41

Als iemand de wereld van cliëntenraden goed kent, is het Wilma Kuiper wel. Ze komt van CliP (Stichting Cliëntenperspectief) en is sinds de overname van die organisatie in dienst bij Stimulansz. Haar doel is, zoals ze het zelf formuleert: ‘Cliëntenraden slagkracht geven’. Hoe doe je dat? Hoe zorg je ervoor dat de ervaringen die cliënten meebrengen vertaald wordt in het systeem? Hoe zorgen cliëntenraden dat ze datgene bereiken waar ze voor staan: beter beleid, luisterende beleidsmakers en uitvoerders. Op het moment van het interview heeft Wilma Kuiper net een blog gepubliceerd. Daarin legt ze de vinger op de zere plek: ‘De discussie (binnen cliëntenraden, red.) gaat over beleid en koersen, regels, aanpakken en werkwijzen. En daar moet een gedegen advies op gegeven worden. in brieven die aansluiten bij de ambtelijke en politieke wereld en die laten zien dat de adviesraad een serieuze inbreng heeft. En als dan aan de cliënt aan tafel gevraagd wordt wat hij ervan vindt, staat die met zijn mond vol tanden of er komt een schuchter antwoord. Daar heb je ‘niets’ aan, is dan al snel de conclusie. Maar ja. Die mond vol tanden snap ik nog beter. Er wordt namelijk een andere taal gesproken. Soms letterlijk, maar meestal in figuurlijke zin. Want de wereld van beleid en advies is een andere wereld dan de dagelijkse werkelijkheid van mensen in cliëntenraden. Die gaat over dagelijks overleven en het hoofd bieden aan stress en problemen. Over de wijze waarop hulp geboden wordt. En over de houding en de toon waarmee cliënten geholpen worden. Of ze een beetje respect ervaren. En niet direct weggezet worden door de oordelen in de hoofden van de ‘normale’ mensen. Cliëntenparticipatie, in het woord zit een contradictie besloten. Voeg nog een vleugje lage opleiding of geldstress toe en cliënten lopen hard weg van de onderwerpen die aan de cliëntenadviesraadtafel besproken worden. We stellen hen de verkeerde vragen! Er zou meer ‘gewoon’ gepraat moeten worden met cliënten. Over hun dagelijkse praktijk. En hoe het anders zou kunnen. Want daar hebben zij vaak wel een mening over. praten met cliënten en ervaringsdeskundigen houd je bij de les. Over de wereld waarin we leven.’ Vertaalslag Haar standpunt is duidelijk, maar de volgende vraag aan Kuiper is dan: hoe moet dat dan gebeuren? ‘ik denk dat het de opdracht is aan gemeenten dat ze uiteindelijk zelf de vertaalslag maken van de systeemwereld naar de leefwereld. Ze moeten luisteren naar verhalen die worden verteld. Er zijn wel mensen nodig die dat kunnen. Zeg maar de missing link.’ Dat zou betekenen dat het model van de cliëntenparticipatie zoals het er nu ligt compleet op de schop gaat. Ze is wat aarzelend, maar daar komt het wel op neer. ‘Je vraagt cliënten te reageren op iets wat ze bijna per definitie niet in hun mars hebben. Anders zaten ze niet in de positie van cliënt. ik chargeer want er zijn uitzonderingen, maar daar komt het wel op neer. Dan wordt dus aan een cliëntenraad gevraagd commentaar te leveren op juridische verordeningen. Dat is een complexe taak en ze moeten de consequenties voor beleid en uitvoering overzien. ik denk dan: begin eens andersom.’ Ze bedoelt daar niet mee dat de gemeente de situatie primair gaat uitleggen, maar wel dat de gemeente met mensen praat. ‘Ervaringen ophalen. En dat gemeenten en UWV dáárvan leren. Hoe ze zaken moeten aanpakken of doen. Zij moeten begrijpen wat mensen meemaken en daaruit filteren wat belangrijk is voor beleid.’ Geest van de wet Bij Stimulansz doet de ‘omgekeerde toets’ op dit moment opgeld. Het gaat erom dat niet van een cliënt wordt gevraagd welk ‘product’ hij of zij van een organisatie wil hebben, maar dat de organisatie eerst de onderliggende vraag helder krijgt. Dus niet: 41 magazine cliëntenparticipatie 2017

42 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication