37

Column De randen van de dag ‘We gaan om zeven uur op pad’, kondigde onze vriend de boswachter aan. Hij bedoelde ’s avonds. Hoe vaak heb ik spijt gehad dat we alweer op de terugweg van een wandeling waren terwijl buiten het late strijklicht het landschap in een wonderlijke gloed zette! Dan waren we ’s ochtends lekker bijtijds op weg gegaan, maar om een uur of vier toch wel uitgewandeld, en namen dan dus al de trein terug. Terwijl het mooiste deel van de dag vaak aanbreekt als de avond valt. John Jansen van Galen wandelt al zijn hele leven en schrijft daarover artikelen, columns en boeken. ‘En dan gaan we om vijf uur weer op pad’, zei onze vriend de boswachter. Hij bedoelde ’s morgens. En ja, vlak na zonsopgang kan de natuur nog zo stil en ongerept zijn, en is er een frisheid in de lucht die de belofte inhoudt van een mooie dag. Het regende die avond. We schuilden onder de brede kruin van een beukenboom met uitzicht op het jachtslot Sint Hubertus. Maar na twee uur werd het droog. Reeën, een hinde en een kalf, graasden aan de bosrand. Zwijnen, een vrouwtje en vier jongen, scharrelden in het struikgewas. Een kudde herten, de mannetjes met indrukwekkende geweien, schreed langzaam voort over een heideveld. Na tienen werd het nog stiller, dan sluiten de hekken van de Hoge Veluwe en moet iedereen weg zijn. Maar onze vriend woont er, dus wij mochten blijven. We zaten op een vlonder aan de rand van de Deelense Was. Dunne nevels dreven over het heideven: ‘Witte wieven’, zei een van ons. We dronken bier en wijn, aten kaas en worst die onze vriend in de rugzak had meegetorst. Een dodaars trok strepen in het water. Boven ons was het nog wonderlijk licht, de laatste zonneschijn, want het is zoals Nescio schrijft: de avond valt niet, maar stijgt op. Alles was van een grote vredigheid. Na middernacht waren we terug, zaten nog even bijeen en gingen te bed. Het viel niet echt mee om een paar uur later weer op te staan, het was al wel licht maar de zon was nog niet boven de horizon. Het werd weer een magnifieke wandeling, in een diepe stilte die niet verstoord werd. Toen we voldaan in de trein terugreisden naar Amsterdam namen we ons voor dit vaker te doen: wandelen buiten de daarvoor geëigende uren. Van harte raad ik het u ook aan. John Jansen van Galen voetstuk Naam: Ingeborg Steinvoord Leeftijd: 54 jaar Beroep: Wandelende loopbaancoach en hr-manager Woonplaats: Heemskerk Bijzonderheden: Na een ‘mini-midlifecrisis’ gestart als Wandelende loopbaancoach. ‘Ik sloeg een nieuwe weg in. Uit mijn hoofd, in mijn lijf.’ Totaal aantal kilometers: Twintig kilometer per week en zo’n achthonderd per jaar. ‘Maar het aantal kilometers is voor mij geen doel.’ Waarom wandelen: ‘Het vertraagt me ontzettend. Tijdens een wandeling kun je goede gesprekken voeren. Ik heb meer rust in mijn hoofd. Er is weer ruimte voor ideeën en oplossingen. Door te bewegen, zet je een bepaald systeem in je lijf aan waardoor je beter kunt denken. Ook de natuur helpt daarbij.’ Mooiste wandelervaring: ‘Een huttentocht in Noord-Italië, samen met mijn man. Vijf dagen lang, legden we twintig kilometer per dag af. We liepen heel hoog, boven in de bergen over de toppen. Prachtig, al die natuur en die bergen om ons heen.’ Nooit weer: ‘Verdwalen met een klant. Maar verder vind ik wandelen heerlijk. Ik loop ook graag hard, maar ik ben prestatiegericht. Tijdens een wandeling kan ik me ontspannen.’ To do: ‘Elke dag wandelen. Een klein stukje, om even uit de drukte te gaan en mijn hoofd leeg te maken. Al is het maar een half uur. Dat schiet er nu nog vaak bij in.’ 37 Wandelt sinds: ‘Een jaar of tien. Eigenlijk ben ik een hardloper, maar ik merkte dat wandelen me meer rust geeft. Ik begon er samen met mijn man mee en wandel ook met vrienden. Tijdens het wandelen zie ik meer.’

38 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication