13

accepteren, zouden hun levens een nieuwe kracht en gemak krijgen. Vertrouwen. Het kind voelt intuïtief zijn onzelfstandigheid en vertrouwd erop toe dat zijn ouders al zijn behoeftes zullen voldoen. Toen we een kind waren, konden we geen eten kopen, geen kleren kopen, we maakten ons niet druk om huishoudelijke taken. We hadden geen twijfel dat voor ons gezorgd zou worden, er zou gezorgd worden voor al onze gemakken. Als kind zijnde, gingen we op reis en dachten we niet of we genoeg geld hadden om te reizen. We dachten niet eens hoe we daar zouden komen, maar we twijfelden ook niet aan onze ouders of ze ons daarheen konden brengen. De bescheidenheid van een kind is een voorbeeld van hoe een Christen moet zijn tegenover zijn broers, maar de kinderlijke gevoelens, afhankelijkheid en vertrouwen zijn een voorbeeld van Gods relatie met ons allen, hoe de relatie moet zijn met onze Vader. Evangelie: Lucas 9:46-48 46Ze begonnen onderling te redetwisten over wie van hen de belangrijkste was. 47Jezus merkte wat hen bezighield en hij nam een kind bij zich, dat hij naast zich neerzette. 48Hij zei tegen hen: ‘Wie dit kind in mijn naam bij zich opneemt, neemt mij op; en wie mij opneemt, neemt hem op die mij gezonden heeft. Want wie de kleinste onder jullie allen is, die is werkelijk groot.’ 13

14 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication