5

Vanuit de Tweede Kamer wordt al jaren aangedrongen op meer onderzoek naar de effectiviteit van re-integratie-inspanningen. Experimenten kwamen tot stand. Onderzoeken werden opgetuigd, maar iedereen was het er snel over eens dat er méér nodig was. Een impuls. En dat is precies wat staatssecretaris Klijnsma heeft gelanceerd met het ZonMW onderzoeksprogramma Vakkundig aan het werk (zie kader). Anneke van der Giezen van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) licht de achtergronden toe. vooral bij gemeenten leven veel vragen op het gebied van re-integratie. tot op heden worden re-integratie-activiteiten vooral ingezet op basis van (interne) regelgeving en ook eigen initiatief van de klantmanager. ‘De vraag naar wat dit oplevert, is moeilijk te beantwoorden doordat er onvoldoende objectieve cijfers zijn. Er is financiële en maatschappelijke winst te halen met goede re-integratieprogramma’s. ik weet dat doemdenkers daar anders in staan. Zij denken dat het toch niets wordt, er te weinig geschikte banen zijn en dat het onzinnig is om geld uit te trekken voor de re-integratie van hele groepen mensen’, zegt anneke van der giezen. In de praktijk De behoefte om een beeld te krijgen van alle inspanningen was groot. ‘We hadden het vermoeden dat er al best het een en ander in de praktijk meer of minder effectief wordt ingezet. in de eerste fase van het programma Vakkundig aan het werk zijn we vooral op zoek gegaan naar deze praktijkaanpakken. Wat zijn werkzame elementen hierin? in welke mate hebben deze aanpakken een goede beschrijving en onderbouwing? Welke witte vlekken zijn er nog?’ De kracht van Vakkundig aan het werk is dat het de mogelijkheid biedt ook integraal te kijken. Daarom behoren ‘schulden en armoede’, ‘integrale aanpakken’ naast re-integratie tot het programma. ‘Sommige mensen komen via maatschappelijke vraagstukken binnen en zouden ook weer aan het werk willen. Sommige mensen komen juist niet aan de slag omdat ze in een problematische schuldensituatie zitten. Daarom kijken we breed: hoe effectief is welke weg? Wat maakt nou dat de een aan de slag komt en blijft en wat zijn de drempels voor de ander?’ Tussentijds oogsten Het onderzoeksprogramma beslaat een periode van vier jaar en er zijn verschillende rondes. ‘Het is zo in elkaar gestoken dat we tussentijds kunnen oogsten. resultaten van eerdere rondes kunnen zo mogelijk ingezet worden op een later moment. We zullen daarnaast tijdens congressen aandacht besteden aan de inhoud.’ De deelnemende partijen spannen zich in om resultaten ook in de praktijk toe te gaan passen. Sommige mensen komen juist niet aan de slag omdat ze in een problematische schuldensituatie zitten Het is heel mooi dat de overheid dergelijke programma’s opzet, maar de bal ligt momenteel bij gemeenten om de re-integratie vorm te geven en te verbeteren. op dit moment verschilt de inzet en professionaliteit daarbij tussen gemeenten. anneke van der giezen: ‘gemeenten kunnen het zich niet permitteren om kennis over effectieve aanpakken naast zich neer te leggen. Hoe kunnen zij hun doelen bereiken door slimmer mensen naar werk te begeleiden? Hoe kunnen zij mensen effectiever op de weg naar werk zetten? er wordt altijd geroepen dat re-integratie zo duur is, dat hoeft helemaal niet zo te zijn. Je moet alleen wel weten voor welke groep je meer 5 magazine re-integratie 2016

6 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication