96

Duurzaamheid Een vuistregel voor duurzaamheid binnen de bosbouw is dat wanneer er niet meer hout wordt gekapt in een bos dan er bij kan groeien deze houtkap voor duurzaam door kan gaan. In het kader van het verwezenlijken van de CO2 doelstellingen doet Indonesië er goed aan de houtkap die zij doorgang wil laten vinden op een duurzame wijze te laten plaatsvinden. Op het gebied van duurzaamheid is het bekendste houtkeurmerk het Forest Stewardship Council keurmerk, oft ewel FSC. Dit keurmerk gaat ook uit van deze vuistregel. In de prakti jk komt dit er op neer dat nadat kap heeft plaatsgevonden de houtconcessie voor een periode van derti g jaar met rust gelaten wordt. Daarnaast wordt ook gelet op sociale aspecten zoals inheemse grondrechten en werkomstandigheden. FSC-hout vindt echter hoofdzakelijk aft rek op de westerse markt. Wanneer een bedrijf ook aan de lokale markt hout wil verkopen is de kans groot dat FSC-hout te duur is en niet kan concurreren. Het verkrijgen van een FSC-keurmerk kost veel ti jd en een aanzienlijke hoeveelheid geld. Voor bedrijven die FSC-geregistreerd willen worden is er daarom een subsidie aan te vragen bij het ‘Borneo Initi ati ef’ (www.theborneoiniti ati ve.org) waarmee de kosten van FSCregistrati e van gewoonlijk ongeveer 5 dollar per hectare uiteindelijk nog slechts op 2 tot 3 dollar (1,86-2,79 euro) uitkomen. Hout kan ook op een duurzame wijze gekapt worden zonder dat dit FSC gekeurd is. Het WNF bedrijft in de provincie Papua bijvoorbeeld gemeenschapsbosbouw (community bases forest management CBFM/hutan kemasyarakatan HKm). Gemeenschapsbosbouw gaat uit ook uit van de regel dat er niet meer bos gekapt mag worden dan er bij kan groeien en dat de biodiversiteit zo groot moegelijk moet blijven. Delen van het bos met een hoge ecologische of sociale waarde worden aangewezen als beschermde plek (high conservati on value area, HCV). De bosbouw wordt bedreven op kleine schaal en door de inheemse bewoners van het gebied. Naast dat duurzame houtkap een bron van inkomsten kan vormen wordt er op internati onaal niveau gewerkt aan een systeem waarbij er een fi nanciële waarde wordt toegekend aan bos als vastlegger van CO2. Middels dit systeem zouden landen die een te hoge CO2 uitstoot hebben dit kunnen compenseren door geld te betalen voor het behoud van bossen elders op de wereld die het teveel aan CO2 kunnen opnemen. Verkennend onderzoek Papua Barat - 2015 94 Zodoende wordt getracht een geldstroom te creëren die het voor bijvoorbeeld de lokale bevolking en overheid in Papua Barat mogelijk zou moeten maken om inkomsten te genereren uit het behoud van bossen. Het theoreti sch raamwerk van dit systeem genaamd REDD+ (Reduce Emissions from Deforestati on and forest Degradati on), is klaar maar wacht op mondiale politi eke implementering. Wanneer de internati onale gemeenschap zich committ eert aan dit plan wordt men verplicht zijn CO2 uitstoot te compenseren en is de verwachti ng dat het areaal aan bossen dat van kap wordt behoed sterk zal toenemen73 . Naast dat inkomsten kunnen worden verkregen uit het behoud van bos is het ook goed mogelijk REDD+ inkomsten te combineren met agrobosbouw. Op deze manier is nog tot zo’n 60% van de REDD+ gelden te verkrijgen in combinati e met lokale tuin- of landbouwacti viteiten. Markt Van de houtsoorten die in Papua Barat veel voorkomen is de soort merbau (kayu besi) het meest gewild op de westerse markt. Deze soort hardhout wordt veel toegepast in bijvoorbeeld deuren, maar is de laatste jaren in verhouding met vergelijkbare soorten wel steeds duurder geworden en daarom voor de westerse consument minder aantrekkelijk. Er lijkt een interessante markt te zijn voor FSC-gekeurde merbau omdat het aanbod hiervan nog gering is. Nederlands bedrijfsleven Nederlandse bedrijven kunnen betrokken raken in Papua Barat als houtkoper en exporteur naar Nederland en Europa. Ook is het mogelijk dat Nederlandse bedrijven in samenwerking met de lokale bevolking of met een lokaal bedrijf ook de plaatselijke verwerking van hout tot halff abricaten gaan verzorgen.

97 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication