15

Van links af aan: Jordie Holla van Arval, Peter Keller van Veth Automotive, Frans van Diepeningen van bott en René Hoogakker van Medux Downsizen Die nuchtere aanpak van Hoogakker blijkt ook illustratief hoe hij zijn mobiliteitsbeleid inricht en hoe de autoregelingen zijn opgesteld. Werknemers, vooral servicemonteurs, mogen hun bus gewoon mee naar huis nemen en – in het geval van een elektrische bus - als er binnen 100 meter geen openbare laadpaal aanwezig is, wordt er thuis een aangelegd. Op ieder dasboard zit een QR code met daarachter een door Mercedes geproduceerde video met uitleg en tips over de elektrische Vito. Maar eigenlijk wil Hoogakker de servicemonteurs nu in de kleinere e-Vito’s krijgen; velen rijden nog in de grotere Sprinter. Downsizen dus, deels ook om weer andere regelgeving: in veel gemeenten mag je na zes uur ’s avonds niet meer met een grote bus de binnenstad in. Of hij de monteurs meekrijgt in zijn plannen? “We hebben de grootste EV-criticasters, die ook tegen het downsizen zijn, zo’n nieuwe elektrische bus, voorzien van een prachtige inrichting van bott, meegegeven. Als proef. Nou, uiteindelijk zijn het onze grootste ambassadeurs geworden.” Het ambassadeurschap blijkt een belangrijke strategie bij Medux voor de adoptie van elektrisch rijden. Waarbij de berijders van meet af aan worden meegenomen in het waarom van de beslissingen. Eenzelfde beleid geldt voor de personenauto’s. Maar bestelauto’s is toch een andere tak van sport, weet Hoogakker. Een bestelauto is in eerste instantie toch vooral een half-fabrikaat. Hij moet nog helemaal worden aangepast aan de eisen van het bedrijf om zijn taak goed te kunnen uitvoeren. Daarom is de samenwerking tussen importeur, leasemaatschappij – Arval in dit geval – en Veth Automotive en bott zo belangrijk. Waarbij bp zorg draagt voor de laadinfrastructuur. “Het is belangrijke dat iedere partij meedenkt, helemaal als je zo’n transitietraject ingaat. Met alle partijen hier aan tafel hebben we regelmatig contact, geven tips over een bepaald aspect wat misschien beter kan. Helemaal in een markt waar de levertijden lang zijn, wil je voortdurend goed contact met al je leveranciers. Dat hebben we momenteel prima voor elkaar”, aldus Hoogakker. “Monteurs zijn geneigd veel te veel mee te nemen. Dat moet vooral in een elektrische bus gewoon veel efficiënter – en dat kan ook!” EV goedkoper? Zo zijn er samen met de leasemaatschappij ook uitvoerige berekeningen gemaakt over de total cost of ownership van de elektrische bussen. Met de subsidies erbij (Seba en MIA) kwam die voor de e-Vito voordeliger uit dan een dieselvariant. “Vanaf 1 januari gaat het plaatje natuurlijk weer veranderen: de subsidieregel Seba gaat er vanaf, maar aan de andere kant wordt er wel BPM geheven over een dieselbus. We verwachten dat EV dan weer goedkoper uitpakt. Het een en ander is nog een beetje afhankelijk van de restwaardeontwikkeling van zowel EV als brandstofbus en van de energie- en brandstoftarieven”, aldus Jordie Holla van Arval. | 15 Bott

16 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication