dat de school hiermee gaat werken in de vorm van een pilot van twee jaar; één jaar voorbereiding en één jaar pilot met een evaluatie om te kijken of ze ermee doorgaan of terug gaan naar het oude systeem. De reden voor deze aanpak: je weet pas wat het concept inhoudt en of het iets is als je het hebt ervaren en meegemaakt. De school wil het nieuwe onderwijsconcept in vier jaar neerzetten. Daarna zal nog drie jaar nodig zijn om het echt goed te borgen. Vorig schooljaar is de school begonnen met de invoering van het nieuwe onderwijsconcept in leerjaar één (zes groepen van gemiddeld 20 leerlingen). Dit schooljaar zijn ze ermee doorgegaan en werken ze zo in leerjaar één en twee. In het eerste jaar zijn ze begonnen met een vast team van docenten met invoering in het eerste leerjaar. “Het was een groep docenten waarvan we dachten: dat is het team dat daar goed mee kan werken.” Na het eerste jaar zeiden bijna alle docenten dat dit de toekomst is en dat ze zo verder moeten gaan om aan de behoeften van leerlingen te voldoen. In het tweede jaar hebben ze aanpassingen gedaan (op basis van ervaringen in het eerste jaar) en is de ene helft van het docententeam doorgegaan naar leerjaar twee en de andere helft is in leerjaar één gebleven. Beide leerjaren hebben er ook weer nieuwe docenten bij gekregen. Het team voor leerjaar één en twee is één team. In principe is het zo dat de docenten van de onderbouw alleen in de onderbouw werken. Dat komt niet altijd uit, want het is een kleine school. Het werken in twee systemen is niet ideaal (in de bovenbouw wordt nog les gegeven volgens het traditionele lesrooster). De docenten die in het nieuwe onderwijsconcept gaan werken, krijgen vooraf een training voor coach en voor denken in doelen en leren omgaan met de Portal. Momenteel zijn docenten hiermee bezig, zodat zij de leerlingen in leerjaar drie over kunnen nemen. De school heeft ook enige begeleiding gehad vanuit de Kunskapsskolan. “Die komen dan periodiek meekijken. En dan zie je ook gewoon dat die iedere keer weer de docent in de juiste stand zetten. Niet sturen maar zelf laten doen.” Wijze waarop anders georganiseerd Leerlingen van verschillende niveaus zitten bij elkaar in een stamgroep (gemiddeld 20 leerlingen) en werken ieder volgens hun eigen leerdoelen aan verschillende vakken op verschillende niveaus. Ze werken met een iPad. Alle leerstof van basis t/m vwo (in treden en thema’s verwoord) staat op de digitale learning portal. Iedere stamgroep heeft een coach (een docent) waar iedere leerling wekelijks een gesprek van 15 minuten mee heeft. Er wordt gekeken waar de leerling staat (wat hebben ze vorige week gedaan, welke doelen hebben ze gehaald) en er worden afspraken gemaakt (wat gaan ze de komende week doen). Leerlingen gaan pas door als ze een trede hebben behaald, een doel hebben bereikt, iets beheersen. Dat betekent dat de ene leerling wat verder loopt dan de andere. De coaching door vakdocenten gaat puur en alleen op leeractiviteiten. Als een leerling sociaal-emotioneel niet lekker in zijn/haar vel zit, dan schakelen ze andere partijen in (bijvoorbeeld de zorgcoördinator, school maatschappelijk werker, jeugdgezondheidszorg, leerplichtambtenaar, of verzuimcoördinator). Het rooster is per dag en per week verschillend, omdat instructie wordt gegeven naar de behoefte van de vakdocenten voor hun leerlingen. Ze gaan uit van eenheden van 75 minuten. De instructie is meestal 25 ……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………. Anders organiseren? Teamwork! | 55
56 Online Touch Home