1.4 Onderzoeksopzet De afstudeerperiode is van start gegaan met het inventariseren van het onderzoek om een duidelijk beeld te schetsen van de inhoud en omvang van het gehele onderzoek. In deze periode heeft ook de afbakening van het onderwerp plaatsgevonden. Na een periode waarin het onderzoeksplan uitgewerkt is, is het onderzoek onderverdeeld in drie verschillende fasen. Fase 1: Het onderzoek wordt ingeleid met het schetsen van een theoretisch kader met behulp van literatuuronderzoek. Het doel van dit literatuuronderzoek is om inzicht te krijgen in relevante literatuur omtrent theater in relatie tot mensen met een lichte tot matige verstandelijke beperking en de ontwikkelingsgebieden die worden gestimuleerd. Fase 2: De informatie die uit de literatuurstudie naar voren is gekomen, is gebruikt als basis voor de interviews met deskundigen en acteurs die allemaal betrokken zijn bij een theatergroep voor mensen met een verstandelijke beperking. Door middel van deze interviews zijn de aannames vanuit het literatuuronderzoek vergeleken met de meningen en ervaringen van mensen uit het werkveld. Fase 3: De verkregen informatie uit zowel het literatuuronderzoek als de afgenomen interviews zijn naast elkaar gelegd, geanalyseerd en hier zijn vervolgens vergelijkingen uit getrokken, een zogenaamde effectevaluatie. Deze effectevaluatie vormt de basis voor de onderzoeksconclusie waarin de positieve invloed van theater op mensen met een lichte tot matige verstandelijke beperking wordt beschreven. IK BEN ACTEUR, Over de invloed van theater op mensen met een verstandelijke beperking 13
14 Online Touch Home