Geliefden laten we lijken op de hoofdman die de genezing van zijn knecht vraagt (Mattheüs 8:5-10), de Heer benaderen en Hem onvoorwaardelijk vertrouwen, omdat van Hem het Koninkrijk is, en de kracht en de heerlijkheid tot in de eeuwigheid. Evangelie: Marcus 11:27-33 Confrontatie met hogepriesters, schriftgeleerden en oudsten 27Ze kwamen weer in Jeruzalem aan. Toen Jezus zich in de tempel ophield, kwamen de hogepriesters, de schriftgeleerden en de oudsten van het volk naar hem toe 28en vroegen hem: ‘Op grond van welke bevoegdheid doet u die dingen? Wie heeft u het recht gegeven om zo te handelen?’ 29Jezus antwoordde: ‘Ik zal u een vraag stellen; als u me daarop antwoord geeft, zal ik u zeggen op grond van welke bevoegdheid ik zo handel. 30Doopte Johannes in opdracht van de hemel of in opdracht van mensen? Antwoord mij.’ 31Ze overlegden met elkaar en zeiden: ‘Als we zeggen: “Van de hemel,” zal hij zeggen: “Waarom hebt u hem dan niet geloofd?” 32Maar als we zeggen: “Van mensen,” wat dan?’ Ze waren namelijk bang voor de menigte, want iedereen hield Johannes voor een echte profeet. 33Dus zeiden ze tegen Jezus: ‘We weten het niet.’ En Jezus zei tegen hen: ‘Dan zeg ik ook niet op grond van welke bevoegdheid ik die dingen doe.’ 15
16 Online Touch Home