28

Vier medewerkers van Croonwolter&dros maken een las voor hun certifi cering. weet de technisch dienstverlener hoe het er in een ziekenhuis aan toe gaat? Bij een gewone installatie is het minder ingewikkeld; even het water eraf: geen probleem. Maar bij medische gassen ‘hangt’ er een patiënt aan, dan moet je alles goed borgen”, verklaart Han Gossink, als Realisatiemanager bij Croonwolter&dros verantwoordelijk voor de unit Medische Gassen. “De overtreff ende trap op het gebied van voorzorgsmaatregelen, dat willen ze bij je proeven. Niet alleen bij de projectleider en het ontwerpteam, maar zeker ook bij de monteur.” Het installeren van medische gasinstallaties zou eigenlijk op orde moeten zijn, kijkend naar hoe lang de normen al van kracht zijn. Toch was er een tijd dat onvoldoende kundige partijen dergelijke installaties aanlegden en dat zorginstellingen zich hier niet altijd van bewust waren. “Denk aan het gebruik van verkeerde technieken, bijvoorbeeld een knelkoppeling in plaats van een lasverbinding. Dan kun je ongewild vervuiling van de installatie veroorzaken, doordat de verbinding minder betrouwbaar is”, zegt Gossink. “Wij werken met medisch schone buis, hulpstukjes en appendages en stellen die samen als gelaste installatie. Bij verbranding in het lasproces ontstaat nu eenmaal vuil, dus is zorgvuldig werken een must. Door toepassing van backing gas tijdens het lassen kun je dergelijke vervuiling voorkomen en afvoeren.” Steeds alerter De laatste jaren signaleert ook Gossink in dat opzicht wel een verandering: zorginstellingen zijn steeds alerter op medische gassen. “Ziekenhuisapothekers zijn zich meer bewust van hun verantwoordelijkheid op dit vlak en dus willen ze het beter borgen. Ze pakken de normen erbij – NEN-EN-ISO 7396 (me28 FMT | April 2020 dische gassen) en NEN-EN-ISO 13485 (borging processen) – en vragen hoe dat bij ons georganiseerd is. Met andere woorden: hoe onze processen eruitzien, hoe het zit met de scholing van ons personeel en welke procedures we volgen”, vertelt hij. “Ziekenhuizen kunnen medische gasinstallaties ook steeds beter beoordelen. Apothekers werken nu het liefst samen met gespecialiseerde technici op dit vlak. Zo’n expertiseteam is in staat om een installatie tegen het licht te houden en goed in te regelen.” Dat betekent dat de lat voor Croonwolter&dros hoger komt te liggen bij het vastleggen en valideren. “Daar wil je in mee, maar je moet het ook leuk vinden om daar aan mee te werken. Momenteel werken we aan certifi cering volgens de NEN-EN-ISO 13485 om te kunnen aantonen dat wij die processen goed op orde hebben en een installatie aantoonbaar gevalideerd conform NEN-ENISO 7396 kunnen achtergelaten in de veilige handen van de apotheker en de technische dienst”, stelt Gossink. Geen overbodige luxe, nu apothekers steeds vaker certifi cering verlangen. “Er zit meer achter dan het netjes aanleggen van een installatie: opleiding van mensen, intern procedures borgen, kennis hebben van nieuwe technieken enzovoort.” Daarnaast participeert Croonwolter&dros in de expertgroep Medische Gassen van NEN. “Het is van belang dat marktpartijen – apothekers, zorginstellingen, leveranciers en technisch dienstverleners – gezamenlijk richting geven aan de ontwikkelingen. Daar willen wij vanuit onze expertise ons steentje aan bijdragen. Zo zijn wij altijd op de hoogte van de ontwikkelingen die er spelen bij onze klanten en de vigerende normeringen.” Expertgroep Medische Gassen NEN Momenteel werkt de expertgroep Medische Gassen aan een norm voor de slide index van het wandgasafnamepunt. Dit betreft de maatvoering van afnamekoppelingen en afnamepunten die worden toegepast bij medische gassen en vacuüm. Doel van de standaardisatie is dat gebruikers, fabrikanten en leveranciers kunnen waarborgen dat het unieke Nederlandse systeem werkt, blijft werken en dat ook andere belanghebbende partijen tot de Nederlandse markt kunnen toetreden. Daarnaast wordt gewerkt aan een Nederlands Technische Afspraak (NTA) over medische voedingseenheden, als toelichting op de ISO 11197 en aanverwante normen rond medische voedingseenheden. Hierin staan eisen voor alle betrokkenen bij het ontwerp, de fabricage, installatie, inspectie, testen en onderhouden van bedwandpanelen en/of pendelsystemen. Deze eisen hebben onder andere betrekking op segregatie tussen gassen en elektrische componenten, verbindingstechnieken, gebruik van brandveilige materialen, ventilatie, vereff ening en mechanische sterkte. NEN ontwikkelt de NTA in samenwerking met installateurs, fabrikanten, onderhoudstechnici, adviseurs, beheerders en inspecteurs. Meer informatie www.nen.nl

29 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication