13

| politiek Hoe creëer je een healing environment in de langdurige zorg, zowel intraals extramuraal? “Mensen met dementie maken een belangrijk deel uit van de cliënten in de langdurige zorg. Op dit moment zijn er circa 300.000 en dat stijgt naar ruim 500.000 in 2040. Het is goed om vanuit dat gezichtspunt deze vraag te beantwoorden. Juist in de eerste fase van dementie is het belangrijk dat deze mensen fysiek, mentaal en sociaal actief blijven. Dat ze de regie over hun leven zoveel mogelijk behouden. Dat kan de symptomen van de ziekte beperken en daarmee de kwaliteit van leven verhogen. En het kan ertoe leiden dat zwaardere vormen van zorg uitgesteld worden. Dat is een opgave voor de gehele maatschappij. Mensen met dementie kunnen alleen fysiek, mentaal en sociaal actief blijven als de samenleving daarvoor openstaat en dementievriendelijk wordt. Pas als de situatie zo ingewikkeld wordt dat zelfredzaamheid (samen met het netwerk) niet echt meer aan de orde is, dan moet er natuurlijk voldoende zorg en ondersteuning ingezet kunnen worden.” Dat netwerk draait om mantelzorgers. Zijn daar voldoende van en hoe gaat de overheid de zware taken van deze mensen ondersteunen? “Om mantelzorgers goed te kunnen voorbereiden en ondersteunen gaan we een concrete aanpak inrichten. Ik doe dit samen met Maarten van Ooijen, de staatssecretaris van VWS. Hij gaat samen met alle betrokken maatschappelijke partners werken aan een uitvoeringsagenda. Die zal focussen op drie punten: de erkenning van mantelzorg en informele zorg in de samenleving, daarnaast de verbinding en samenwerking met de mantelzorger, en ten slotte respijtzorg. Het is wel een zorgenpunt. Nu al is er sprake van overbelasting voor mantelzorgers. Daarom moeten we het slimmer invullen. Het gaat erom dat we in de toekomst voldoende mantelzorgers hebben die niet overbelast raken. Bijvoorbeeld door het organiseren van vervangende mantelzorg: respijtzorg. We vragen van de mantelzorger niet om de rol van de professional over te nemen, maar wel om de eenvoudige hulp of ondersteuning aan bijvoorbeeld één of beide ouders te bieden. Daarbij denk ik bijvoorbeeld aan het bijhouden van hun administratie, het in de gaten houden dat medicatie op tijd geslikt wordt of een vorm van lichte begeleiding. Zo kunnen zorgprofessionals zich juist weer bezig houden met de echte zorgtaken.” Woonzorgcentrum Hanzeborg, Lelystad (foto: Daan Kooiman) 13

14 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication