Zet drie externe en twee interne vertrouwenspersonen bij elkaar en er ontstaat allereerst herkenning. Ze vinden elkaar in hun betrokkenheid op hun werk en in hun werkwijze. Dat werk heeft zich de afgelopen twintig jaar verbreed. Was het aanvankelijk vooral gericht op vrouwen en het voorkomen van seksuele intimidatie, later kwamen daar ook pesten, agressie en discriminatie bij. Tegenwoordig betreft het alles wat betrekking heeft op bejegening en integriteit. Vertrouwenspersonen, zo is de gedeelde mening, zijn er vooral om mensen die zich sociaal onveilig op hun werk voelen een plek te bieden waar ze hun verhaal kunnen doen. Combineer intern en extern “Vertrouwenspersonen, zowel interne als externe, kunnen níet zorgen voor een sociaal veilige werkomgeving. Dat is aan de organisatie”, meent extern vertrouwenspersoon Geertje Spijkerman: “Wij zijn eerder onderdeel van een pakket aan maatregelen dat daarvoor wordt ingezet.” Lisette Overduin, centrale vertrouwenspersoon bij de gemeente Den Haag vult aan: “Het gaat daarnaast om de positionering van de vertrouwenspersoon. De vraag is of je zichtbaar bent binnen de organisatie. Dat geldt voor interne en externe vertrouwenspersonen.” Edson Amstelveen, intern vertrouwenspersoon bij de vakbond FNV, ziet hier wel een aandachtspunt: “Als externe vertrouwenspersoon loop je niet altijd rond in een organisatie. Daarom hebben we bij de FNV gekozen voor interne vertrouwenspersonen in de regio die daar bekend zijn en er een achterban hebben. Daarnaast hebben we een centrale externe vertrouwenspersoon aangesteld voor de wat moeilijkere cases of wanneer iemand vanwege de vertrouwelijkheid een melding buiten de FNV wil maken.” Gerda, extern vertrouwenspersoon en LVVbestuurslid, vraagt zich af of er ook nog een soort vluchtroute moet zijn richting een externe vertrouwenspersoon als je als organisatie kiest voor een interne vertrouwenspersoon. Dit vraagstuk is herkenbaar voor Lisette: “Over de gemeente Den Haag wordt momenteel veel bericht in de media rond het vraagstuk van integriteit, zoals jullie weten (In verband met van corruptie verdachte wethouders - AvR). Wij hebben altijd interne vertrouwenspersonen gehad, in totaal vierendertig. Nu gaan we voor het eerst ook een externe vertrouwenspersoon aannemen om de drempel die mogelijk bestaat nog verder te verlagen.” Extern vertrouwenspersoon Anne Overbeek merkt op: “Wat ik hoor van medewerkers is dat ze liever niet gezien willen worden met de interne vertrouwenspersoon. Het feit dat mensen buiten de organisatie met mij kunnen afspreken, is voor hen belangrijk.” Lisette: “Maar medewerkers kunnen een intern vertrouwenspersoon ook buiten een onderneming ontmoeten. Ik vraag altijd waar mensen willen afspreken.” Anne: “Maar dat is niet het beeld dat mensen erbij hebben. Dan gaat het dus om beeldvorming: een interne is intern.” Geertje zou sowieso willen pleiten voor de combinatie intern én extern vertrouwenspersoon. Vooral vanwege haar eigen, recente ervaringen: “Ik ben nu als enige vertrouwenspersoon aan één organisatie gelieerd en dat vind ik niet de meest ideale situatie. De ene keer ben je de vertrouwenspersoon voor het personeel en het andere moment ben je adviseur voor de leidinggevende of het management.” Edson: “Dat is het voordeel van meer vertrouwenspersonen binnen een organisatie: als het nodig is, kan ik altijd doorverwijzen naar een collega.” Anne ondervangt dat probleem doordat ze iemand in dienst heeft en met een aantal waarnemers om haar heen werkt: “Ik kan op ieder moment een tweede of derde persoon inzetten. Als iemand bij me komt die liever met een man wil spreken, mijn collega is ook een vrouw, dan zet ik een man in.”
22 Online Touch Home