27

Re-integratie, zo stelt Els Sol, lijkt een beetje op voetbal. Iedereen denkt er verstand van te hebben. Wat voetbal is, weten de meeste mensen wel. Wat re-integratie precies inhoudt, is lastiger te omschrijven. Theorie en praktijk blijken ook nog eens ver uit elkaar te liggen. Tijd voor een gedegen onderzoek over dit onderwerp. Hoe krijg je iemand die langdurig werkloos is aan het werk? of iemand die een arbeidshandicap heeft? Die vraag is niet zo simpel te beantwoorden. ‘er zijn heel veel factoren die meespelen in het re-integratie-vraagstuk. Dat is ook de belangrijkste reden waarom er zoveel verwarring over is en waarom het zo’n negatief imago heeft. iedereen verstaat er wat anders onder: alles wat lukt of niet lukt wordt toch onder de noemer re-integratie gebracht.’ eerst moet duidelijk zijn wat re-integratie is. Sol heeft hier een definitie voor: er moet sprake zijn van een afstand tot de arbeidsmarkt en die afstand naar de reguliere arbeidsmarkt moet overbrugbaar zijn. ‘als dat laatste niet het geval is, heeft het geen enkele zin om te re-integreren. Dan kan iemand nooit die loonwaarde bereiken om gewoon aan het werk te komen.’ Verouderde bestanden Feit is dat re-integratie niet goed van de grond komt, omdat bijvoorbeeld gemeenten niet goed weten wie er in hun bestand zitten. en vaak is de informatie die er over mensen in het bestand staat verouderd. ‘Het vergt veel om een goed beeld te krijgen van de mensen die een uitkering hebben. Welke opleiding hebben ze gevolgd, welke werkervaring hebben ze, zijn er nog extra cursussen geweest? Deze kennis is ook arbeidsmarktkennis. ik ben ervan overtuigd dat als een cliëntenraad dat meer inzichtelijk maakt en er ook op aan blijft dringen dat er wordt gemonitord op voor de arbeidsmarkt relevante informatie over mensen in hun bestanden, er al een heel belangrijke functie van gemeenten in het kader van re-integratie te pakken hebben.’ Schema Sol heeft in haar onderzoek een schema opgenomen. Daaruit wordt direct duidelijk waar de basis moet liggen van re-integratie (els Sol Fit or unfit - theorie en praktijk van re-integratie schema op pagina 13). Ze wijst aan. in het schema is onderscheid gemaakt tussen mensen die geen en wel een afstand tot de arbeidsmarkt hebben. bij beide groepen wordt een driedeling gemaakt. Zonder afstand tot de arbeidsmarkt kent een groep die alleen maar voldoende aanbod voor banen hoeft te hebben en waarbij re-integratie overbodig is. Dan een groep die vooral geprikkeld of gestimuleerd moet worden met re-integratie. en tenslotte de groep waarbij banen en werklozen elkaar moeten vinden via matching. voor de mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt geldt een ander verhaal. Hierbij wel een driedeling, maar er zijn er maar twee die een overbrugbare afstand tot de arbeidsmarkt hebben: een die werknemersvaardigheden moet aanleren en een die altijd een productiviteitstekort zal hebben dat gecompenseerd moet worden. een allerlaatste groep heeft een onoverbrugbare afstand tot de arbeidsmarkt. Ze kunnen onmogelijk in een reguliere baan functioneren, maar eventueel wel in gesubsidieerd werk. re-integratie is daarbij niet aan de orde. ‘Dit schema kan de cliëntenraad prima benutten om tegen de gemeente te zeggen: hiermee kunnen we stappen doorlopen en krijgen we zicht op het bestand. Je weet dan ook meteen over hoeveel mensen je praat bij wie re-integratie ingezet kan worden en dus hoe budgetten het beste kunnen worden aangewend. bij die laatste groep praat je helemaal niet meer over re-integratie, maar wel over participatie. Het kan ook betekenen dat je deze mensen inzet bij vrijwilligerswerk. Maar daarbij moet je ook weer uitkijken dat er geen sprake is van verdringing.’ 27 magazine re-integratie 2016

28 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication