Impact COVID-19 in 2020 en 2021 COVID-19 heeft vooral impact gehad op de leeftijden vanaf 55 jaar en nauwelijks op lagere leeftijden. Bij het onverkort toepassen van het AG2020-model met data uit de COVID-19-jaren, bepalen de parameters waarmee de tijdseffecten worden geschat het effect van COVID-19, terwijl de parameters waarmee leeftijdseffecten worden geschat, niet of nauwelijks veranderen. Daarom zou dit onterecht ook voor lagere leeftijden tot significante oversterfte in de prognose leiden, terwijl daar op grond van observaties voor leeftijden tot ongeveer 55 jaar geen aanleiding voor is. De CSO heeft besloten het Prognosemodel AG2022 aan de nieuwe werkelijkheid aan te passen. Ten tijde van het schrijven van dit rapport wordt als volgt gedacht over COVID-19: – COVID-19 zal nog enige tijd impact kunnen hebben. – De ernst van het ziektebeeld is (sinds de mutatie naar de omikronvariant) afgenomen. – De hoge vaccinatiegraad beperkt het aantal besmettingen en de ernst van de impact van de besmetting. Deze ontwikkelingen hebben tot gevolg dat het COVID-19-virus relatief minder dodelijk is geworden dan aan het begin van de pandemie. Er zijn nog veel onzekerheden ten aanzien van COVID-19 en de impact ervan op de levensverwachting, en er zijn veel vragen die nu nog niet goed te beantwoorden zijn: – Welke nieuwe varianten komen er en wat is de ernst van het ziektebeeld van deze varianten? – Heeft de impact van COVID-19 op de ziekenhuisbezetting ook impact gehad (lees vertraging) op de behandeling van andere ziektes waardoor op termijn meer overlijdens zijn te verwachten? – In hoeverre zijn sterfte door COVID-19 en griep gecorreleerd? In 2020 is er geen griepepidemie geweest mede door de maatregelen zoals afstand houden en het dragen van mondkapjes. – In hoeverre is er sprake van een verbeterde weerbaarheid? – Heeft het wel of niet doormaken van COVID-19 invloed op het ziektebeeld van andere ziektes op de (middel)lange termijn? pagina 10 / 80 Prognosetafel AG2022 | Samenvatting
11 Online Touch Home