13

(Afb. 9a). Betonnen keerwand halverwege de uitvoering. • Graaf de grond voor de kluit weg, zodat er minimaal 15 cm water voor de kluit staat. De nestwand is daardoor minder bereikbaar voor roofdieren (en mensen). Dieper water mag ook, maar dan heb je hogere laarzen nodig bij de controle. Verwerk de grond achter de kluit. • Camoufleer de grondhoop zo nodig door er blad overheen te strooien. D. Een betonnen keerwand (L-profiel) plaatsen Uitgangssituatie en werktijd Op plaatsen waar de oever te laag is om af te steken. Beton is hier het basismateriaal; de wand vraagt weinig onderhoud. Kan alleen m.b.v. een kraantje i.v.m. gewicht van keerwand. Kraantje moet bij de werkplek kunnen komen. Raadpleeg voor bestellen van keerwanden de bijlage. Als alle materialen aanwezig zijn is de uitvoering circa 0,5 mandag werk (Afb. 9a en 9b). Materialen die nodig zijn • keerwand, hoog 125 cm x breed 100 cm; met 5 gaten, doorsnede 10 cm • extra grond, circa 1,5-2 m³ • palen ca. 10 stuks als grondkering, lengte 175 cm • kraantje, moet 500 kg kunnen tillen • steekschop (scherp) • snoeischaar • zaagje • kruiwagen • stampstok of paal • werkhandschoenen • laarzen, waadbroek Veiligheid Dit is geen werk voor leken. Hiervoor wordt een kraantje met machinist ingehuurd. Meewerken kan. Veiligheid is hier van groot belang. Werkwijze • Kies een goede plek uit voor de keerwand. Bij voorkeur tussen/naast bomen en struiken. • Maak voldoende ruimte tussen de bomen/struiken. Zaag zo nodig enkele takken weg. • Maak met de bak van de kraan een stukje oever vlak. Dit deel ligt op de waterlijn. Zet de weggehaalde zoden apart. (Afb. 9b). Keerwand in gebruik door ijsvogels. • Zet met de kraan de keerwand op de juiste plek neer. Bevestig bij het hijsen een speciaal hijsoog aan de keerwand. Zorg dat de wand verticaal staat. • Graaf de grond voor de keerwand weg, zodat er minimaal 15 cm water staat. De nestwand is daardoor minder bereikbaar voor roofdieren (en mensen). Dieper water mag ook, maar dan heb je hogere laarzen nodig bij de controle. Verwerk de grond achter de wand. • Breng aan beide zijkanten van de keerwand elk 5 palen aan als grondkering. Druk ze met het kraantje in de grond tot de juiste hoogte. • Vul de ruimte achter de wand op met de aangevoerde grond. Tussentijds aanstampen met de bak van het kraantje en stamphout. I.v.m. inklinken de bovenzijde van de grond wat bol afwerken. • Aan de voorzijde van de wand de gaten volzetten met grond. • De apart gezette zoden gebruiken om de grond op de randen van de wand, en zo mogelijk alle grond, mee vast te leggen. • Camoufleer de grondhoop zo nodig door er blad overheen te strooien. Andere oplossingen • In plaats van een betonnen keerwand te gebruiken, kunt u ook werken met betonplex van 18 mm dik, of vergelijkbaar materiaal. Betonplex gaat vele jaren mee. Een kraantje is hierbij niet nodig. Zo’n wand kunt u vastzetten met (schoor)palen. Een wand eventueel afwerken met verf, leem of een basispleister. Maak in de wand op circa 60 cm boven het water enkele gaten van 10 cm door snede. • Op sommige plaatsen is het ook mogelijk in een bestaande houten oever beschoeiing een gat te boren. Dat kan alleen als achter de schoeiing grond aanwezig is. • Wij raden af een wand geheel op te bouwen uit blokzoden (grasplaggen). De wand raakt overgroeid met gras. IJsvogels willen hierin niet graven; een nestingang wordt er door bedekt. Landschap Noord-Holland - IJsvogelhandleiding 13

14 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication