29

In de leer Coronials DOOR ARIANNE BECKERS, HUISARTS EN KAPITEIN-MILITAIR ARTS Onze ouders zijn de Babyboomers. Wij zijn zelf De Millennials, of ook wel Generation Y genoemd. En onze kinderen mogen zich tot de Generatie Alpha rekenen. Iedere generatie heeft andere kenmerken. De Babyboomers zijn de naoorlogse generatie waarbij progressieve denkbeelden voorop stonden. Denk aan de seksuele revolutie, de hippiebeweging en de ontzuiling. De Millennials zijn geboren in de periode 1980 tot de vroege jaren 2000 (herkenbare “Wat een bloempje” reactie als je 2000 in het geboortejaar ziet staan?). Volgens de omschrijvingen zijn we idealistisch ingesteld en technologisch handig. We verkiezen flexibiliteit boven zekerheid (waarnemen versus praktijkhouderschap?!). Bovendien zouden we bovengemiddeld narcistisch en egoïstisch zijn (lieve praktijkhouders: we kunnen er niks aan doen dat we de ‘krenten uit de pap halen’. Het is gewoon een kenmerk van onze generatie). Generatie Alpha is/wordt geboren tussen 2010 en 2024. Wij hebben al aardig wat van de social media meegekregen, maar deze generatie krijgt het met de paplepel ingegoten. Zoals influencers, YouTube en Instagram. Ze zouden de rijkste en meest verwende generatie worden. Met dank aan onszelf, de Millennials. En ondanks dat de geleerden het nog niet helemaal eens zijn over de naam ‘Generatie Alpha’ en het gros zich nog in de luiers begeeft dan wel geboren moet worden, zie ik alweer een nieuwe generatie opduiken. Ook dit betreft onszelf, de Millennials (daar heb je dat kenmerkende narcistisch trekje weer). Hoe hard we de afgelopen jaren ook ons best hebben gedaan. Hoeveel uren we ook gedraaid hebben. Hoeveel diensten er ook zijn weggeschreven. Hoeveel combels en KPB’s we ook hebben ingeleverd. Hoeveel voortgangsgesprekken we ook hebben gevoerd. Hoeveel videotoetsen er ook hebben plaatsgevonden. En hoeveel LHK’s er ook in ons dossier staan. Wij zijn de Coronials. De generatie die, net zoals alle andere zorgmedewerkers, voor, na en tijdens de coronacrisis stinkend hun best hebben gedaan voor de zorgverlening in Nederland. Degenen die zelf risico’s hebben gelopen en indirect hun familie en vrienden hier eveneens aan bloot hebben gesteld. Degenen die noodgedwongen wel teledermatologie op een rood vlekje hebben moeten toepassen. Degenen die zich tig keer aan en uit moesten kleden en de kamer moesten desinfecteren bij het zoveelste kindje met koorts en ‘slechts’ een onschuldig viraal infect. Degenen die geen handen meer mochten schudden en zich soms geen houding wisten te geven als er wel behoefte was aan lichamelijk contact (bijvoorbeeld de hand op een schouder van een bejaarde patiënt met veel verdriet). En zo kan ik nog wel even doorgaan. Ons werk werd er niet altijd gemakkelijker of leuker op. En ik zal namens mezelf spreken, aangezien ik het niet voor mijn collegae kan invullen. Maar ondanks dat voelt het, alsof ik in de staart van de opleiding mijn diploma bij een pakje boter krijg (er zijn genoeg toetsmomenten geweest, maar de laatste LHK was door overmacht niet bepaald een noemenswaardige afsluiting). En mogelijk zelfs gewoon per post krijg opgestuurd (op het moment van schrijven staat er nog een ceremonie gepland, maar wie weet hoe de pandemie zich ontwikkelt). Toch ben ik trots op mijn collegae en mezelf. We hebben het maar mooi voltooid. We hebben gezwoegd en geploegd en ontzettend veel geleerd. Door goed begeleid te vallen en weer op te staan (menig judoka kan iets leren van onze opleiders en begeleiders die ons perfect hebben leren valbreken). We mogen ons dan eindelijk huisarts noemen. Gefeliciteerd collegae! En bedankt opleiders/begeleiders! Blijf gezond en geniet van je werkzaamheden. En ondanks dat het nu soms even niet zo voelt, kunnen we ook nu als huisarts het verschil voor onze patiënten maken. Ik neem afscheid van deze column, maar ik start vol goede moed, positiviteit en energie met het felbegeerde huisartsenvak. Het ga jullie goed. Proost (op 1,5 meter)! Gegroet, Coronial majoor-huisarts Arianne Beckers 29 op één lijn 67

30 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication