5

In het verleden werd de Armeense Kerk bekritiseerd van het offer, door het gelijk te stellen met de Joodse zondeliturgie. Dit is een ongegronde bewering. Wij lezen in Hebreeën 9:28: ‘Net zo zeker is het dat Christus, die eenmaal is geofferd om de zonden van velen te dragen’. Ook in 1 Johannes 2:2: ‘Hij is het die verzoening brengt voor onze zonden, en niet alleen voor die van ons, maar voor de zonden van de hele wereld.’ Matagh heeft niets te maken met Joodse of heidense offers. Door het offer ontvangt de mens geen vergeving van zijn zonden, maar doet hij aan naastenliefde en verzamelt hij schatten in de hemel: ‘Onbarmhartig zal het oordeel zijn over wie geen barmhartigheid heeft bewezen; maar de barmhartigheid overwint het oordeel.’ (Jakobus 2:13). Het offer is geen feest, maar de uitoefening van barmhartigheid en naastenliefde. ‘Let op dat jullie je gerechtigheid niet tentoonspreiden om door de mensen gezien te worden. Dan beloont jullie Vader in de hemel je niet. Dus wanneer je iemand iets geeft uit barmhartigheid, bazuin dat dan niet rond, zoals de huichelaars doen in de synagoge en op straat om door de mensen geprezen te worden. Ik verzeker jullie: zij hebben hun loon al ontvangen. Als je iets uit barmhartigheid geeft, laat dan je linkerhand niet weten wat je rechterhand doet.’ (Mattheüs 6:1-3). Samengevat is de Armeense matagh een nationale christelijke en vrome ceremonie die iedereen de gelegenheid geeft barmhartig te zijn en gezegend te worden. ‘Wie zijn medemens veracht is een zondaar, gelukkig hij die zich bekommert om de armen. Wie kwaad smeedt, komt zeker op een dwaalweg, wie het goede najaagt, oogst liefde en trouw.’ (Spreuken 14:21-22). Khorhurd 5

6 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication