5

Van de hoofdredacteur Heeft u 1984 gelezen? In die beroemde roman beschrijft George Orwell een maatschappij gebaseerd op het gedachtengoed van het Engelse Socialisme of kortweg Engsoc. Hij beschreef een dystopische samenleving met een éénpartijstelsel waarin Big Brother alles controleerde. Een belangrijk instrument daarbij was Nieuwspraak, de door de partij voorgeschreven taal. Verwacht werd dat rond 2050 Nieuwspraak (moet in Nieuwspraak met een hoofletter) de Oudspraak volledig verdrongen heeft. Het doel van Nieuwspraak was, zo doceert Orwell ons, dat ketterse gedachten – gedachten die afweken van de beginselen van Engsoc – letterlijk ondenkbaar zouden zijn. De woordenschat in Nieuwspraak was zo samengesteld dat partijleden uitdrukking konden geven aan hun opinies, met uitsluiting van alle gedachten die strijdig waren met de beginselen van Engsoc en de partij. Nieuwspraak moest zelfs redeneringen onmogelijk maken die via een omweg alsnog het gedachtengoed van Engsoc en de partij konden ondermijnen. Woorden konden in Nieuwspraak maar één betekenis hebben, zodat dubbelzinnigheden onmogelijk waren. Orwell gaf een voorbeeld met het woord vrij. Dat mocht nog wel gebruikt worden in uitdrukkingen als: ‘Deze hond is vrij van vlooien’ of: ‘Dit veld is vrij van onkruid.’ Maar vrij mocht niet meer gebruikt worden in de Oudspraak-betekenissen als: ‘politiek vrij’ of ‘intellectueel vrij.’ Politieke en intellectuele vrijheid bestonden in Engsoc niet, dus was daar ook geen woord voor. Ook werd de woordenschat enorm ingeperkt. Onnodige woorden, bijvoorbeeld omdat er al een synoniem was, werden geschrapt. In grote ministeriële gebouwen waren duizenden ambtenaren voortdurend bezig te controleren of iedereen zich aan de regels van Nieuwspraak hield. Overtredingen werden gestraft. Het resultaat was dat er nauwelijks nog variatie was in de manier waarop individuen zich konden uiten. Iedere zin die ze wilden uitspreken was tevoren vastgelegd. Dit was waar ik aan moest denken toen ons Ministerie van sociale zaken en werkgelegenheid half augustus aankondigde alle personeelsadvertenties te gaan controleren op ongewenste discriminerende uitdrukkingen. Gelukkig hebben ze daar nu geen duizenden ambtenaren meer voor nodig. De ministeriële taalpolitie kan tegenwoordig beschikken over computerprogramma’s die met algoritmes iedere minuut duizenden advertenties scannen en zelfs het kleinste taalmisbruik opsporen. Dat misbruik wordt gestraft. Dat leidt vrijwel zeker tot gestandaardiseerde personeelsadvertenties. Ik zie de handboeken met risicoloze advertentieteksten al voor mij. Zodra alle advertentieteksten voldoen aan de ministeriële eisen is het slechts een klein stapje om met een taalpolitie alle andere Nederlandse teksten te controleren op kleine, door dominante pressiegroepen opgelegde, ongewenste uitdrukkingen. Orwells Big Brother zou jaloers zijn. Bram Brouwer Mandeguod 3

6 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication