17

Het arrest Een half jaar na het gebeuren kwam de zaak op vrijdag 30 september voor het Assisenhof van West-Vlaanderen. Voor en na het proces verschenen al dan niet lang uitgesponnen artikels in de dagbladen Het Nieuwsblad, De Gentenaar, De Vooruit, Het Laatste Nieuws en Het Nieuws van den Dag(6). De lijst is te lang om hier te publiceren. Wel kwamen tijdens de enkele zittingsdag nog bijzonderheden aan het licht. - Arthurs vrouw en Juliens moeder, Maria Dezeure, werd in 1932 of ‘33 in Watou messteken toegebracht door een zekere Teerlynck en overleed daarna aan tetanos. Ze genoot geen goede reputatie. - Grootmoeder Amelie, vader Arthur en zijn zonen Julien (24) en Camiel (14 j., afwezig op de dag van de feiten) kwamen in januari 1936 aan de Elzentap wonen. - Julien Bruneel trouwde met Maria eind 1937, ze gingen wonen in Beveren a/d IJzer, Eikhoek 3. - Grootmoeder Amelie had Julien in januari 1938 100 fr. gegeven. - In maart 1938 pleegde Julien Bruneel diefstallen in Leisele, Sint-Rijkers, Gijverinkhove, Hoogstade, Houtem en Beveren. Hij stal ook geld uit offerblokken in landelijke kapelletjes. - Enkele dagen voor 14 maart 1938 stond hij op een punt een moord te plegen op gepensioneerde deurwaarder Emiel Vermeersch in Beveren a/de IJzer, hij had daartoe een hamer mee maar durfde uiteindelijk niet. - Julien Bruneel beweerde uit nood te hebben gehandeld, hij was 12 fr. huishuur verschuldigd maar dat had hij niet. Daarom vatte hij het plan op zijn grootmoeder van kant te maken. - Toen zijn vrouw Marie na de misdaad het huisje betrad en ze vroeg wat er met metje was geschied, antwoordde hij: “Zij is weg en het was nog een taaie.” Besluit Het gewelddadig overlijden van Amelie-Sofie Verclyte is op zich een triestig verhaal. Mogen we hopen dat haar eigenlijke doodstrijd kort was… Drie harde en diepe hamerslagen op haar schedel betekenden vermoedelijk het schier onmiddellijk einde van haar leven. Maar er is veel meer om het gebeuren te bezwaren met ondraaglijk leed. Kan niet heel haar leven troosteloos geweest zijn? Drie keer getrouwd, 15 kinderen waarvan 11 gestorven... In het lied Hemelhuis (De Clercq-Hullebroeck) staat een vers O mijn kindren graag gebroken brood, zou ’t geluk vermindren waar de last vergroot, het klinkt cynisch in het licht van de gebeurtenissen aan de Elzentap. Die kinderen? Een volle rugzak gefrustreerd moederschap, familiale miserie uit verleden en heden, die Amelie heel haar leven moest meeslepen. Met daarbovenop wellicht ook nog schrijnende armoede in een tijd waar van een zorgmaatschappij nauwelijks sprake was. Daar komt nog bij dat ze op 80-jarige leeftijd Poelkapelle, waar ze vele jaren woonde, verliet om haar gescheiden zoon in het voor haar totaal onbekende Houtem in een huisje te lande te vervoegen. Uiteindelijk geeft ze haar kleinzoon Julien met Nieuwjaar 1938 zelfs nog 100 fr. Twee en een halve maand later wordt ze door hem met een hamer doodgeslagen… Zo’n vreselijk lot wenst niemand zijn medemens toe, laat staan zijn eigen grootmoeder… Jan Huyghe © kleurenfoto’s bij dit artikel - Stef Duron - foto hierboven: Joe Englishstraat richting De Elzentap met rechts de hoeve Dekervel 57 57

18 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication