10

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 02 | 2022 10 NIEUWS IN BEELD ENERGIETRANSITIE DOOR: MARTIN HENDRIKSMA ALTERNATIEF VOOR GAS WARMTENET MEEST GEKOZEN In stedelijke, dichtbebouwde, gebieden ligt de keuze voor een warmtenet voor de hand. Dat betekent in de praktijk dat de meeste Nederlandse woningen op een warmtenet met midden- tot hoge temperatuurbron moeten worden aangesloten: ruim 2,5 miljoen. Voor 1 miljoen stadswoningen heeft een warmtenet met lage temperatuurbron de voorkeur, veelal gecombineerd met een collectieve warmtepomp om de gewenste temperatuur voor verwarming en warm water te verkrijgen. In het landelijke gebied zal meestal worden gekozen voor de optie groen gas of all-electric. A W Aantal woningen per voorkeursoptie warmte Warmtenet met een middentot hoge temperatuurbron Groen gas 2.502.000 2.278.000 All-electric Warmtenet met lage temparatuurbron Onbekend 2.018.000 108.000 1.082.000 Voorkeursoptie warmte per type eigenaar 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 413.000 1.639.000 327.000 552.00 899.000 1.035.000 394.000 62.000 139.000 23.000 ZUID-HOLLAND KOPLOPER 1.254.000 520.000 159.000 Eigenaar bewoner Groen gas Warmtenet met lagetemperatuurbron Warmtenet met een middentot hogetemperatuurbron All-electric Woningcorporatie Particuliere investeerder 37.000 Tweede woning Zuid-Holland is onder de provincies koploper met het aandeel woningen dat op een warmtenet kan worden aangesloten. In veel wijken in Rotterdam en Den Haag is dat zelfs al gebeurd. De hoge score van plattelandsprovincie Groningen is te verklaren door de geschiktheid van het huizenbestand in de stad Groningen voor een warmtenet. Buurprovincie Drenthe is het sterkst aangewezen op groen gas: meer dan 60 procent van de Drentse huizen moet er straks mee worden verwarmd. All-electric, de oplossing met een individuele warmtepomp, komt het vaakst voor in Zeeland. 153.000 51.000

11 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication