16

“Huilend naar de wc, ik kan nog dammen” Laat Fred Ivens (1944) maar schuiven. Grootmeester Auke Scholma noemt de Betuwse dammer ondanks zijn grijze haren een jonge hond. Oppassen! Geen enkele speler is veilig voor de man uit Ingen. Wekelijks brengt Ivens thuis een uur of tien door achter het dambord. Snuffelt in boeken, gebruikt de computer. Zorgvuldig worden de komende tegenstanders geanalyseerd. Want in de weekenden wachten weer zware wedstrijden. Iets verder in het verschiet liggen bovendien de grote toernooien. In Bulgarije werd Ivens zowaar tweede in het Europees kampioenschap voor veteranen. “Drie jaar geleden zijn we vanuit Naaldwijk naar Ingen verhuisd. We wonen nu dicht bij onze dochter in Wageningen. Onze kleindochter is vijftien maanden. De kleinzoon van onze dochter in Meppel telt acht jaren. De derde dochter woont in Portugal. Heerlijk om twee keer per jaar naar de Algarve te gaan. Zij heeft alleen 16 kleindogs: zes honden en een paar katten.” Weg uit de drukke Randstad geniet Ivens in de Betuwe van de ruimte. In de tuin staat een kas, de Westlandse tuindersdochter waarmee hij getrouwd is kan niet zonder. De damclub bevindt zich aan de overkant van de Rijn, in Wageningen. “Een vereniging met visie, waar veel aan jeugdopleiding wordt gedaan. Ik hou van een warme club. Je wordt een beetje familie. Het grote talent Jan Groenendijk – als zeventienjarige plotseling tweede tijdens het wereldkampioenschap – geldt als exponent van het Wageningse dammen.” Fred is de zoon van de bekende dambestuurder Ad Ivens. Vanouds kwamen alle kopstukken uit de damwereld bij de familie Topjaar veteranenkampioen Fred Ivens Ivens over de vloer. “Ga jij maar lekker voetballen”, zei pa tegen de vijftienjarige Fred. Die als reactie natuurlijk fanatiek begon te dammen. In 1961 proefde hij voor de eerste keer de smaak van het nationale clubkampioenschap. In totaal zesmaal was Ivens met wat toen nog heette Residentie Dam Genootschap (en zijn opvolgers) alle Nederlandse damclubs te slim af. Veertien keer werd hij Westlands kampioen. Decennialang werkte Ivens op tal van redacties bij de Haagsche Courant. Aan de lange reeks van jaren sinds 1966 kwam in 2002 emotioneel een einde. Twee jaar eerder was de journalist getroffen door een pittige burn-out. Hij volgde groepstherapie, knapte weer op. Keek in de spiegel en accepteerde samen met twintig, dertig collega’s een gunstige prepensioenregeling op basis van 92,5 procent van het laatst verdiende loon. “Ik was net 58. We hadden het voordeel pre-babyboomer te zijn. IN TeRVIeuW

17 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication