31

TRENDS EN ONTWIKKELINGEN “BEDRIJVEN, OOK DE KLEINERE, ZULLEN DE MILIEU-IMPACT VAN HUN ACTIVITEITEN MEER EN MEER MOETEN METEN EN RAPPORTEREN” Verduurzaming, circulariteit en klimaat zijn maatschappelijke opgaven die bedrijven niet in hun eentje aankunnen. “Om de transitie te kunnen maken, is samenwerking tussen de ketenpartners nodig,” stelt Helen Visser, de programmamanager Duurzaamheid bij Koninklijke Bouwend Nederland. Denk hierbij aan slopers, toeleverende industrie, bouwgroothandel, financiers, vastgoedbeleggers, architecten, (overheids)opdrachtgevers, de (ontwikkelende) bouw, Rijk, wetenschap en onderwijs. In elke schakel van de bouwketen heb je koplopers, maar er moet nog veel gebeuren om de doelen van 2030 te halen. VOORHOEDE “Hoewel er een enthousiaste voorhoede is, staat circulair bouwen nog aan het begin,” vertelt Visser. “De bouwsector zet al jaren in op duurzamer materiaalgebruik, maar de daadwerkelijke transitie naar een circulaire bouweconomie moet nog plaatsvinden. Eén van de redenen is dat er te veel op de laagste prijs wordt gegund,” stelt ze vast. “Technisch kan er vaak meer dan veelal in de praktijk gebeurt. Als opdrachtgevers en met name de overheid ‘circulair’ inkopen, door bijvoorbeeld te gunnen op circulariteit in aanbestedingen, kunnen bedrijven zich met circulaire innovaties onderscheiden in de markt. Onder andere op dat punt valt nog een wereld te winnen.” Tegelijkertijd gebeurt er al veel, aldus Visser. “Landelijk, maar zeker regionaal gebeurt er steeds meer. Het is een kwestie van omdenken. Bijvoorbeeld door een gebouw te transformeren in plaats van te kiezen voor sloop en nieuwbouw.” AFDWINGENDE WETGEVING Het is inspirerend en mooi om te zien hoe bedrijven waarde kunnen creëren voor milieu, natuur en sociale aspecten en daar tegelijktijdig geld mee kunnen verdienen, stelt Antoine Heideveld, oprichter en directeur Het Groene Brein. Zijn organisatie bestaat uit een netwerk van 160 wetenschappers die hun kennis ter beschikking stellen aan bedrijven en overheden die aan de slag willen en zijn met de circulaire economie. “Bij de consumenten is steeds meer aandacht voor duurzame en circulaire oplossingen. Denk aan het kopen van groente en vlees direct bij de boer, de korte keten. Dat kan ook in, pak hem beet, de kledingindustrie, maar dan moet er wel vraag zijn vanuit consumenten. Want zonder klanten geen business.” Het beleid richt zich nu vooral op ondersteuning, constateert Heideveld. “Als we echt naar een volgende fase van de circulaire economie willen, dan kan de overheid meer sturen op een gelijk speelveld. Waarbij je milieukosten integreert in de prijs van het product.” METEN EN RAPPORTEREN Duurzaamheid, biodiversiteit en CO2-reductie zijn niet langer het exclusieve domein van de koplopers. Bedrijven, ook de kleinere, zullen de milieu-impact van hun activiteiten meer en meer moeten meten en rapporteren. Die druk is er ook vanuit de consument en opdrachtgever. Consumenten stellen zich meer en meer activistisch op. Opdrachtgevers zijn voor hun eigen duurzaamheidsprestaties deels afhankelijk van NOAB.NL 31

32 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication