5

patiënt ergens een afdeling binnen, z'n kamer in, en verdween een bezoeker in het donkere trapgat. Zo heeft de duisternis onze terugtocht gedekt en onze over treding verborgen gehouden. De volgende dag hadden we natuurlijk het grootste plezier om de geschiedenis; maar we hebben ons verder toch braaf aan de regels van het huis gestoord en ons als nette jongens gedragen. Na de eerste kritieke tijd was Jan eigenl ijk niet meer als zieke te beschouwen. Toen moest al leen z'n verslapt l ichaam weer de nieuwe kracht krijgen om even fit als steeds het leven door te gaan. Zo kon hij vanuit z'n bed met alles goed meeleven en rustig al wat om hem gebeurde gadeslaan. En daarbij heeft hij zijn Agnes gevonden en zij hem. Werd hij getroffen door haar echte, goede vrouwelijkheid, zij heeft spoedig gevoeld en gemerkt, dat Jan iets bijzonders was, uit z'n houding, uit z'n ,voortreffelijk patiënt zijn", uit z'n grote vriendenkring , kortom uit z'n sterke, mannelijke persoonlijkheid. Tenminste, ik geloof wel , dat zo de steeds sterker wordende band is ontstaan, waardoor Agnes en Jan zich verbonden wisten. Van die tijd of was Jan vergezeld van Agnes, in z'n „Aeolus" -Leven, en zijn zij samen voor ons geworden vrienden, samen medewerkers, samen een voorbeeld . De bonte reeks van beelden uit Jans hockey leven en wat daarmee samenhangt, draait nog verder voor m'n ogen, met allerlei kleine en grotere gebeurtenissen en voorvallen. Dit alles te vermelden heeft geen zin. Maar laat ik wel nog even stilhouden bij Jans officiële afscheid van de vereniging „Aeolus", op 28 en 30 September 1945. Want dat is, voor het leven hier op aarde, een afscheid voor goed g ewo r d e n . . . . 28 September 1945 zat „Aeolus" 's avonds te wachten in het zaaltje van Plaswijck. Te wachten in grote spanning. Het zou de hulde-avond voor Jan worden, wiens stoel nog open was, en men wilde zo graag z'n gevoelens uiten, dat iedere minuut uitstel te lang leek. En ineens was hij er. In z'n luitenantsuniform stond hij midden in de zaal, tussen z'n Vader en Moeder, zijn zus en broers, naast zijn Agnes, omgeven door zijn „Aeolus". Spontaan klonk het „Lang zal hij leven" de ruimte in en toen voor het laatst zag ik hem daar staan, zoals steeds als hem eer werd betuigd. Verrast en een beetje verlegen, z'n hoofd wat gebogen en helemaal gelukkig. Hij is die avond in het zonnetje genet. Niet voldoende, want dat was niet mogelijk. Maar wel van ganser harte, en daar ging het om en dat heeft hij gevoeld. Met die avond is Jan z'n prachtige loopbaan als bestuurder van „Aeolus" feestelijk en dankbaar, natuurlijk, maar toch ook met weemoed besloten. Het leven en zijn toekomst vroeg Jans gehele aandacht, en die zou hij er aan gaan geven, en daarom moest „Aeolus" het zonder hem doen. En daarom ook was er naast feestvreugde en dank, grote weemoed . . . . 2 Dagen later, Zondag 30 September, vond z'n afscheid op het veld plaats. Het had moeilijk een mooier, een sportiever afscheid kunnen zijn. „Aeolus" speelde mee, te midden van alle sterkere Rotterdamse clubs, in de voorronde voor de hockeydag. 7 _______________________________________________________________

6 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication