49

In 1911-1912 wordt door Maurice Delmotte uit Doornik, de orgelkast achteruit geschoven om er een vrijstaande speeltafel vóór te kunnen plaatsen: hierbij werd een nieuwe windlade aangebracht in het hoofdwerk en het heel instrument geromantiseerd. Jules Anneessens uit Menen controleert het orgel in 1930 en plaatst een elektrische ventilator. Verder wordt het orgel regelmatig gestemd door de gebroeders Jozef en Pieter Loncke uit Esen. Bij de herstellingswerken in 1972 werd gestreefd naar een reconstructie van het oorspronkelijk instrument, mits behoud van het oude pijpwerk. De orgelkast werd opnieuw in de balustrade geplaatst en boven ontdaan van storende uitbreidingen. Windladen, regeerwerk en klavieren werden vernieuwd naar de oude trant. Deze werken werden uitgevoerd door het orgelbedrijf Jos Loncke en Zonen, Diksmuide-Esen. Gegevens over de orgelbouwers die werkten aan het orgel van Wulveringem. Jean-Joseph Vander Haeghen (°1725 Wetteren? of Gent?) Volgens een getuigenis van Pierre van Peteghem, orgelbouwer uit Wetteren, zou Vander Haeghen in Gent geboren zijn en was hij een leerling bij zijn grootvader Pieter van Peteghem (1708-1787). Als Vander Haeghen in Gent gevestigd was, dan is dat slechts kortstondig geweest, aangezien hij in 1749 in Rijsel woonde. Vanuit Rijsel was hij meermaals aan het werk in West-Vlaamse kerken. Jean-François Guilmant, Sint-Omaars (Fr) De Guilmant’s zijn een Noord Franse familie van organisten en orgelbouwers, die ook werkten in de Vlaamse Westhoek Van belang voor de organografie zijn hoofdzakelijk de drie broers Guilmant, waarvan de oudste en een jongere dezelfde naam hebben. De zonen zijn van dezelfde vader, doch uit twee huwelijken. In Wulveringem gaat het over Jean-François Guilmant II (1752-1811), halfbroer van de oudste JeanFrançois. Hij was te Sint-Omer ingeschreven in 1777, het jaar van zijn huwelijk. In de Sint-Niklaaskerk van Veurne verschijnt Fran9ois Guilmant aan de zijde van de Rijselse orgelmaker Jean Vander Haeghen in 1793-1793. René Germain (°1767) Na de Franse Revolutie vestigde hij zich in Ieper. Zijn eerste activiteit bestond uit het leveren van nieuw pijpwerk voor orgels, die geplunderd waren door de Sansculotten. Slechts één nieuw orgel van zijn hand is bekend, namelijk het orgel in Watou (1816-1820). Zijn overige werken bestaan uit herstellingen. Philippus Liem, was een timmerman in Izenberge, later gelegenheid orgelmaker. Gerrit-Simon Hooghuys (°Wormer 1754- +Brugge 1813) Orgelbouwer. In 1806 verhuisde hij van Middelburg (Nl) naar Brugge, waar hij in de plaatselijke krant het volgende bericht liet verschijnen: (omgezet in modern Nederlands) “Gerardus Hooghuys, orgelbouwer, heeft de eer het publiek ervan te informeren dat hij komen wonen is in deze stad Brugge in de Vlaemingstraat nabij de Vlaemingbrug. Hij gelast zich met het bouwen van nieuwe orgels en het repareren van de bestaande instrumenten, dit alles aan gematigde prijzen”. Simon-Gerardus Hooghuys (°Middelburg 1780 - +Brugge 1853), zoon van Gerrit-Simon. Hij werkte in 1845 aan het orgel van Wulveringem. Petrus Loncke (°Hoogstade 1821 - +Hoogstade 1897) Orgelbouwer uit Hoogstade. Het bedrijf is ontstaan ye Hoogstade waar Pieter Albertus Loncke zijn eerste orgel bouwde. Maurice Delmotte (°Doornik 1885 - +Doornik 1961) Orgelbouwer uit Doornik. Vanaf 1903 was Maurice Delmotte, zoon van Théophile, medezaakvoerder met zijn vader. Na diens overlijden in 1909 was hij alleen zaakvoeder, tot in 1946 zijn eigen zoon Georges het bedrijf vervoegde.

50 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication