27

op één lijn 36 1e uitgave 2010 Beste H&W artikel Heert dokter Prijs 2009 DOOR ROELF NORG, HUISARTS IN HAELEN medicatie? Dit gebeurt door deze mensen de medicatie ook weer te onthouden en te zien of zij daarmee weer méér last van de plasklachten krijgen. Op deze manier ontstaat een selectie van degenen bij wie de klachten effectief worden bestreden met de medicatie. Bij hen wordt de behandeling definitief voortgezet. Bij de anderen wordt modelmatig de individuele meerwaarde van de alternatieve behandelingen, bijv. een operatie of juist afwachten, bepaald. In de “usual care’ arm van het onderzoek, bleek dat de huisartsen scherper selecteerden, en met minder mensen een even groot (groeps)effect bereikten. Het behandelprotocol heeft derhalve geen bewezen meerwaarde. Een dag na mijn verjaardag, mocht ik op 11 december jl. een nieuw cadeau in ontvangst nemen tijdens het drukbezochte NHG-congres. In een met 2400 huisartsen volgepakt RAI congrescentrum werd mij verzocht dicht bij het podium plaats te nemen. Geen garantie vooraf, maar wel een kleine vingerwijzing. Prof. van Weel besprak het juryrapport van de Heert Dokter Prijs. Deze prijs wordt uitgereikt aan het beste onderzoeksartikel dat in de voorafgaande jaargang verschenen is in Huisarts en Wetenschap. Dit jaar viel het oog van de jury, bestaande uit Chris van Weel (voorzitter), Patrick Bindels en Marijke Labots, op mijn artikel: Verbetert een behandelprotocol de behandeling van plasproblemen bij mannen? (1) Dit artikel heb ik geschreven in samenwerking met kees van de Beek (uroloog) en onder begeleiding van mijn copromotor Piet Portegijs en mijn promotoren Onno van Schayck en André knottnerus. Het artikel is een weerslag van het hoofdonderzoek uit mijn promotietraject, waarin ik de gebruikelijke zorg, zoals die momenteel in de huisartsenpraktijken wordt geleverd aan mannen met plasklachten, vergelijk met een “optimale” behandeling, volgens de richtlijn. Deze “optimale” behandeling is veel actiever: meer mannen krijgen medicatie (m.n. alfa-blokkers) aangeboden voor hun klachten van bemoeilijkte mictie. Na enkele maanden moet het effect worden geëvalueerd. zijn de klachten verbeterd? En is die verbetering toe te schrijven aan de Ik was wel verrast door de keuze van de jury voor mijn artikel. Trials met negatieve bevindingen spreken - dat is nu eenmaal de realiteit - doorgaans minder aan dan die met positieve resultaten; bovendien was dit onderzoek een zogenaamde “pragmatische” trial. Een trial die geen “normale” placebo-arm had, maar de meerwaarde probeerde aan te tonen tegenover de gebruikelijke zorg. Ik heb gemerkt dat ik hiermee geregeld heb moeten opboksen tegen de notie dat dit “dus geen echte trial” was. De jury zag dat gelukkig anders, en prees in het rapport de meerwaarde van dergelijk onderzoek voor de dagelijkse praktijk. Daar sluit het onderzoek wel naadloos op aan. Het voordeel van zo’n druk bezocht NHG-congres is dat je de felicitaties in ontvangst mag nemen van veel mensen die je al enige tijd niet gezien hebt, zoals mijn vroegere opleider, enkele collega’s uit de H&W redactieperiode, en de huisarts op de veluwe, bij wie mijn vrouw Caroline (ook huisarts) en ik eens zijn gaan praten over praktijkovername en associatie. Bijzonder was het ook dat mijn huisarts-broer in de zaal zat. Ik kan jullie deze ervaring aanbevelen, dus wie nog twijfelt: publiceer ook in H&W! (1) Huisarts en Wetenschap 2008 (12) 614-620. 27

28 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication