19

19 17.06 NEUS VOOR LASTIGE KLUSSEN. In de rubriek 'Mens & Lichaam' in het Nederlandse 'Quest Braintainment' werd de hond voorgesteld als een topspeurder : "Honden zijn topspeurders. Ze hebben meer dan 200 miljoen geurreceptoren in hun neus. Mensen hebben er maar vijf miljoen. Honden pikken zo het geringste geurspoor op. 'Maar veel interessanter nog dan die gevoeligheid is hoeveel verschillende geuren een dier kan onderscheiden', vertelt Adee Schoon van Animal Detection Consultancy, dat speurhonden onderzoekt. Hoeveel soorten geurreceptoren heeft zo'n dier? Wij hebben er volgens haar zo'n 400, een hond 900. Daarmee kan hij dus veel meer geurcombinaties ruiken. En nog belangrijker: hij kan die ook veel beter van elkaar onderscheiden dan wij. Met hun neuzen helpen honden de politie bij het zoeken naar vermiste kinderen, wapens en drugs. Maar ze kunnen bijvoorbeeld ook ruiken of er bij brandstichting benzine is gebruikt, of er onzichtbare bloedsporen op een misdaadplek zijn, en of er ergens landmijnen of andere explosieven liggen. Maar ook of een bezoeker stiekem een mobiel de gevangenis in probeert te smokkelen, of er een schadelijke schimmelsoort in een citrusboomgaard zit, en nog veel meer." 17.07 EEN KUNSTENAAR. Voor een bijdrage in de reeks 'Het Atelier' in 'Weekend' trok Nathalie Le Blanc naar artiest Quinten Torp (°1960) die werkt in de oude loketruimte van het station te Heusden-Zolder : "Ik kom hiernaartoe gefietst, trek de deur dicht en het is van mij... Of ik altijd inspiratie heb? Schilderen heeft weinig met inspiratie te maken. Het is iets wat je doet. De ideeën komen als ik ermee bezig ben. Soms weet ik echt niet waar ik aan begin, en niet alles lukt. Ik werk vandaag nat in nat, en dat moet vooruitgaan. Als het niets is, dan is het niets. Het is een manier van werken waarbij je je blootgeeft. Vroeger verstopte ik mij achter lagen en lagen verf, nu is het opener. Het is goed of niet, in een trek. Take it or leave it. Dat voelt beter. Het is vermoeiend, schilderen. Je hoofd en je lichaam zijn aan het werk, en je loopt veel heen en weer. Als ik voel dat een werk af zou kunnen zijn, hang ik het op en maak er foto's van. Dat schermpje zorgt voor afstand, en als ik de foto's bekijk, zie ik andere dingen. Het is een soort check-up, soms zet ik het werk terug op mijn ezel. Tot het klaar is. Soms is dat een paar uur, soms duurt het langer. Een werk is nooit echt af, het is klaar als ik dat beslis." Stef Declerck, Poperinge

20 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication