden daar de Filipijnen tot een ideaal doelwit maken voor mensen die kinderen willen misbruiken. Maar ze reageren niet als slachtoffer, maar juist strijdbaar. Tegen westerse landen als Nederland zeggen ze: ‘We gaan onze kinderen beschermen, en we hebben jullie hulp daarbij nodig.’ Dat maakt me ontzettend trots.” 1 europol.eu/stopchildabuse ‘In een opvanghuis denk ik: deze 24 zijn in ieder geval veilig’ 15
16 Online Touch Home