14

onderste boven, alwaer gelt in was. De boer werd ontboden en die telde vier goud stukken en wat zilver geld. Maar precies wisten de knechten het niet! Bovendien: als zij zouden zwijgen dan stond hen loonsverhoging te wachten! Maar toen dat in 1685 nog niet gebeurd was, gingen ze met hun verhaal naar de Beekse schepenen. Niet zo ver verwijderd van de plaats werd in 1984 ook een schat gevonden. Er werd niet naar gezocht, doch de boer ploegde die toevallig boven. Een kruik met 146 zilveren munten. Wellicht werden beide kruiken tijdens de Franse oorlog in het rampjaar 1672 begraven. Het jaar 1683 zou overigens voor de laatste kruik ook kunnen. Toen vond er in Esbeek een enorme inkwartiering van soldaten plaats. Op Dun kreeg Cornelis Peters op de Coevoort zes soldaten. Gijsbrecht van Dun had een capitein met peert, een vendrich en drie man in de kost. Dat was de boerderij/herberg in de bocht net over de witte brug. Genoemde Peter Verbanith tot slot had twee soldaten in huis. Het perceel waar de geldschat begraven werd, Bussers Beemt genaamd, lag overigens niet ver verwijderd van de aloude Koevoirtbrug. UIT DE OUDE DOOS Plaats: Riel Personen: Verschenen voor Cornelis Naaijkens en Jan van Ostaden schepenen van Hilvarenbeek, Siardus Aarts oud ca 76 jaar, Peter de Groot oud ca 43 jaar, beide geboren en woonachtig te Riel, Cornelis van Zantvoort oud ca 70 jaar, Jan van Dun oud ca 65 jaar beide geboren te Goirle, Hendrik Huijbregts oud ca 51 jaar geboren te Poppel oud ca 26 jaar allen inwoners van Riel, welke verklaren. Dat sedert heugelijke tijden, door of we14 gens de abt van Tongerloo de tiendheffers, de dekstier van Riel hebben onderhouden. Datum: 06 09 1806, belasting Plaats: Hilvarenbeek Personen: Verschenen voor Cornelis Naaijkens, Jan van Ostaden, Paulus van Poppel en Johannes Anthonij Vervoort schepenen van Hilvarenbeek, Petrus Josephus F Sijen, Martinus de Graaf, Jan van Dungen gerechtsbode, Helena Kuppens de huisvrouw van Huijbert Brouwers alle inwoners van Hilvarenbeek, welke verklaren op verzoek van Johanna van Dungen de huisvrouw van Peter Ketelaars. De eerste attestant dat Peter Ketelaars op van 6 tot 11 februari 1808 dagelijk dronken is geweest, op 8 of 9 februari 1808 zijn vrouw hevig heeft uitgevaren en haar verweten, op 11 februari haar geklasineerd en geroepen met beledigende woorden. Op 21 februari, 1 en 3 maart ook dronken is geweest. De tweede en derde attestant hebben gezien dat Ketelaars 1 maart met een eiken klippel de requirante heeft geslaan. De laatste attestante verklaard gezien te hebben dat Ketelaars op 8 of 9 februari 1808 zijn vrouw drie maal met een vuurschop heeft geslagen. Datum: 05 03 1808, mishandeling FAMILIARIS Met grote vreugde melden opa en oma Jan en Mea van Dun (onze penningmeester) dat er een kleindochter geboren is. Zoon Mark en partner Fenne kregen op 3 mei 2007 een jonge dochter genaamd Brynn Mea Dorothée van Dun. Namens de vereniging feliciteren beide ouders en de andere familie van harte en wensen hen veel geluk en voorspoed met de nieuw geborene.

15 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication