WETENSCHAP

weten schap Van moreel model naar neurodiversiteit Oordelen over dyslexie, dyscalculie, AD(H)D en autisme nader bekeken Moreel model (Onbewust) Wetenschappelijke kennis Breinen zijn ongeveer hetzelfde. Professionele kennis Doe gewoon, beter je best. Als de Ervaringsdeskundigheid aanpassing niet lukt, faalt het kind en de opvoeder. Focus op het probleem. Medisch model Stoornis in het brein. Onderwijs+ opvoedmodel Geen stoornis, andere aanpak: -onderwijs Behandeling, uitzondering, patiënt . -opvoeding -omgeving -voeding Zwakke kanten versterken Copingmodel Wat doet diagnose met iemand? Strategie die je kiest als kind om te overleven – tot ver in de volwassenheid 50% vermijdingsstrategie! Neurodiversiteits model Breinen verschillen. Evolutionaire noodzaak. Balans in kwaliteiten. Kwaliteiten ontwikkelen. Leren omgaan zwakke kanten. Leren omgaan met oordelen. Deze modellen haken in elkaar, zijn een reactie op elkaar en zijn emancipatoir. Medisch model: voorzieningen voor uitzonderingen Sociaal model: wat heb je nodig om te functioneren? © Nel Hofmeester, 4 november 2016 www. verborgenschatten.eu want er is sprake van een stoornis in het brein. dat maakt deze persoon tot een uitzondering waar voorzieningen en behandeling voor nodig zijn. deze opvatting erkent de problemen waar mensen met bijzondere breinen tegenaan lopen. daarop ligt dan ook de volledige focus, niet op de mogelijkheden. Het medische model is op dit moment het dominante model onder de wetenschappers. omdat voorzieningen en vergoedingen afhangen van een medische verklaring, belemmert dit model de ontwikkeling in het denken over Ad(H)d, autisme, dyslexie en dyscalculie. dit model vormt ook een belemmering voor mensen met bijzondere 12 breinen die een eigen keuze willen maken voor aanpak en coaching. onderwijs- en opvoedmodel opvattingen uit dit model zien we op alle gebieden terug: wetenschappers die autisme en Ad(H)d wijten aan een verkeerde opvoeding en dyslexie en dyscalculie aan een ontoereikende aanpak binnen het onderwijs. Zij stellen, dat er geen sprake is van een stoornis, maar dat voor deze kinderen een gedegen aanpak nodig is, waarbij de zwakke kanten worden versterkt. ook aan dit model zitten positieve kanten. meer kennis bij scholen en ouders zou zeker helpen, maar dat voorkomt niet de verschillen tussen mensen met ‘standaardbreinen’ en mensen met bijzondere breinen. daarnaast is in dit model ook geen oog voor de kwaliteiten van mensen met bijzondere breinen. copingmodel dit model focust vooral op wat een diagnose met iemand doet. uit de geschiedenis weten we maar al te goed wat er op school kan gebeuren met kinderen met bijzondere breinen als op hen wordt gereageerd vanuit het morele model. opgelopen schade is voelbaar tot in de volwassenheid. en

13 Online Touch WETENSCHAP Home


You need flash player to view this online publication