Droogteaanpak Klip behoort tot de critici die waarschuwen voor de aanvoer van gebiedsvreemd water naar de Veluwe. “Het is tenslotte een Natura 2000-gebied. Het ecologisch evenwicht daar moet niet verstoord raken”, reageert ze op het Deltares-plan. “Al vind ik het idee erachter interessant en we hebben veel ideeën nodig om een goede afweging te kunnen maken. De Veluwe is ons zorgenkindje. Het handhaven van de zoetwaterbel eronder is cruciaal. Het is prima grondwater te gebruiken, maar het moet ook worden aangevuld. Het gaat erom een balans te vinden.” Klip ziet veel in het herstel van natuurlijke water- en bodemsystemen, onder meer door het terugbrengen van de moerassen en venen uit de 19e eeuw, die zich bevinden op de flanken van de Veluwe, als buffer tegen de droogte. “Deze gebieden kunnen functioneren als klimaatmantels, die het regenwater beter vasthouden. We zitten aan de grens van de maakbaarheid van het huidige watersysteem en moeten naar een rigoureuze herinrichting toe”, staat ze haar buurman Pieper in Rijn en IJssel bij. Sponswerking Het concept van de klimaatmantel vindt Corine Geujen een geweldig idee, maar het plan van dijkgraaf Pieper is voor de hydroloog van Natuurmonumenten nogal grootschalig en te technisch. “Zo’n kunstmatige bak met water vergt een strak gecontroleerd waterpeil. De bovenstrooms gelegen gronden in de omgeving kunnen dan juist extra verdrogen.” Zelf mikt Natuurmonumenten liever op overgangszones rondom natuurgebieden, die het water langer vasthouden en het waterpeil hoog houden. “We moeten terug naar de oude sporen in het landschap, zoals de duizenden vennen die er vroeger waren op de hoge zandgronden, maar die allemaal zijn ontwaterd. Dat zijn ideale locaties om te vernatten. Vang daar de winterse pieken op en laat het in februari maar weer zeiknat zijn.” Geujen voorziet dat forse ingrepen nodig zijn in het mateloos oppompen van grondwater. “In Brabant, Limburg en Gelderland zijn grote aantallen beregeningsputten in kwetsbare gebieden die al het water onttrekken. Waterschap Vechtstromen durft het nu als eerste aan om deze putten bij boeren op te kopen en uit te plaatsen.” Haar verdere pleidooi: krik de grondwaterstand op met 30 tot 50 centimeter, onderzoek vervolgens op welke plekken de pijnpunten zijn en koop die natte gebieden op en zet ze voor een laag bedrag weer in de etalage. “Dat hoeft niet Corine Geujen (Natuurmonumenten) “We moeten terug naar de oude sporen in het landschap, zoals de duizenden vennen die er vroeger waren op de hoge zandgronden.” 22 WATERFORUM NR 6 Huub Savenije (emeritus hoogleraar) “In het hele gebied tot Babberich en Zevenaar zou je bekkens met water uit de Rijn kunnen aanleggen.” per se voor natuurontwikkeling te zijn. Je kunt er bijvoorbeeld ook andere gewassen gaan telen. Wezenlijk is dat we voor een andere inrichting van het landschap durven te kiezen. Daar is wel een ingrijpende ruilverkaveling voor nodig, met gevolgen voor de landbouw.” Beetje dom Emeritus hoogleraar hydrologie Huub Savenije van de TU Delft ziet wel wat in de kunstmatige opslag van water op de Veluwe. “Water infiltreren doen we nu ook al in de duinen. Langs de hele kust zijn infiltratiebekkens te vinden, waar vanuit de Maas of meer noordelijker vanuit de Vecht water naartoe gaat voor de drinkwaterwinning. We blijven op een adequate voorzuivering aangewezen. Het brede palet aan medicijnresten in ons oppervlaktewater levert steeds meer risico’s op. De kwaliteit van het water dat je in de omliggende natuur kwijt wilt om de verdroging tegen te gaan, moet buiten kijf staan.” Effectievere zuiveringstechnieken, zoals die bij de nieuwe rwzi van Vallei en Veluwe, zijn onontkoombaar, aldus Savenije. Positief is Savenije eveneens over de realisatie van waterbuffers in het oosten van het land. Op Google Maps wijst hij de oude Rijnvallei tussen Lobith en de Duitse grens aan. “In dit hele gebied tot Babberich en Zevenaar zou je bekkens met water uit de Rijn kunnen aanleggen. De grote vraag zal zijn of het genoeg is.” Water met pijpleidingen naar de Achterhoek brengen vindt Savenije maar een vreemde oplossing, “als je beseft dat je daarvoor net zo goed het Twentekanaal kunt gebruiken, en dat tapt al af van de IJssel.” Vitens reageert desgevraagd daar goed over te hebben nagedacht. “Een betrouwbare drinkwatervoorziening vraagt meer dan het water ergens heen brengen. Je moet de inlaat kunnen stoppen als er een verontreiniging is, terwijl je nog steeds kan produceren. En deze stop moet zo kort mogelijk duren. Het Twentekanaal stroomt nauwelijks door. Dat levert te veel kwaliteitsrisico’s op”, licht Verbeek-Kalshoven toe. “In de Achterhoek geldt dat 25 procent van het drinkwater al van ‘buiten’ komt. Het gaat erom dat de impact van de drinkwatervoorziening wordt beperkt of sterker nog: dat er sprake is van een positieve impact.”
23 Online Touch Home