29

LI N DA KO OL ROBOTS, BIG DATA EN BORSTVOEDING Ik ben net weer aan het werk na mijn zwangerschapsverlof. Mijn bezigheden - voeden, troosten, luiers verschonen - stonden in schril contrast met de vragen waar ik me op mijn dagelijkse werk mee bezighoudt. Zoals: wat is de impact van robotisering, big data en digitalisering? Welke banen nemen computers over? Wat kunnen computers eigenlijk niet? De boodschap is steeds dat technologie ons niet overkomt, maar dat we als maatschappij keuzes moeten maken over de inzet van technologie. Willen we bijvoorbeeld robots aan ons zorgbed? De afgelopen maanden voelden deze discussies oneindig ver weg. Maar gaandeweg begon ik in te zien dat wij - nu al - voor essentiële keuzes staan over hoe wij willen samenleven met technologie. Twee voorbeelden uit mijn verlofperiode. Na de geboorte van mijn eerste, buikslapende, baby overwoog ik een slim babymatras te gebruiken. Het matras monitort de ademhaling van baby’s en geeft een alarmsignaal als er te veel tijd tussen de ademhalingen zit. Een aanlokkelijk product voor deze moeder, die wel duizend keer per nacht boven het wiegje stond. Maar ik vermoedde dat ik niet blind op deze technologie zou kunnen varen. Waarschijnlijk zou het slimme matras regelmatig falen (zoals vrijwel alle ICT-producten), met valse alarmen en extra stress tot gevolg. Bovendien bekroop mij het gevoel dat slimme technologie hier een essentiële grens overging: de band tussen moeder en kind. Ik besloot dat ik moest leren vertrouwen op mijn eigen kind en moederinstinct, hoe moeilijk ik dat ook vond. Vertrouwen op een slim matras leek mij de verkeerde weg. Een soort schijnzekerheid: een snelle - maar geen echte - technologische fi x. Er was nog een soortgelijke keuze. Tijdens de kraamweek word je geacht vitale informatie over je baby bij te houden. Zoals gewicht, hoe laat en hoe vaak gevoed, hoe lang (bij borstvoeding), hoeveel (als de borstvoeding niet ging), hoe laat verschoond. Met maximaal twee uur aaneengesloten slaap geen gemakkelijke opgave. De kraamverzorgster raadde mij de ‘SamenVoeden’ -app aan. Zo kon ik met één klik alles monitoren. Al snel kreeg ik het gevoel dat ik meer met mijn telefoon en de ‘data’ bezig was, dan met mijn baby. Het voeden ging goed, dus waarom deed ik het eigenlijk? Wat leverde deze ‘big data’ -benadering op? Ik besloot opnieuw dat ik moest leren vertrouwen op mijn baby en het proces van borstvoeding zijn gang moest laten gaan. En ik ervoer dat kiezen voor technologie snel, gemakkelijker en voor de handliggender was dan kiezen voor het natuurlijke proces. ZE DE GE Zo leerde ik een belangrijke les. Wij zijn zo gewend aan technologie, en worden zo verleid door haar ogenschijnlijk handige oplossingen, dat we niet meer stilstaan bij wat technologie met ons doet, en stilstaan of we dat wel willen. Zelf actief vormgeven aan de robotsamenleving is dus geen gemakkelijke opgave. Het vereist voortdurende kritische zelfrefl ectie op ons dagelijks technologiegebruik én het overwinnen van onze eigen onzekerheden. Linda Kool is senior onderzoeker bij het Rathenau Instituut

30 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication