0

Kennisintensieve bedrijven moeten niet ‘blind’ bekende banenprofielen gebruiken Jeanette Schaeffer-van Werkhoven, pagina 10 De inzet van mensen met een arbeidsbeperking hoeft geen productiviteit te kosten Aart van der Gaag, pagina 17 De PSO-erkenning maakt duidelijk welk bedrijf sociaal goed scoort Yuri Starrenburg, pagina 20 Nummer 1, januari 2015 over bedrijven die investeren in mensen Ik neem alleen medewerkers aan die ten onrechte aan de kant zijn gezet Bartel Geleijnse The Colour Kitchen

Column Shitty job Door: Jos Verhoeven Directeur Start Foundation Ondernemers willen gemotiveerde medewerkers. Ze zitten niet te wachten op mensen die hun worden opgedrongen. Mensen die zich aan de poort van het bedrijf melden, moeten dus de juiste instelling hebben. Dat is de verantwoordelijkheid van de verwijzer. En vooral van de persoon in kwestie zelf. Dat is niet altijd zo vanzelfsprekend. Met de slaap nog in de ogen ving ik onlangs de conversatie op bij de broodafdeling van de super. ‘Bij ons op school hebben ze een echt hotel. Daar blijven ook mensen slapen. Van de week was er een gast die iets heel smerigs had gedaan in de badkamer. Tsja, dat ruimen wij leerlingen niet op. Daar worden wij niet voor betaald. Dat moest de leraar doen. Vies, man!’ De blauwgestofjaste collega’s vielen de spreekster direct bij. Natuurlijk vonden ze het vanzelfsprekend dat dit een shitty job was die someone’s got to do, maar niet een leerling. Tsja, met zo’n instelling krijgt de personeel zoekende hotelier dus te maken, dacht ik. ‘Doe mij maar een halfje bruin, als het niet te veel moeite is’, mompelde ik. 2 Baanbreker nr. 1 2015

Inhoud Omslagverhaal 6. Bart Geleijnse runt de The Colour Kitchen sociaal, maar ook 100% commercieel. En met succes. Goed geregeld! 10. Sociaal én kennisintensief ondernemen. Gaat dat samen in de praktijk? Vier meningen in De stelling. Kosten en baten 15. Pienter met poen Goede doelen die geld geven aan bedrijven. Het bestaat. 20. Bedrijven langs de sociale meetlat: dát levert wat op! Overheid en beleid 12. Ondernemer Leo Volmer kreeg straf voor goed werkgeverschap. 24. Hoe Robin tóch een taalcursus kreeg. Niet te geloven! 17. Aart van der Gaag leidt het project 100.000 banen. Een interview. 17 En verder.... 2. Column Jos Verhoeven 4. Kortweg Start Foundation 23. Lieve José Drukkerij: Baanbreker wordt ge drukt door Drukkerij Wedding B.V. in Harderwijk. Deze drukkerij hecht grote waarde aan maat schappelijk verantwoord ondernemen (MVO), het milieu en het inschakelen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. www.drukkerijwedding.nl Samen werken 16. Toppers Bij Drukkerij Wedding leren baas en medewerker van elkaar. 19. 3 x Normaal Ervaringsdeskundigen delen hun tips voor goede begeleiding op de werkvloer. Conceptontwikkeling en realisatie: Bindkracht 12/ Marjan Agerbeek Vormgevingsconcept: Motif Concept & Design/ Elke Kunneman en Sake van den Brule Redactie: Lycia Bakker, Sahar Mokamel-Babori en Jos Verhoeven Tekst: Marjan Agerbeek, Hans Horsten, Sigrid van Iersel, Sjoerd Punter, Jos Verhoeven, Ton van der Vliet en Anka van Voorthuijsen Vormgeving: Marijke Reer Tekstcorrectie: Rob Vooren Fotografi e: Iwan Fotografi e, Guy Offermans, Jan-Reinier van der Vliet Illustraties: Idris van Heffen Colofon Baanbreker nummer 1, januari 2015 Baanbreker komt vier keer per jaar uit. Baanbreker is het relatiemagazine van Start Foundation en inspireert, over tuigt en helpt ondernemers vanuit maatschappelijk en economisch realisme om werk nemers met een arbeidsbeperking in dienst te nemen en/of te houden. Redactieadres: Start Foundation Klokgebouw 188 5617 AB Eindhoven Telefoon: 040 246 18 50 info@startfoundation.nl Gratis abonnement? Stuur een e-mail naar: info@startfoundation.nl Baanbreker nr. 1 2015 3

Kortweg Start Foundation Bewijs: Beroepsopleidingen weren leerlingen met autisme Het Meldpunt AUTI-Weigerscholen heeft schriftelijk bewijs in handen gekregen dat scholen jongeren met autisme weigeren. Al vorig jaar liet het door Start Foundation opgezette meldpunt weten dat scholen de toelatingsregels negeren. De Onderwijsinspectie onderzocht dit en stelde alleen vast dat scholen leerlingen onvoldoende schriftelijk en gemotiveerd afwijzen. Des te opmerkelijker dat enkele roc-scholen onlangs zelf erkenden ‘lastige’ jongeren niet toe te laten. En nu is er dan ook schriftelijk bewijs, verkregen door een melding van leerling M. van D. M. van D. volgde regulier onderwijs met ondersteuning van een ambulant begeleider. Voor zijn Natuur en Gezondheid-pakket had hij goede cijfers. Omdat hij analist wilde worden, meldde hij zich aan bij ROC Midden Nederland. Dat wees hem schriftelijk af ‘omdat de opleiding onvoldoende passend onderwijs kan bieden’ (zie brief 1). M. van D. besluit een andere opleiding te proberen en meldt zich aan voor de opleiding medewerker beheer ICT bij ROC A12. Daar moeten de leerling en zijn moeder een formulier tekenen waarin ze de school vrijwaren van alle blaam als de jongen vanwege zijn beperking zijn diploma niet haalt. Bovendien moeten ze ervoor tekenen dat wanneer de school het nodig acht (onvoldoende resultaten, niet het juiste gedrag of functioneren in de klas), zij het kind direct uitschrijven (zie brief 2). Will Tinnemans overleden Start Foundation werkte de af gelopen jaren intensief samen met publicist Will Tinnemans, onder meer in het project ‘De Kwetsbaren’. Een boek van zijn hand met dezelfde titel vormde de aanzet voor een discussie over hoe de samenleving oplossingen bedenkt voor ongewenste effec ten aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Het boek kreeg uit stekende recensies en Tinnemans werd geprezen om zijn heldere ana lyses en betrokken verhalen. Start Foundation en Tinnemans hadden vergevorderde plannen om hier een vervolg aan te geven. Maar daaraan is abrupt een einde gekomen nu hij in oktober tijdens zijn vakantie in Frankrijk is overleden. Start Foundation verliest met hem een gepassioneerde medestander. Hij laat een grote leegte achter. Checklist passie en poen De checklist Passie en Poen bevat aandachtspunten, adviezen en tips voor (startende) sociaal ondernemers, verdeeld over vier thema’s: personeel, positionering, stakeholders en kapitaal. Hiermee hopen VSBfonds en Start Foundation, die de checklist hebben uitgebracht, sociaal ondernemers een instrument in handen te geven dat het uitzicht op economisch en sociaal succes groter maakt. Al eerder publiceerden VSBfonds en Start Foundation gezamenlijk het rapport ‘Sociaal ondernemen: passie en poen’. Downloaden checklist: www.startfoundation.nl/checklist. 4 Baanbreker nr. 1 2015

160x noodhulp MKB Doorstart, de gratis portal voor MKB-bedrijven en zzp’ers met (dreigende) financiële problemen, voorziet in een behoefte. In de periode maart-oktober 2014 ontving MKB Doorstart ruim 160 meldingen van bedrijven in nood. Het ging bij deze bedrijven om in totaal 600 medewerkers. Ruim 60 procent van de bedrijven kwam in aanmerking voor hulp op maat. MKB Doorstart is gelanceerd omdat ondernemers met financiële problemen vaak te laat of niet om hulp vragen, zodat ze onnodig sluiten of failliet gaan. Het loket zorgt, in eerste instantie alleen in Flevoland, voor een snelle verbinding tussen hulpvraag en praktische oplossingen. Het mede door Start Foundation geïnitieerde loket MKB Doorstart is kosteloos voor de hulpzoekende ondernemer. De ambitie is om de portal landelijk toegankelijk te maken. De snelheid waarmee dat lukt, hangt onder meer af van de medewerking van banken en gemeenten. Zie www.mkbdoorstart.nl. Vergeten kunst maakt banen Hoeveel kunstwerken staan er te verpieteren in depots van bedrijven en overheden? De Stichting Verborgen Kunst (VK) wil die werken gebruiken om banen te creëren voor mensen met een arbeidsbeperking. De vergeten kunst wordt tentoongesteld en te huur aangeboden. Het initiatief creëert in eerste instantie voor vier mensen via detachering (WSD) werkgelegenheid. Bij bewezen succes worden zij op de loonlijst van de stichting geplaatst. Start Foundation heeft besloten € 35.000 in de stichting te investeren. Vacaturecafé voor een prikkie De MKB-vacaturecafés die regelmatig worden georganiseerd door MKB-afdelingen in het land, blijken een goed instrument te zijn om werkgevers en werkzoekenden bij elkaar te brengen. MKB Weerterland wilde er daarom ook een houden en klopte bij Start Foundation aan met een bijzonder idee: een vacaturecafé dat niet alleen voor werkzoekenden wordt opgezet, maar ook met hulp van negen werkzoekenden wordt georganiseerd. Dat was een plan waarin Start Foundation wel wilde investeren. En zo werd op 14 oktober voor het luttele bedrag van 3.000 euro het eerste MKB Weerterlandvacaturecafé gehouden. Maar liefst twintig werkgevers brachten zestig vacatures mee voor 450 enthousiaste gegadigden. Nog onbekend is hoeveel concrete matches het café heeft opgeleverd, maar zowel werkgevers als werknemers waren enthousiast. ‘Een vervolg komt er hoe dan ook’, zo verzekerde MKB Weerterland-bestuurslid Peronne Knapen. Bron: Nederweert24.nl Hulp nodig van Start Foundation? Start Foundation investeert in oplossingen en innovaties om mensen voor wie het hebben van een baan niet vanzelfsprekend is, te helpen aan werk te komen of hun baan te behouden. Denk aan ouderen, niet- of laagopgeleide werknemers, werknemers met een beperking of getroebleerd verleden. Ook verstrekt de organisatie kapitaal aan bedrijven die deze medewerkers in dienst hebben of gaan nemen. Meer weten? Kijk bij innovaties of bedrijfskredieten op www.startfoundation.nl. Baanbreker nr. 1 2015 5

Omslagverhaal Aandacht, dat is het toverwoord in de formule van TCK Bartel Geleijnse The Colour Kitchen 6 Baanbreker nr. 1 2015 Weer op de rails Leerlingen alleen een vak leren, vinden ze onvoldoende bij The Colour Kitchen. Deelnemers die instromen, worstelen behalve met werkloosheid vaak ook met andere problemen. Schulden bijvoorbeeld, of sores in de privésfeer. Behalve praktijkbegeleiders, die de opleiding verzorgen en schaven aan de professionele kwaliteiten, heeft The Colour Kitchen daarom ook eigen jobcoaches in dienst. Zij helpen de deelnemers hun leven weer op de rails te krijgen.

Bartel Geleijnse zweert bij een commerciële aanpak Verder lezen –> Ze deden zo hun best, is géén compliment Een sociale onderneming, maar toch 100 procent commercieel. The Colour Kitchen at Work (TCK) bewijst dat het kan. In amper vijf jaar groeide de cateraar naar een miljoenenomzet. Hoe doet directeur Bartel Geleijnse dat? Tekst: Ton van der Vliet Foto’s: Guy Offerman Bartel Geleijnse heeft zwaar de pest in als hij arriveert bij bedrijfsrestaurant De Pionier in Utrecht, dat door TCK wordt gerund. Hij heeft een moeizame bespreking met een klant achter de rug en zijn maag rammelt, want de lunch is erbij ingeschoten. Gedachte loos bestelt de managing director een broodje kaas. Als de ober zegt: ‘Maar ik heb ook nog een lekker kopje verse erwtensoep voor je’, slaat z’n humeur om als een blad aan de boom. Deels vanwege die soep, maar vooral omdat hij blij wordt van mensen die de formule van The Colour Kitchen begrijpen én toepassen. Aandacht Die formule is in één woord samen te vatten: aandacht. Aandacht voor de gast, maar ook aan dacht voor verse en gezonde producten en aandacht voor het ambacht van koks en obers. Al sinds 1997 is Geleijnse (opgeleid aan de Hotelschool Den Haag) bezig om horeca en catering naar elkaar toe te buigen. Er gaapt nogal een kloof tussen een met linnen gedekte tafel in een restaurant en het met je tanden openscheuren van een plastic verpakking met twee bleke plakjes ham in de personeelskantine. Met succes voerde hij nieuwe formules in voor de bedrijfsrestaurants van onder andere ABN AMRO en het ministerie van Defensie. In 2008 kwam Geleijnse in contact met Frits Pannenkoek, een van de grond leggers van restaurant The Colour Kitchen in Amsterdam. Dat mikte op diversiteit. Met gerechten van over de hele wereld op de kaart, maar ook met een divers personeelsbeleid, dat mensen die waren vastgelopen, een nieuwe kans gaf. Geleijnse: ‘Die sociaal-maatschappelijke kant om leerlingen op te leiden naar een betaalde baan, sprak mij zeer aan. Maar ik had wel mijn vraagtekens bij het uitsluitend toepassen daarvan in een horecamodel. Daar heb je te maken met sterk wisselende stromen gasten, zowel in soorten als aantallen. In bedrijfsrestaurants daarentegen krijg je de consument let terlijk op een presenteerblaadje aangeboden. Dagelijks én in grote regelmaat. Voor onze » The Colour Kitchen runt nog een restaurant in Utrecht. De vestiging in Amsterdam waarmee het in 2007 allemaal begon, moest in 2013 sluiten. The Colour Kitchen at Work richt zich ook op bedrijfs- en partycatering, zie www.thecolourkitchen.com. Baanbreker nr. 1 2015 7

Omslagverhaal Meer dan centen tellen Een versbereide maaltijd op een gedekte tafel leerlingen betekent dat méér discipline, grotere betrokkenheid en een snellere leercurve. Een gast die vandaag iets zegt over de soep, zie je morgen immers weer terug.’ Commerciële aanpak Bij TCK zweren ze bij hun commerciële aanpak. ‘Als ik gasten van een van onze bedrijfsrestaurants na afloop hoor zeggen: ‘Ach, ze deden zó hun best’, dan gaan mijn nekharen overeind staan. Want dan gaat er echt iets fout. Dan ben je, met alle respect, een leerwerkbedrijf of sociale werkplaats die vanuit bepérkingen van mensen werkt. Dat is niet ons model. Dat zouden onze gasten trouwens ook niet pikken, want ze betalen immers een serieuze prijs.’ En dus zoekt TCK naar toegevoegde waarde. Ze zijn inmiddels actief op twaalf locaties, waar onder vier Rabobanken en enkele woningcorporaties. Gemiddeld zijn er per locatie negen leerlingen in opleiding. Twee praktijkbegeleiders - één in de keuken, één in de bediening - brengen hun het vak bij. Doordat de opleiding de gehele dag doorgaat, zijn deze restaurants ook de gehele dag open. Sommige banken gebruiken het bedrijfsrestaurant inmiddels ook om er klanten en relaties te ontvangen en presentaties te verzorgen. En als er ’s avonds overgewerkt wordt, hoeft niemand een opgewarmde prak op te scheppen uit een au-bain-marie-bak, maar Ja, bij The Colour Kitchen geloven ze heel duidelijk in de werking van commercie en winstprikkels. Maar het draait beslist niet alléén om geld; ook andere resultaten tellen. Als een lichting leerlingen het diploma haalt, wordt dat beloond met een groot feestelijk diner. Ouders, broertjes, zusjes, vriendjes … een breed gezelschap mag aanschuiven om dat resultaat te komen vieren. Uiteraard wordt het complete diner bereid en geserveerd door de kersvers gediplomeerden. Geef ruimte Durf ruimte te geven. Elk bedrijfsrestaurant heeft immers z’n eigen sfeer en cultuur. Bij de Rabobank zijn die anders dan in een bedrijfsverzamelgebouw zoals De Pionier. Daar schuiven jonge ontwerpers aan tafel naast advocaten. De mensen van The Colour Kitchen mogen binnen vastgestelde kaders hun eigen vestiging de nodige ‘couleur locale’ geven. Te veel controle vermoordt de betrokkenheid, zo is de opvatting bij The Colour Kitchen. 8 Baanbreker nr. 1 2015

Financiering vinden serveren de leerlingen versbereide maaltijden op keurig gedekte tafels. Voor elke sociale onderneming is het moeilijk financiering te vinden. Voor The Colour Kitchen komt daar nog bij dat ze een horeca bedrijf zijn. Bartel Geleijnse: ‘Banken staan ons niet met open armen op te wachten. Sterker nog, wij kunnen niet eens een rekening-courant krijgen. Dus bewandelen we onze eigen weg. We zijn dan ook blij met Start Foundation als partner die ons een lening heeft verstrekt voor het benodigde groeikapitaal.’ De samenwerking met Start Foundation zal in de nabije toekomst nog verder vorm krijgen. Niet goedkoop Bedrijven die TCK in huis halen, etaleren maatschappelijk verantwoord ondernemen op een manier die verder gaat dan een A-label wagenpark of dubbelzijdig kopiëren. Voortijdig schoolverlaters en andere drop-outs zichtbaar aan het werk zetten, is nogal een statement. Bedrijven die aankloppen met het idee dat TCK hen aan goedkope arbeidskrachten kan helpen, krijgen meteen het deksel op de neus. ‘Nee, onze formule is zeker niet de goedkoopste. Voor de catering hanteren we marktconforme tarieven met een zekere bandbreedte. In het begin, als de leerlingen nog niet opgeleid zijn, is dat al snel plus 10 procent. Dat kan na een jaar tijd teruglopen naar min 10 tot min 20 procent naarmate de leerlingen zijn ingewerkt.’ Wie het concept in huis haalt, betaalt daarnaast voor de kosten van de leerplaatsen. Negen leerling-plaatsen kosten een bedrijf ergens tussen de € 20.000,- en € 24.000,- per jaar. Dat is ongeveer een derde van de totale opleidings- en begeleidingskosten. Het UWV neemt ook een derde voor zijn rekening; het gaat immers om re-integratietrajecten. Het ontbrekende deel komt voor rekening van enkele participerende fondsen en doordat de aandeelhouders, waaronder Geleijnse zelf, 50 procent van het rendement afdragen. Frustratie De uitrol van The Colour Kitchen gaat vanzelf, de vraag is groter dan ze aankunnen. Het sterke track record is ook doorgedrongen tot Haagse kringen. Toen premier Mark Rutte afgelopen zomer meer wilde weten over sociaal ondernemen, nodigde hij zes ondernemers uit op het Catshuis, onder wie Bartel Geleijnse. ‘Een nuttige bijeenkomst, waar ik ook een kleine frustratie heb geuit. We hebben namelijk niet één gemeente als klant.’ Dat komt door gemeentelijke eilandjes, volgens Geleijnse: ambtenaren die gaan over inactieve inwoners, beslissen niet mee over de cateraar van de kantine, dat is een ander loket. Geleijnse: ‘Mijn stelling is dat als die twee loketten wél met elkaar gaan praten, je altijd de goedkoopste en beste oplossing voor de gemeente hebt.’ « Wat heb je hier geleerd? Naam: Jamie Lee Berkouwer Functie: leerling-horeca-assistent In dienst sinds: 2014 Arbeidsbeperking: heeft moeite met leren ‘Ik had weinig zelfvertrouwen en moeite om met mensen in contact te komen. Daar ben ik hier beter in geworden. Ik volg mijn opleiding in het bedrijfsrestaurant van woningcorporatie Mitros. Ik leer snijtechnieken en gerechten maken. Maar ook gasten ontvangen en kassa draaien. Mensen maken nu ook een praatje met mij, en dat is fijn.’ Baanbreker nr. 1 2015 9

Goed geregeld De stelling –> Kennisintensieve bedrijven zijn niet in staat werk te bieden aan mensen met een arbeidsbeperking Illustratie: Idris van Heffen Bedrijven moeten 5% van hun personeelsbestand toegankelijk maken voor mensen met een arbeidsbeperking. Maar alleen de werknemers met de minste kansen tellen mee. Zijn kennisintensieve bedrijven wel in staat aan het quotum te voldoen? Moeilijk vindbaar Bijdrage: Harry Haddering, Voorzitter TOOON Helaas moet ik als voorzitter van een belangenvereniging voor en door mensen met een arbeidsbeperking zeggen dat ik het eens ben met de stelling. Bedrijven willen misschien wel, maar vinden de arbeidsgehandicapte nog te weinig. Deze is te weinig zichtbaar en bevindt zich vaak achter een loket of organisatie. Daarnaast zullen kennisintensieve bedrijven niet anders kunnen dan kiezen voor het afkopen van de boete, als zij de 5% alleen mogen halen uit de doelgroep zoals die nu geformuleerd is. Een oplossing die wel werkt, is beschreven op harryhaddering.blogspot.nl. Anders kijken Bijdrage: Jeanette Schaeffer-van Werkhoven, P&O Manager BOOT organiserend ingenieursburo B.V. Hoewel ik niet voor alle kennisintensieve bedrijven kan spreken, is het mijn inschatting en overtuiging dat het gros van de kennisintensieve bedrijven wel degelijk werk kan bieden aan mensen met een arbeidsbeperking. Het is vooral een kwestie van op een andere manier naar je werkprocessen kijken, en bij vacatures niet ‘blind’ de bekende profielen gebruiken. Juist vacatures bieden kansen om werk anders te organiseren en om taken anders te clusteren. Ik kan mij wel voorstellen dat kennis intensieve bedrijven eerder aan hun max zitten qua mogelijkheden voor mensen met een arbeidsbeperking. Maar waar een wil is, is een weg. En als alle (dus ook kennisintensieve) bedrijven kijken wat hún mogelijkheden zijn voor collega’s met een arbeidsbeperking, dan is er nog een wereld te winnen. Wat mij betreft een belangrijk uitgangspunt: zet mensen met een arbeidsbeperking niet in op ‘boventallige functies’. Ga alleen met deze doelgroep aan de slag als hun takenpakket een wezenlijke bijdrage levert aan het totale bedrijfsproces. Anders is deze doelgroep als eerste aan de beurt als de cijfers tegenzitten. 10 Baanbreker nr. 1 2015

Willen en geloven Bijdrage: Ad van Beek, directeur HR Movares Nederland B.V. Uiteraard is het lastig voor kennisintensieve bedrijven om mensen te vinden met een arbeidsbeperking. Maar dat geldt ook voor mensen zonder arbeidsbeperking. Een kwestie van op een slimme manier vraag en aanbod aan elkaar koppelen. Wij doen dat via een, samen met andere grote, kennisintensieve bedrijven in Utrecht ontwikkeld, platform: Utrecht. onbeperktaandeslag.nl. Wij laten ons niet leiden door een quotum. Wij doen mee omdat wij dat willen. Omdat we geloven in een inclusieve arbeidsmarkt. Wij zijn intrinsiek gedreven om hier ons steentje aan bij te dragen. Niet omdat het van buiten wordt opgelegd. Toegankelijk zijn Bijdrage: Peter Don, Programma-manager Onbekend Talent ING Bedrijven als ING zijn in staat om mensen met een arbeidsbeperking een aantrekkelijke (loop) baan te bieden. Onder de werkzoekenden bevinden zich vele talentvolle, goed opgeleide mensen met een arbeidsbeperking. Veel van deze mensen vallen niet onder de beperkte definitie van de quotumwet. Maar ook zij hebben een steuntje in de rug nodig. Om voor hen een aantrekkelijke werkgever te zijn, moet je een toegankelijk bedrijf zijn, qua huis vesting, werkomgeving en IT, maar ook qua cultuur. Wie je ervoor terugkrijgt: loyale en zeer gemotiveerde collega’s, die met hun beperking kunnen omgaan, deze compenseren met hun talenten en anderen inspireren door hun doorzettings vermogen. Volgende keer De stelling in het volgende nummer van Baanbreker: Oost-Europeanen zorgen niet langer voor verdringing op de arbeidsmarkt Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is niet bang dat laagopgeleide werknemers uit Oost-Europa banen innemen van Nederlandse laagopgeleiden. Hij stelt dat arbeidsmigranten in banen terechtkomen waarvoor werkelozen zich niet aanbieden. Reageren op deze stelling? Mail naar: sahar@startfoundation.nl Baanbreker nr. 1 2015 11

Overheid en beleid Leo Volmer is nog beduusd van alle media-aandacht 12.000 euro boete zet je een jaar terug in de tijd 12 Baanbreker nr. 1 2015

Misplaatste straf Tekst: Hans Horsten Foto’s: Jan-Reinier van der Vliet ‘Tientallen keren’, zoals hij zelf zegt, heeft Leo Volmer in zijn lasbedrijf in Veenendaal een moeilijk plaatsbare jongen aan een baan of stage geholpen. Nooit was er bij de instanties een vuiltje aan de lucht. Totdat hij Aldenis in dienst nam, een 19-jarige Bulgaarse jongen met een Wajong-uitkering. Zonder dat Volmer het wist, moest hij voor zijn nieuwe medewerker een tewerkstellingsvergunning aanvragen. Deze was nodig omdat het Rijk tijdelijk een regeling in het leven had geroepen. Die moest voorkomen dat te veel arbeidskrachten uit nieuwe EU-staten als Bulgarije en Roemenië zich op de Nederlandse arbeidsmarkt zouden melden. De ondernemer uit Veenendaal ging de fout in met het papierwerk. De Inspectie SZW raakte daarvan op de hoogte en legde hem een boete van twaalfduizend euro op. Overmacht Volmer erkent dat de verantwoordelijkheid voor deze misser in principe bij hem als werkgever lag, maar beroept zich tevens op overmacht. ‘Het was voor het eerst in de geschiedenis van mijn bedrijf dat ik met zo’n situatie te maken kreeg. Ik vind dat de betrokken instellingen, zoals het UWV, de jobcoach en het betrokken roc, mij hadden moeten waarschuwen. Voordat Aldenis bij mij aan de slag ging, zijn ze regelmatig voor overleg over de vloer geweest. Alle onderwerpen kwamen dan ter sprake, maar over een vergunning werd niet één keer gesproken.’ Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vond dat Volmer een punt had. Hij schold daarom de opgelegde straf kwijt. Voorts wil hij dat de Inspectie SZW een ondernemer die in gebreke blijft, voortaan eerst waarschuwt, in plaats van meteen beboet. De beslissing van Asscher kwam niet vanzelf tot stand. Het Stoutfonds van Start Foundation stortte zich op de zaak na contact met Volmer te hebben gehad. ‘Onze insteek was: Leo Volmer verdient geen boete, maar juist een lintje, omdat hij al jaren jongeren met een arbeidsbeperking in zijn bedrijf laat werken’, aldus Lycia Bakker van Start Foundation. De organisatie stelde zich garant voor de helft van de boete en nam een advocaat in de arm om de straf van Volmer aan te vechten. Deze advocaat, Flip Jansen, noemt de ingreep van de minister ‘opmerkelijk, maar wel terecht’. ‘De algemene regel is dat het aan werkgevers is om te zorgen voor » Verder lezen –> Over de zaak Volmer is meer informatie te vinden op www.facebook.com/stoutfonds Ondernemer Leo Volmer wist niet wat hem overkwam: 12.000 euro boete omdat hij geen werk vergunning had aangevraagd voor een nieuwe Bulgaarse medewerker met een Wajong­uitkering. Zijn fout of die van de instanties? Baanbreker nr. 1 2015 13

Overheid en beleid De instanties hadden mij moeten waarschuwen de juiste vergunningen. Tegelijk maakt de wet melding van even redigheid. De boete moet in verhouding staan tot het vergrijp, en in deze zaak was dat niet het geval.’ Kritiek Toch is er ook kritiek op het besluit van Asscher. Volgens specialisten in het arbeidsrecht opent de bewindsman hiermee de deur voor wantoestanden en uitbuiting van illegale arbeids krachten. Jansen: ‘Daarom pleit ik voor de nuance. Elke situatie is anders, de Inspectie SZW moet de te nemen stappen daarop afstemmen.’ Leo Volmer op zijn beurt heeft wel enkele slape loze nachten aan de affaire overgehouden. ‘Twaalfduizend euro zet je als klein bedrijf in crisistijd een jaar terug in de tijd. Ik was kwaad op en teleurgesteld in mijn overheid.’ Beduusd was hij over de vele media-aandacht die zijn zaak na tussenkomst van het Stoutfonds kreeg, en de speciale pagina op Facebook met vijftigduizend likes. ‘En ik weet nu dat mijn geval niet op zich staat. Ik sprak laatst een collegawerkgever die hetzelfde was over komen met twee medewerkers.’ « Zwart op wit ‘Als je werknemers uit het buitenland een baan wilt geven, check dan goed wat er nodig is aan vergunningen. Vraag dingen op papier, met naam en toenaam. En zeg pas ja, als je dat allemaal zwart op wit voor je neus hebt.’ Dit advies heeft Leo Volmer voor collega-werkgevers. Advocaat Flip Jansen wijst erop dat werkgevers te allen tijde zelf moeten controleren wat de status van zo’n arbeidskracht is. ‘Neem niet iemand klakkeloos in dienst. En denk niet: het zal wel in orde zijn.’ Hoe belangrijk is je baan voor je? Naam: Aldenis (19 jaar) Functie: assistent-bankwerker & lasser bij Volmer Lasbedrijf In dienst sinds: 2013 Arbeidsbeperking: heeft moeite met leren ‘Zagen, lassen, boren, metaal buigen en af en toe freezen; dat zijn mijn dagelijkse werkzaamheden. Ik vind het leuk, ik heb bewust voor metaal gekozen. Deze baan is heel belangrijk voor me. Ik wil zo hoog mogelijk komen en zonder werkervaring lukt dat niet. Later wil ik een eigen bedrijf beginnen. Dat is het mooiste wat er is.’ 14 Baanbreker nr. 1 2015

Pienter met poen Wie goed zoekt, vindt geld Tekst: Marjan Agerbeek/Moneypenny Producties Illustratie: Idris van Heffen Een sociale onderneming starten of een project doen met inzet van mensen met een arbeidsbeperking, kost geld. Soms zoveel dat externe financiering nodig is. Waar haal je die vandaan? Een bedrijf dat op zoek gaat naar financiële steun om mensen met een arbeidsbeperking een baan te bieden, vangt vaak bot. Banken zijn niet scheutig met leningen. Dan kan een privaat fonds een oplossing zijn. Er zijn er vele die zich (mede) richten op de onderkant van de arbeidsmarkt. Het hangt van de voorwaarden van zo’n fonds af of een bedrijf daar terechtkan. Zo zijn er fondsen die alleen nonprofitorganisaties steunen. Er zijn er ook die wel bedrijven steunen, maar eisen dat de sociale doelstelling van een bedrijf moet zijn opgenomen in de statuten van de bv of in een aan het bedrijf verbonden stichting. Dit om de garantie te krijgen dat een gift niet in de winst verdwijnt. Voorbeelden van dit type fondsen: Fonds 21 doneert aan projecten waarin jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt een meer ondernemende houding aannemen. www.fonds21.nl Stichting DOEN heeft een programma ‘sociaal ondernemen’ en richt zich daarin op het financieren van nieuwe arbeidsplekken. www.doen.nl VSBfonds ondersteunt initiatieven die mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt aan een (betaalde) baan helpen. Het fonds draagt bij aan de investeringen en dekt de aanloopverliezen. www.vsbfonds.nl De Rabobank Foundation steunt sociale ondernemingen met potentieel voor een boven regionaal of landelijk bereik. www.rabobank.com/foundation Ook voor bedrijven die niet aan dergelijke juridische eisen willen of kunnen voldoen, zijn er financieringsmogelijkheden bij fondsen. Zij hebben de goede besteding van hun geld op een andere manier veiliggesteld. Bijvoorbeeld: Instituut Gak steunt bv’s die mensen uit een uitkeringssituatie halen, met een voorkeur voor projecten gericht op sectoren waar veel vraag is naar (nieuw) personeel. Instituut Gak financiert achteraf, bij positief resultaat. www.instituutgak.nl Start Foundation verstrekt bijdragen aan bedrijven en organisaties met een duurzaam, inclusief personeelsbeleid. Het gaat om donaties of leningen die op een bepaald moment moeten worden terugbetaald. www. startfoundation.nl Een bedrijf dat overweegt ‘sociaal’ te gaan, hoeft dus niet meteen af te haken als de bank ‘niet thuis’ geeft. Baanbreker nr. 1 2015 15 Baanbreker nr. 1 2015 15

Samen werken Toppers ‘We zien dat hij vooruit gaat’ Naam: Carin Wormsbecher (53) Functie: directeur/eigenaar ‘Ik werd geraakt toen ik Henri zag bij de werkvoorziening, waar hij tweedehandsboeken sorteerde. Hij is hoogbegaafd, met een IQ boven 140. Die man heeft unieke talenten. Het redactiewerk is beperkt, dus laat ik hem ook in de productie werken. Hij heeft zwaar Asperger en ziet dat productiewerk als volledige tijdverspilling. Zijn begeleider en ik zien echter dat hij vooruit gaat. Hij komt zijn huis weer uit en maakt verbindingen met mensen. Voor ons is hij ook een verrijking, want wij moeten flink aan de bak om met hem door één deur te kunnen.’ Verder lezen –> Tekst: Ton van der Vliet Foto: Jan-Reinier van der Vliet Drukkerij Wedding verzorgt al jaren drukwerk voor Start Foundation. Een uit ge - breide versie van het gesprek met Carin Worms-becher en Henri Kunne is te vinden op www.startfoundation.nl./toppers 16 Baanbreker nr. 1 2015 Carin Wormsbecher werd in 2001 directeur/ eigenaar van Drukkerij Wedding (veertien medewerkers) toen haar echtgenoot onverwachts overleed. Henri Kunne bezocht drie lagere scholen, deed acht jaar over de universiteit (cum laude afgestudeerd in Nederlandse letterkunde) en kreeg twee jaar terug zijn eerste baan bij de drukkerij. Asperger, een vorm van autisme, tekent zijn leven. ‘Liever thuiszitten dan deze baan’ Naam: Henri Kunne (58) Functie: redacteur en productiemedewerker ‘Mijn eerste werkdag hier was afschuwelijk. Ik heb hoogtevrees en moest een open trap op. Ze hebben me die trap op gedirigeerd. Met iemand voor me, achter me én naast me. Ik moet ook karweitjes doen, zoals enveloppen vullen en achter de vouwmachine. Dat werk doe ik met zo’n smoel. In gedachten dan, ik hou me groot. Als mijn contract niet verlengd wordt, vind ik dat niet erg. Ik prefereer thuiszitten boven in elk geval déze baan. Carin zal het niet leuk vinden dat te lezen. Ze wil vrolijke mensen in haar bedrijf, maar met mij is dat moeilijk.’

Overheid en beleid Aart van der Gaag: In elk bedrijf zijn banen te vinden Werkgevers hebben met de overheid afgesproken dat ze 100.000 extra banen regelen voor mensen met een arbeidsbeperking. Aart van der Gaag gaat als commissaris van het project de komende jaren de kar trekken. Tekst: Sjoerd Punter Verder lezen –> Meer informatie over invoering van de Participatiewet per 1 januari is te vinden op de web site www.stvda.nl/nl/ thema/werkkamer.aspx. Er hangt een zwaard van Damocles boven de arbeidsmarkt. Als de werkgevers er niet in slagen een grote groep mensen met afstand tot de arbeidsmarkt aan passend werk te helpen, zal de overheid met een nieuwe wet ingrijpen. Er komen dan harde sancties. Onderzoek heeft aangetoond dat de helft van de ondernemers niet van plan is om mee te werken. Optimisme Een hopeloze zaak? Nee, zegt Aart van der Gaag, die namens een aantal grote werkgeversorganisaties de kar gaat trekken. ‘Ik ben optimistisch dat het gaat lukken, al zal het niet makkelijk zijn. Het is geen probleem als de helft van de werkgevers zegt: nu even niet. Dan gaan we gewoon met de andere helft aan de slag. We beginnen met het laaghangend fruit. Het proces om 100.000 banen te scheppen, is al op gang gekomen.’ Zo heeft de adviesorganisatie AWVN een 7.500 banenplan gelanceerd, dat absoluut haal baar is. Een netwerk van 250 ondernemingen zet zich hiervoor in, in samenwerking met de Normaalste Zaak, Locus en het UWV. In een paar weken tijd zijn 1.300 plaatsingen tot stand gebracht. ‘Daaraan kun je zien dat echt mogelijk is om iets te veranderen.’ Experimenten Grote bedrijven als HEMA, KPN, PostNL, Albert Heijn en Ikea experimenteren al enige tijd met het inzetten van kwetsbare mensen. Zo is Albert Heijn van plan 2.000 mensen met een beperking te plaatsen. Van der Gaag: ‘Er lopen diverse kleinschalige experimenten die aantonen dat er meer dan voldoende bedrijven zijn die vernieuwing aandurven. Natuurlijk zijn er werkgevers die zeggen dat er in hun bedrijf geen plaats is » Baanbreker nr. 1 2015 17

Overheid en beleid Aart van der Gaag Aart van der Gaag is commis saris van het project 100.000 banen van de gezamenlijke werkgevers van VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO-Nederland. Het project beoogt in twaalf jaar tijd 100.000 banen te scheppen voor mensen met grote afstand tot de arbeidsmarkt. Van der Gaag is ook voorzitter van de Algemene Bond van Uitzendondernemingen en was in het verleden onder meer directeur van Start Uitzendbureau. voor nieuwe werknemers, maar dat is niet terecht. In elk bedrijf zijn banen te vinden die aan te passen zijn, en als dat niet mogelijk is, kunnen bepaalde werk zaamheden worden Beginnen met laaghangend fruit uitbesteed aan dienstverleners die wel werken met mensen met afstand tot de arbeidsmarkt. We zullen aantonen dat de inzet van deze mensen absoluut niet ten koste hoeft te gaan van de productiviteit en dat dit op termijn zelfs een besparing kan opleveren, omdat de overige werknemers zich beter kunnen concentreren op de kerntaken.’ Trein Van der Gaag is gaan kijken in de HEMA-vestiging in Voorschoten, een bedrijf dat volgens hem loopt als een trein, maar tegelijk de werkprocessen heeft aangepast aan de capaciteiten van de werk nemers. ‘Er hangt een heel goede sfeer in die vestiging. Het stoort niemand dat er mensen met een beperking werken. Kleinschalige experimenten lukken door grote inzet van de betrokkenen, maar het is duidelijk dat er voor werkgevers minder belemmerende regels moeten komen.’ Van der Gaag loopt al heel lang rond in het wereldje, is directeur geweest van een arbeidsbureau en twee grote uitzendorganisaties. ‘Ik heb al heel veel van dit soort projecten onder mijn hoede gehad, en meestal met succes. Daarom ben ik ervan overtuigd dat we genoeg bedrijven over de streep kunnen trekken. Het is wel belangrijk dat er minder regels komen. Daar moet de politiek iets aan doen.’ « 18 Baanbreker nr. 1 2015

Goed geregeld 3 x Normaal Sleutelwoord: Bege leiding Goede begeleiding is een must om mensen met een beperking te laten floreren op de werkvloer. Maar hoe pak je dat het beste aan? Drie ondernemers uit verschillende branches delen hun tips. 2. 1. Regel een goed aanspreekpunt De Normaalste Zaak De Normaalste Zaak is een door Start Foundation geïnitieerd netwerk van ondernemers die het ‘de normaalste zaak’ vinden dat iedereen de kans krijgt om naar vermogen deel te nemen aan de arbeidsmarkt. Op de website de www.normaalstezaak.nl staan onder ‘uitgelicht’ meer tips en ervaringen van deze ondernemers. Eén persoon die de begeleiding op zich neemt, is ideaal. Als je dat niet zelf kunt regelen, haal dan iemand anders in huis. Bierbrouwer Gulpener heeft cliënten van de stichting Radar als productiemedewerker aangetrokken. De magazijnchef vond het moeilijk hen te begeleiden. Daarom heeft de bierbrouwer ook een begeleider van Radar in huis gehaald. Volgens John Vrolijk van Gulpener werkt dat uitstekend. ‘Hij is zowel voor ons als voor de cliënten een geweldig aanspreekpunt en zorgt ervoor dat alles soepel loopt.’ Tipgever: John Vrolijk, bedrijfsleider bij bierbrouwer Gulpener Recruteer in je eigen omgeving Als de begeleider zelf de persoon met de beperking al kent, steekt hij er graag meer tijd in. Hij accepteert bijvoorbeeld makkelijker dat hij iets vaker uit moet leggen. Let daarop als je mensen met een beperking recruteert, zegt Siem de Goede van K. Dekker bv uit Krabbendam. Dit aannemersbedrijf werft daarom mensen die vlak bij het bedrijf wonen en werken. Dat heeft nog een voordeel: ‘Besef dat het sympathie oplevert voor je bedrijf wanneer je met deze mensen aan de slag gaat.’ Tipgever: Siem de Goede, hoofd Markt & Communicatie bij aannemingsbedrijf K. Dekker B.V. 3. Wees open Wees als werkgever helder over wat je te bieden hebt aan begeleiding. Vraag daarnaast ook werknemers om open te zijn over hun beperking, adviseert Marloes Michon van Shell. ‘Alleen dan kun je ze als bedrijf op de juiste manier ondersteunen.’ Shell haalt doelbewust ‘talent met een beperking’ binnen als onderdeel van het diversiteitsbeleid. In de praktijk vinden medewerkers het vaak lastig om te vertellen wat ze wel en niet kunnen. Om dat te stimuleren, vertellen enkele medewerkers in een filmpje aan hun collega’s wat openheid oplevert: als je jezelf bent, krijg je daar veel steun voor terug. Tipgever: Marloes Michon, VP HR Operations Benefrux bij Shell Baanbreker nr. 1 2015 19

Kosten en baten PSO duur? Verdien een voucher! De kosten voor de verplichte audit zijn afhankelijk van het aantal mandagen dat nodig is voor het onderzoek. Bij een bedrijf van 100 fte komt dat uit op een bedrag rond de € 1500. Daarnaast is er een jaarlijkse bijdrage voor beheer en door ontwikkeling van de PSO. Ook dat is gekoppeld aan de bedrijfsgrootte. Bij 100 fte gaat het om een bedrag van € 1650. Start Foundation stelt 20 vouchers van 1.000 euro beschikbaar voor bedrijven die zich laten certifi ceren. Kijk voor de voorwaarden op www.startfoundation.nl/psovoucher Om tot een oordeel te komen wil auditor Jan Besseling documenten inzien en met medewerkers praten over het sociale gehalte van het bedrijf. 20 Baanbreker nr. 1 2015

Verder lezen –> Meer informatie over de prestatieladder socialer ondernemen? Zie www.psonederland.nl. Langs de sociale meetlat Hoe sociaal is het personeelsbeleid van een bedrijf? Dat is meetbaar met de Prestatie ladder socialer ondernemen (PSO). Aannemings maatschappij Hegeman uit Nijverdal streeft naar een hoge score. ‘We willen sociaal verantwoordelijk zijn, maar er is ook een zakelijk belang.’ Tekst: Anka van Voorthuijsen Foto’s: Iwan van de Wetering Hoofd personeelszaken Henk Vloedgraven zoekt in de map dossiers die hij voor zich op tafel heeft liggen. Auditor Jan Besseling wil de informatie zien van dossiernummer 21548. ‘Hier heb ik ‘m. Dennis, een Wajonger die in onze timmerfabriek werkt.’ Besseling bekijkt het arbeidscontract en wil Dennis spreken. Twee minuten later probeert hij in de herrie van zaagmachines, afzuiginstallaties en de radio, een gesprek te voeren. Dennis, druk met het monteren van een houten wand, is enthousiast over z’n werk en het bedrijf. Zou hij niet eens ánder werk willen doen, informeert Besseling. En bij wie kan Dennis terecht als hij iets niet snapt? Praten met de doelgroep is een vast onderdeel van elke PSO-audit, zegt Besseling ‘om op de werkvloer te onderzoeken of een bedrijf doet wat ze zeggen.’ Aannemer Hegeman hoopt de hoogste trede te halen op de Prestatieladder socialer ondernemen, zegt Vloedgraven. ‘Als bedrijf moet je ook sociaal je verantwoordelijkheid pakken in de regio. Natuurlijk moet er veel begeleiding op. Maar als iemand van een 6 een 7 wordt, is dat soms waardevoller dan dat een 8 een 9 wordt. Het is ook goed voor de sfeer, als er mensen van verschillende pluimage rondlopen.’ Landelijke norm De PSO is een wetenschappelijk onderbouwde meetlat die laat zien waar je als bedrijf ten opzichte van anderen staat en wat er nodig is om hoger te scoren, PSO-erkenning geeft bedrijf een positief imago legt Yuri Starrenburg, voorzitter van PSO Nederland uit. Daarbij gaat het om het in dienst hebben van diverse groepen met afstand tot de arbeids markt. Niet alleen mensen in een rolstoel maar bijvoorbeeld ook » Baanbreker nr. 1 2015 21

Kosten en baten hoger opgeleiden die om welke reden dan ook in de bijstand zijn geraakt, of om mensen met een autistische stoornis. Een PSO-erkenning levert vaak positieve publiciteit op. Starrenburg: ‘Die is moeilijk te kapitaliseren, maar natuurlijk heeft dat effect. Veel opdrachtgevers kijken kritisch naar hun PSO helpt mensen aan een vast contract zakenpartners. Duurzaamheid is belangrijk, maar ook het personeelsbeleid. Met wie willen ze zaken doen? De PSO-erkenning maakt duidelijk welke bedrijven goed scoren als sociaal ondernemer.’ Auditor Jan Besseling, die de controles uitvoert namens Dekra, één van de erkende certificeringsinstanties, vindt de meerwaarde van PSO dat het mensen met afstand tot de arbeidsmarkt perspectief biedt op een langdurig arbeidscontract. ‘Dat is duurzamer dan wanneer een bedrijf mensen uit een gemeentelijke kaartenbak haalt om gedurende één bepaald project mee te werken. Dan krijg je een draaideur-effect.’ Aanbestedingen De PSO-erkenning is uiteraard ook zakelijk van belang, zegt Vloedgraven bij Hegeman. ‘Sommige overheden eisen een bepaalde trede op de PSO om mee te mogen doen met aanbestedingen. Als je daardoor een nieuwe opdracht binnenhaalt, heb je de investering van de certificering er direct uit. Bovendien hoef je bij aanbestedingen geen tijd en geld meer te steken in de uitleg van wat je allemaal doet op het gebied van social return on investment. De PSOerkenning maakt dat in één klap duidelijk.’ Directeur Frank Hegeman is desgevraagd wat minder optimistisch over het zakelijk effect van een PSO-erkenning, in ieder geval op de korte termijn. ‘In crisis-tijd wordt er teveel op alleen de prijs gekoerst.’ « Trots op een hoge score Jos Verhoeven, directeur Start Foundation: ‘Hopelijk ben je als bedrijf over een paar jaar een uitzondering als je geen PSOerkenning hebt. Steeds meer (lokale) overheden verlangen van bedrijven waar ze zaken mee doen dat die een bepaalde trede halen op de prestatie ladder. Dan zorgt een bedrijf wel dat die erkenning er komt, want dan is het business en gaat het om harde knaken. Als bedrijf moet je er trots op zijn als je hoog scoort. Het valt me erg tegen dat het ministerie van sociale zaken en werkgelegenheid PSO nog niet heeft omarmd als hét instrument om straks te in te zetten bij de quotumwet.’ Draagt dit bedrijf bij aan jouw ontwikkeling? Naam: Dennis Functie: medewerker timmerfabriek In dienst sinds: 2008 Arbeidsbeperking: autisme Ja. Eerst stond ik op de b‘ ouw maar dat was veel te druk en elke dag weer anders. Ik kan niet goed tegen veranderingen. Hier op de timmerfabriek was ik eerst bang voor de machines, maar door het samen te doen met collega’s heb ik het geleerd. Ik kan alles vragen en ik word nu steeds beter.’ 22 Baanbreker nr. 1 2015

Lieve José, –> Als werkgever moet ik volgens de Participatiewet, die op 1 januari ingaat, vijf procent mensen met een handicap aannemen, op straffe van een mogelijke boete. Maar wanneer telt iemand als ‘gehandicapt’ mee? Harrie K. te A. Beste Harrie, Dat lijkt een makkelijke vraag, maar dat is het niet. Kijk maar eens bij ons op kantoor. Wij hebben diverse collega’s met een chronische aandoening, variërend van mensen met medisch erkende rugklachten en mensen met de ziekte van Crohn tot hartpatiënten. Zelf lijd ik aan fibromyalgie. Alles bij elkaar hebben zeven van de achttien mensen die bij ons werken, een medisch vastgestelde aandoening, in totaal is dat 38 procent van het personeel. De norm in de wet straks is dat je vijf procent mensen met een handicap in dienst moet hebben. Dan zitten wij wel goed, zou je denken. Niets is echter minder waar. Van die zeven mensen tel alleen ik echt mee. Dat komt omdat ik een socialewerkvoorzieningsindicatie (SW) heb en met werken alleen niet het wettelijk minimumloon kan verdienen. Van die andere zes is er bovendien maar één die net als ik bij het UWV geregistreerd is. Maar die telt weer niet mee omdat die in staat is meer dan zeventig procent van het wettelijk minimumloon te verdienen. Feitelijk gaat het in de regelgeving om mensen aan te stellen met een SW-indicatie en Wajongers, mensen die voor hun 18e jaar reeds een arbeidsbeperking hadden. Mijn baas komt door mij dus net boven de vijf procent uit. Die zit wel goed, zolang hij mij hier houdt. Overigens geldt de wet straks alleen voor bedrijven met 25 of meer personeelsleden, dus daar moet je ook even rekening mee houden. Lieve groeten, José Ook een vraag? José Wolfs werkt bij Start Foundation sinds april 2013. Heeft u een vraag aan Start Foundation? Mail aan jose@startfoundation.nl, en u krijgt zo spoedig mogelijk antwoord. Baanbreker nr. 1 2015 23

Niet te geloven! Bedrijven schieten UWV te hulp Illustratie: Idris van Heffen Horecagroothandel Sligro wil de 26­jarige Robin een baan bieden. Het UWV stelt geld beschikbaar voor het re­integratietraject en is bereid een vakopleiding voor Robin te betalen. Alles lijkt goed te gaan. Maar als Robin wat verder in de opleiding is, blijkt zijn taalkennis onvoldoende. Robin krijgt bij Sligro een opleiding tot assistent-operator. Dat gaat hem goed af, maar de schriftelijke tentamens zijn voor hem een ramp. Hij heeft grote moeite met lezen en schrijven. Een individuele taalcursus zou een ideale oplossing zijn. Maar zo’n cursus kost 3.600 euro. Dus aangeklopt bij het UWV. Daar hebben ze alle begrip voor de situatie. Nee, echt, ze zouden de cursus graag willen betalen. En als ze het eerder hadden geweten, dan had het ook gekund. Maar de regelgeving ligt dwars, weet u. De financiering van het re-integratietraject is al afgesloten en het UWV mag deze niet weer openen om een taalcursus toe te voegen. Helaas, het spijt ons enorm, onze welgemeende excuses, ja, dat wel. Robin zit in zak en as. Zo blij als hij was met de bereidheid van het UWV hem aan deze baan te helpen, zo teleurgesteld is hij nu. Hij kan de cursus met zijn kleine loon en aanvullende Wajong-uitkering zelf niet financieren. Hij dreigt voor de eindstreep van zijn opleiding te stranden. Gered Gelukkig zijn er anderen die in de lacune in de regelgeving willen voorzien. Het gaat immers om de toekomst van Robin. Re-integratiebedrijf IBN, dat Robin begeleidt, wil wel 1.500 euro op tafel leggen. Ook Sligro trekt de portemonnee. Het laatste zetje komt van Raad & Respons, dat voor dit soort kwesties een speciaal potje van Start Foundation heeft. En zo kan Robin, ondanks de rariteiten in de regelgeving rond re-integratietrajecten, naast zijn vakopleiding aan de slag met de taalcursus. Hij maakt er serieus werk van en begint met het lezen van boeken en kranten. Hij durft steeds meer op de voorgrond te treden en zichzelf te laten horen. Dankzij de taalcursus haalt Robin voor het eerst in zijn leven een vakdiploma. Sligro is ondertussen dik tevreden over hem. Zijn productiviteit is stap voor stap gestegen tot 100 procent. Hij krijgt een contract voor onbepaalde tijd. 24 Baanbreker nr. 1 2015

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
Home


You need flash player to view this online publication