23

De 2e verdedigingslinie werd ingericht achter de rivier de Weser en de 3e verdedigingslinie lag achter het Mittellandkanal. Verder waren tot in het midden van Duitsland diverse Nederlandse luchtmacht installaties, zogenaamde sites, gesitueerd die met luchtdoelafweerraketten het luchtruim moesten vrijwaren van vijandelijke vliegtuigen. Ook waren bevoorradingspunten ingericht die bij zowel het aanvallend als bij het verdedigend gevecht de troepen konden blijven bevoorraden. De bevoorrading vanuit Nederland zou gebeuren via een aantal vrij te houden bevoorradingsroutes. Ook de B213 was zo’n aangewezen route. Waarbij de plaats Cloppenburg (de acht van Cloppenburg) een belangrijke logistieke verdeelplaats was. Hier was ook een Nederlands detachement geplaatst. De genoemde bevoorradingsroutes hadden prioriteit bij bijvoorbeeld sneeuwruimen. Deze routes waren samen met de snelwegen het eerst ijs- en sneeuwvrij. Zonder bevoorrading geen gevecht, beter gezegd: zonder logistiek geen tactiek. De indeling van het 1LK in zogenaamde Divisievakken. 103 en 104 Verkenningsbataljon alsmede 41 Pantserbrigade maakten deel uit van de op dit kaartje benoemde “Covering Force” 103 Verkenningsbataljon maakte dus deel uit van het Nederlandse Eerste Legerkorps en alhoewel gestationeerd op de legerplaats Seedorf, maakte ons bataljon geen deel uit van de aldaar gelegerde 41 Pantserbrigade. Op haar beurt maakte 1 LK deel uit van Northag, the Northern Army Group. Dit was een samengestelde NAVO-eenheid bestaande uit het Duitse Eerste Legerkorps, het Britse Eerste Legerkorps, het Belgische Eerste Legerkorps en dus ons eigen 1 LK in front. Daarachter het Legergroeps achtergebied met reserve- en logistieke eenheden onder bevel van CNORTHAG. 22

24 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication