44

B O EK EN MAESSEN LEEST Jos Maessen, Directeur dienstverlening Gemeente Amsterdam De afgelopen dertig jaar is het marktdenken in alles doorgedrongen. Een grote triomftocht. Maar sinds de fi nanciële crises van 2008 is er een besef ontstaan dat de markt is losgeraakt van de moraal en dat we dat moeten herstellen. Sommigen wijzen op de hebzucht. Dat moeten we in toom houden. Sandel stelt dat dat maar een deel van het verhaal is. Zijn stelling is dat de markten en marktwaarden zijn doorgedrongen in plaatsen waar ze niet thuishoren. Er zijn twee argumenten tegen vrije marktwerking in niet-commerciële onderdelen van onze samenleving. Het eerste argument is eerlijkheid. Zijn er wel echt gelijke kansen en is er dus een echte vrije wil of zijn sommige mensen in zo’n positie dat ze wel moeten verkopen tegen een al dan niet redelijke prijs? Het tweede is het corruptieargument. Dit richt zich op het verhandelde goed zelf en stelt dat sommige goederen niet verhandeld mogen worden omdat daarmee menselijke waarden worden aangetast. De aanname van economen is dat bij transacties de immateriële waarde van uitgewisselde handelswaar niet veranderd. Zij stellen daarom dat geld nooit iets kan corrumperen. De veronderstelling is dat een markt niets zal veranderen aan de waarde of de betekenis van een goed. Hier is discussie over mogelijk. Introductie van marktprikkels verandert de instelling van mensen en verdringt niet-commerciële waarden. Dit blijkt uit veel onderzoeken. Een mogelijke verklaring voor dit verschijnsel is te vinden in de sociale psychologie. Intrinsieke motivatie (zoals morele overtuiging) wordt verdrongen door externe motivaties (zoals geld). Geldaanbod vermindert daardoor de motivatie, want een externe motivatie is altijd minder krachtig dan een interne. Een ander telkens terugkerend argument voor marktwerking is dat altruïsme een schaars goed is wat niet onbeperkt gebruikt kan worden. Maar is dat zo? De vraag is of morele waarden gebruiksgoederen zijn die opraken of juist spieren die je moet oefenen en dan sterker worden. Veel moraalfi losofen door de eeuwen heen, hangen het laatste gezichtspunt aan. Sandel gaat vervolgens een aantal maatschappelijke fenomenen van de laatste dertig jaar bespreken. Aan de hand van concrete casuïstiek zet hij je aan het denken over wat we nu eigenlijk doen. Dat de vrije markt op allerlei terreinen binnendringt waar ze voorheen niet was en dat het openbare debat momenteel grotendeels verstoken is van morele en sprirituele elementen, is geen toeval. We zijn van een markteconomie in een marktgestuurde samenleving terechtgekomen en daar is dit een gevolg van. Het debat over het soort samenleving waarin we willen leven, moet weer worden gestart. Ik heb dit boek eigenlijk niet gelezen, maar herlezen. Ik had het al eens eerder gelezen. Maar met Sandel’s college’s op tv en de hernieuwde debatten over normen en waarden, leek het mij een goed idee om het te herlezen. Het boek heeft een stijl van vragenstellen die je aan het denken zet. En de schrijver maakt erg duidelijk wanneer iets zijn mening is. Wat erg helpt in een debat waarin je moet gaan nadenken over de vraag wat voor samenleving we nu eigenlijk willen. Michael J. Sandel, Niet alles is te koop (2012, Uitgeverij Ten Have)

45 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication