36

ict | tekst • Wilma Schreiber | foto’s • Daniella van Bergen Haaglanden MC digitaliseert centraal medisch beeldarchief Net als in andere ziekenhuizen staat in de drie vestigingen van Haaglanden Medisch Centrum in Den Haag heel veel apparatuur waar beelden op gemaakt worden: ten behoeve van echo’s, operaties, endoscopie, oogonderzoek, enzovoort. Dit gebeurde op lokale apparaten op de afdeling. Beelden waren wel gekoppeld aan patiëntnummer, maar alleen zichtbaar op die apparaten en niet centraal op te roepen. Dat moest anders – en nu gáát het anders, dankzij een centraal medisch beeldarchief. I n Haaglanden Medisch Centrum (HMC) bestond een grote wens om beelden ook via het primaire systeem, het EPD, te kunnen raadplegen. “Voorheen gebeurde bijvoorbeeld oogonderzoek op één locatie en moest de patiënt steeds naar die betreffende locatie, omdat artsen nieuwe beelden anders niet konden vergelijken met eerdere beelden. Dat was veel gedoe voor patiënten en het beperkte artsen in hun werkwijze”, schetst Peter den Hollander, chief medical information officer bij HMC. Waar andere ziekenhuizen dergelijke projecten doorgaans vraaggestuurd per afdeling bekijken, besliste HMC dat elk apparaat dat beelden genereert, moest worden aangesloten op een centraal medisch beeldarchief (CMB). Minimale eis Het project startte twee jaar geleden met een inventarisatie van alle losse apparaten op de 23 afdelingen van het ziekenhuis. Opgeknipt in drie tranches, met de meest complexe apparatuur aan het eind voor voldoende voorbereidingstijd en een soepele implementatie. In totaal zijn zo 103 apparaten gekoppeld. “Sommige afdelingen hebben heel veel apparaten staan, dan moet je goed nadenken over de infrastructuur. Per afdeling en per apparaat 36 FMT | september 2022 hebben we bekeken wat er nodig is en ook gebruikers geschoold”, aldus Den Hollander, die bij deze projectmatige aanpak ondersteund werd door consultants van D&A medical group. “Verder zijn onze eigen mensen tijdens het project opgeleid door Alphatron Medical, leverancier van het JiveX-systeem waar het CMB op draait. Zij zijn nu in staat zelf nieuwe apparatuur aan te sluiten op het CMB.” Bij de inventarisatie stuitte Den Hollander op een aantal verouderde apparaten die niet de goede formaten hadden en ook niet meer te updaten en daardoor niet te koppelen waren. “Nu geldt intern bij aanschaf van nieuwe apparatuur als minimale eis dat die te koppelen moet zijn met het CMB”, verklaart hij. “Dit was ook een stimulans voor afdelingen om een meerjarenplan te maken en investeringen over de jaren te verdelen, zodat op termijn alle beeldapparatuur in het ziekenhuis gekoppeld is aan het CMB.” Uniforme werkwijze Een andere uitdaging was het feit dat sommige afdelingen door de jaren heen allerlei losse apparaten zelf lokaal aan elkaar geknoopt hadden, zonder goede infrastructuur. “De OK’s op de drie locaties werkten bijvoorbeeld elk met een eigen beeldrouteringssysteem, waar bovendien niet alle OK’s op aangesloten waren”, vertelt Den Hollander. “Daar komt bij dat al die systemen anders werken. Om het voor de gebruiker zo simpel mogelijk te maken, wilden we naar een uniforme werkwijze voor alle drie de locaties.” Het project werd tevens aangegrepen om verantwoordelijkheid voor de apparaten te beleggen. “Ook daar hebben we een enorme stap in gemaakt, door personen binnen de organisatie aan te wijzen die verantwoordelijk zijn voor toekomstige updates en koppeling met het CMB.” Er was meteen veel draagvlak voor het CMB, bij zowel artsen als patiënten. “Het proces is een ‘Koppelbaarheid nieuwe apparatuur is minimale eis’

37 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication