meestershuis. Haar mond viel open van verbazing. In het ochtendlicht fonkelde het huis als een ster. Alles was veranderd in goud. De deuren, de ramen, zelfs de planten in de tuin. Trots stond de burgemeester bij zijn gouden hek. Toen hij Liselotte zag, wenkte hij haar. Hij zei: ‘Dat heb je prachtig gedaan, meisje. Nu mag je met mijn zoon trouwen.’ Wat was Liselotte blij. Liselotte en de burgemeesterszoon trouwden en een jaar later kregen ze een zoontje. Ze noemden hem Repelsteeltje en waren dolgelukkig. Precies een nacht na de geboorte van hun kindje klopte het kleine, lelijke mannetje weer op hun raam. Liselotte werd wakker en barstte meteen in tranen uit toen ze hem zag. Ze was hem al helemaal vergeten, maar nu wist ze weer precies wat ze hem had beloofd. Hij kwam haar zoontje halen. Zo hard huilde ze, dat het mannetje tegen haar zei: ‘Als je raadt hoe ik heet, hoef je je kindje niet af te staan.’ Liselotte noemde alle namen die ze kende. Hans, Klaas, Pieter, Joost, zelfs Repelsteeltje kwam voorbij. Maar het mannetje schudde alleen maar zijn hoofd. ‘Helaas,’ zei hij, ‘als je het morgennacht nog niet weet, neem ik je kindje mee.’ En hij verdween in de nacht. De volgende dag vertelde Liselotte alles aan de vrouw van de bakker. Die was al heel vroeg het bos ingegaan om hout te hakken voor de oven. Toen ze het verhaal had gehoord, zei ze: ‘Dat is toevallig! Toen ik vanmorgen vroeg in het bos liep, hoorde ik een stemmetje zingen: Niemand weet dat ik ook Liselotte heet.’ De nacht daarop kwam het mannetje weer naar het raam van Liselottes kamer. ‘En?’ vroeg hij met een gemene glimlach op zijn gezicht. Liselotte antwoordde: ‘Ik weet wel wie je bent, hoor. Jij bent Liselotte.’ De ogen van het mannetje draaiden weg en hij tuimelde achterover uit het raam. Toen Liselotte naar beneden keek, zag ze alleen de schoentjes van het mannetje liggen, waar een klein rookwolkje uit kwam. Nooit hoorde ze meer iets van hem. En Liselotte en de burgemeesterszoon? Die leefden nog lang en gelukkig. 19
22 Online Touch Home