Redactioneel ‘Zullen we er nog een lusje aan vastknopen?’ Ik stemde in. De gesprekken waren net goed op gang gekomen en wandelend bijkletsen was sinds een jaar geleden nu eenmaal dé manier van samenzijn. Het werd donker, de paden werden magisch. De vriend moest plassen en kon dat schaamteloos in het donker doen. ‘Dat is het voordeel van man zijn!’ zei hij opgetogen. Ik liep rustig verder, wilde niets opvangen van zijn privémoment en kneep zelf mijn blaas nog maar eens samen. De schemer voltrok zich traag, de kleuren werden steeds diffuser. De maan scheen verrassend veel bij, de contouren van het pad bleven zichtbaar. Toen ik me omdraaide zag ik hem aan komen lopen. Een reusachtige gestalte in de vorm van een zwart silhouet. ‘Ik geloof niet dat ik hier graag alleen zou lopen als vrouw’, zei ik toen we weer naast elkaar liepen. ‘Nee, dat snap ik’, zei de vriend. ‘Dat vind ik nóg een voordeel van man zijn.’ Ik knikte onzichtbaar in het bijna duister. ‘Ik zou willen dat het niet zo was’, verzuchtte ik, die vrijheid hoog in het vaandel heeft staan als het gaat om levensvreugd. De gesprekken buitelden stap voor stap over elkaar heen, ze waren nog niet op, maar het was halfacht en het thuisfront had ook recht op mij. Lichtvoetig Verdwalen Nog niet eerder namen we dát wandelpad richting Otterlo. Dus – een mens moet open staan voor iets nieuws – doen we dat nu wel. Na een kilometer of anderhalf steken we een breed zandpad met fietspad over. Een sliert fietsers passeert jolig in ganzenpas, de corona-afstand van anderhalve meter loopt door de smalte van het fietspad geen deuk op. Even van het zandpad af ontdekken we een grote kuil in carrévorm. We besluiten hem te verkennen en een stukje door het bos te lopen. Ik zeg tegen haar dat ik de omgeving zo goed ken dat ik straks het zandpad wel weer zal vinden. Na een ronde om de kuil wil ik weer op de route komen via een bospaadje. Maar dat houdt op in the middle of nowhere. Wie A zegt moet B zeggen, dus strompelen we over heidepollen en langs dennenstompen. Het duurt even maar eindelijk bereiken we het zandpad weer. Zestien jaar geleden meldden sommige bronnen dat er een poema op de heide was gesignaleerd. Dat bleek loos alarm. Maar nu zouden we zomaar oog in oog kunnen staan met een wilde wolf. Na een uurtje wandelen over het zandpad is het net of het stiller is dan anders. In de verte zien we enkele ruiters, maar die slaan af. We lopen en lopen. Daarheen, zeg ik, die kant op. Er is geen mens te zien, we hebben geen flesje water bij ons, want we wilden een uurtje of twee wandelen op deze zondagochtend. We hebben een smartphone bij ons, maar die is leeg. Donkere wolken pakken zich samen boven de uitgestrekte heide. Ontkennen heeft geen zin meer; dit is niet meer dwalen over de hei. Dit is verdwalen. Ik ben verdwaald en heb haar vertrouwen in mijn padvinderskwaliteiten geschonden. Ik sta bij een bordje Planken Wambuis en even verderop een bordje Edesche hei. En nu? Ik besluit op de zon te lopen die zich gelukkig even laat zien. Daar. Het is half 1, dus moet daar het zuiden zijn. Gelukkig volgt ze me, ondanks mijn getaand gezag. Visioenen van een sneeuwbui die ons overvalt, slapen onder een spar, een dubbele avondklokboete. Ik houd ze voor mezelf. Na een half uur bevestigt een ouder paar in bezit van gps mijn diagnose. Ja, die kant op ligt Ede. Na nog twee uur lopen bereiken we met zere voeten ons huis. Wat is de heide mooi. En groot! Voortaan zullen we altijd, hoe kort ook ons geplande heidewandelingetje, een flesje water meenemen. En een opgeladen mobiel. George Knottnerus 28 Bosgebieden bij de buren De uitgestrekte Hunsrück 32 De coronadip te lijf Dompel je onder in een bosbad 36 Tussen twee Unescomonumenten In het hart van de Bourgogne Verder in dit nummer: Nieuws Wandelproducten Uitgelezen Column Lidewey van Noord / Loopbaan Groningen marathon verbindt Wandelbrieven Column John Jansen van Galen / Voetstuk De positie van de vrouw is flink veranderd en verbeterd sinds de suffragettes begin 1900 rellen veroorzaakten in Londen. Maar alleen reizen of je op afgelegen en donkere plekken verplaatsen als vrouw blijft kwetsbaar, of: voelt soms kwetsbaar. En dat is jammer als ik de quotes lees van de schrijvers en filosofen die onze nieuwe columniste Lidewey van Noord aanhaalt in haar boek Alleen op avontuur: ‘Om echt van een wandeling te kunnen genieten, moet je alleen op pad gaan. Je hoort beter, ziet meer en ervaart het landschap fundamenteel anders. Bovendien: wie zich aan de natuur overgeeft, is nooit alleen.’ Mooi. Maar op haar solotochten ontmoette ze al haar angsten. Wat als ik een been breek of verdwaal? Wat nou als er achter die kastanjeboom een enge man verscholen zit? Het plezier won het keer op keer van de vrees. Vrijheid wint het van angst. Tialda Hoogeveen 26 ID-Travel bestaat 25 jaar Huttentocht door Trentino inhoud 7 8 Wandelgemeente van het Jaar 2021 Loon op Zand wint spannende titelstrijd Verdwalen op Terschelling Op avontuur over de Noordsvaarder 10 Genieten van een ander uitzicht Opladen in de Ardennen 17 Musthaves 2021 De mooiste producten voor wandelaars 4/5 6 16 30 31 35 38 ‘te voet’ is een uitgave van Hobri Pers Uitgeverij BV, Tuindorpweg 23, 3951 BD Maarn, T. 0343-449499 • e-mail abonnee administratie: abo@wandelkrant.nl • e-mail redactie: redactie@wandelkrant.nl • website: www.tevoetonline.nl • Vanuit België: T. 0031 343 449 499. redactie@wandelkrant.nl • Advertenties: Tarieven op aanvraag bij bovenstaand adres • Uitgever: Eef van den Brink • Hoofdredactie: Tialda Hoogeveen • Vormgeving: Punt Grafisch Ontwerp Utrecht, www.puntgo.nl • Foto voorpagina: Shutterstock • Aan dit nummer werkten mee: Flip van Doorn, John Jansen van Galen, Femke Jaarsma, George Knottnerus, Ilona Nieboer, Lidewey van Noord, Jan Fokke Oosterhof, Thérèse Rijken, Els Spanjer, Elvira Werkman, Gerrit Jan Zwier • ‘te voet’ nummer 1, zevenentwintigste jaargang. Het volgende nummer van ‘te voet’ – zevenentwintigste jaargang, nummer 2, zomer 2021 – verschijnt eind juni 2021.
4 Online Touch Home