2

interview en foto’s Stef Duron Ik vind het een eer voor de schrijfresidentie om ook een professor in de wijsbegeerte te mogen verwelkomen. In Antwerpen is de opleiding momenteel wat kleinschaliger en gemoedelijker. De afstanden tot de studenten is niet zo groot. En ik vind het wel prettig om zo te werken. Het heeft ook met de algemene nationalisering te maken. In België zou ik me professor mogen noemen, maar in het buitenland niet. In het buitenland lachen ze je uit. Je kunt nog geen professor zijn als je veertig zijt. Professor wordt je wanneer je een hoogleraarschap hebt. En ik ben me daar goed van bewust. Ik noem me ook geen professor, omdat dit internationaal ook voor verwarring zorgt. Ik vind niet dat iemand die filosofie doceert een grotere status heeft. Er is overal heel veel kennis te rapen. Ik vind filosofie heel interessant en ik ben heel blij dat ik mocht doctoreren en m’n plek heb gevonden, … dat ik nu les kan geven en verder onderzoek doen. Het verschil met de tijd dat u studente was twintig jaar geleden en nu. Hoe is de relatie nu tussen de docenten en de studenten in vergelijking met toen? Bij filosofie speelt er ook een gender. Man/vrouw speelt daar al een rol in. Al mijn professoren waren mannen. We zaten met 5 meisjes in een groep van 60. Nu is dat anders. De sfeer was goed onder de studenten. Als meisjes vormden wij al snel een groepje. Het is pas toen ik ging doctoreren dat het mij opviel dat er zo weinig vrouwen in die groep waren. Nu sta ik aan de andere kant en heb ik contact met de studenten. Als vrouw kan je minder gauw op een voetstuk gaan staan. Dat wordt minder snel aanvaard. Zoals dit in het bedrijfsleven ook merkbaar is. Ik vind dat niet erg. Ik vind dat eerder schone schijn … Is je beroepskeuze een gevolg van hoe je van jongs af tegen het leven aankeek en de wereld ontdekte? Toch wel, maar ik wist niet goed wat filosofie was. Wij kregen dat niet op school. Je zag dat wel dat die jongeren actief deelnamen door ook het kerkgebouw te versieren en in te richten. Ze waren betrokken. Het was een heel open manier om religie te beleven. Ik ben naar Leuven gegaan. Ik heb ook nog godsdienstwetenschappen overwogen, … zoals ik alles overwogen heb. (lacht …) Inderdaad een beetje keuzestress. “De kwaliteit van een handeling komt voort uit de gedachte die er achter zit.” Ik kon niet kiezen als ik achttien was. Ik wou alles doen. Ik deed heel graag geschiedenis. Ik wou ook arts worden. Ik ben naar een katholieke school gegaan. Met onze ouders gingen we naar de mis, maar dan naar een andere parochie waar de vieringen ons die meerwaarde gaven die we zochten. De preken waren er beter. De omkadering en de symboliek spraken ons aan. En het toeval wil nu dat die parochiepriester onlangs overleden is. Het was een pastoor die ook veel met jongeren werkte. Eigenlijk met de jongeren van zijn parochie waartoe ik niet hoorde. Ik heb daar niet actief een rol in gespeeld. 2 Nu ga ik nauwelijks naar de kerk. De sacramenten zijn zelfs een beetje uit ons leven verdwenen. Ik ben zo opgevoed en dat vind ik goed zo. Ik zie de waarden wel in van het geloven en de culturele erfenis. Uw recente boek over Iris Murdoch, een Britse filosofe. Mag ik daarbij een zekere vorm van feminisme bij vermoeden? Noch Iris Murdoch, noch ikzelf kunnen als ‘dolle mina’s’ beschouwd worden. Alhoewel: ik word het, terwijl ik ouder wordt. Echt waar! Ik was daar vroeger niet mee bezig, met het feminisme.

3 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication