40

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 02 | 2022 40 ACHTERGROND JEUGDZORG gemeente weerspreekt dat zij voortaan financieel verantwoordelijk is.’ Naast het uitzoekwerk over welke gemeente voortaan de rekening moet betalen, moet de ‘nieuwe’ gemeente contracten afsluiten met aanbieders waarmee ze vaak nog geen contract heeft. Complicerende factor is dat de ene gemeente een ander tarief hanteert en een andere contractvorm heeft dan de andere. In de wet is een overgangsrecht opgenomen: de jongere heeft een jaar het recht op dezelfde jeugdzorg van dezelfde aanbieder. Tarief en contractvorm mogen dit niet ‘tegenwerken’. Via een breed gedragen motie van het GroenLinks-Tweede Kamerlid Lisa Westerveld is dat overgangsrecht min of meer verlengd. ‘In die motie wordt gesteld dat jongeren met jeugdzorg de zorg moeten blijven behouden als de zorgvraag niet wijzigt en het zorgtraject nog niet is afgerond, ook na die overgangstermijn van een jaar’, licht Vernhout toe. Naast de discussie over welke gemeente via de nieuwe wet financieel verantwoordelijk is voor de jongere met jeugdzorg, trekken gemeenten en aanbieders vooral over de tarieven aan de bel. ‘Het levert de COLUMN JAN VERHAGEN ‘ Zorgaanbieders en gemeenten mogen niet in financiële problemen komen’ meeste zorgen en discussie op’, zegt Doodkorte, ‘maar het gaat in het algemeen over minimale verschillen.’ Hij verwacht na herindicatie ook geen grote problemen. ‘Zowel zorgaanbieders als gemeenten mogen niet in de financiële problemen komen’, verzekert Vernhout. BANG De budgetten die gemeenten nu voor de jeugdzorg krijgen, worden als gevolg van de nieuwe wet herverdeeld. ‘Er zijn veel verschuivingen, maar die moeten voor gemeenten kostenneutraal uitpakken.’ Het optimisme van Vernhout en Doodkorte wordt niet door iedereen gedeeld. ‘We zijn bang dat jongeren tussen wal en schip vallen, als gemeenten de financiële verantwoordelijkheid niet op zich willen nemen’, stelt de woordvoerder van Jeugdzorg Nederland. Ook Vanderhilt is er niet helemaal gerust op, mede gezien de vragen die in toenemende mate bij de helpdesk van Stimulansz binnenkomen. Die gaan voornamelijk over ingewikkelde en uitzonderlijke situaties, maar die zullen er ook onder de nieuwe wetswijziging blijven. ‘De wetswijziging is voor jongeren die ambulante jeugdhulp krijgen een verbetering. Bij jeugdhulp met verblijf, zeker bij een lange zorggeschiedenis, kan het lastiger zijn om te bepalen welke gemeente financieel verantwoordelijk is’, aldus Vanderhilt. ‘Voorkomen moet worden dat de zorg voor kinderen in de knel komt. Regel eerst de zorg en kijk pas daarna wie de rekening moet betalen. Het belang van het kind moet leidend zijn. Daar kan geen meningsverschil tussen gemeenten tegen op.’ VERVELEND namelijk 2 tot 3 promille van het fonds. Dat vindt het ministerie veel en vervelend. Die kosten moeten omlaag. Eind vorig jaar verscheen de evaluatie van het btw-compensatiefonds. Dat is een fonds van het ministerie van Financiën waar de gemeenten hun btw kunnen declareren. De evaluatie ging over 2016 tot en met 2020. In die vijf jaar is er ruim 17 miljard euro btw-compensatie gegeven. Dat komt neer op 1.000 euro per inwoner. Dat bedrag rechtvaardigt een goede, onafhankelijke evaluatie. Maar niks daarvan. Het ministerie heeft de evaluatie van het fonds zelf uitgevoerd. Wat is de aanbeveling van de evaluatie van deze 17 miljard euro? Wel, het ministerie vindt dat er heel veel menskracht aan wordt besteed. Die mensen kosten allemaal geld, Ik vind vervelend dat het een slechte evaluatie is. De evaluatie moet nagaan of het rijk het goede bedrag in het btw-compensatiefonds stopt. Het btw-compensatiefonds moet elk jaar groeien met twee bedragen: met de verwachte btw over nieuwe taken, en met compensatie voor het accres van het gemeentefonds. Wat die nieuwe taken betreft: in die vijf jaar heeft het rijk daarvoor 483 miljoen euro in het fonds gestopt. Of dat bedrag correct is, is niet te controleren. De reden: het rijk weigert in de evaluatie toe te lichten waarom hij welke bedragen erin heeft gestopt. De data blijven geheim. Uit de evaluatie blijkt dat ook het ministerie van Financiën zelf niet weet of die compensatie correct is. Helaas is dat niet uitgezocht in de evaluatie. Het ministerie maakt zich zorgen over de btw-com‘ 420 miljoen euro te weinig’ pensatie voor nieuwe taken, met een merkwaardige redenering. Als het rijk te veel btw in het fonds stopt voor nieuwe taken, dan krijgen de gemeenten te veel compensatie. En als het rijk te weinig btw in het fonds stopt, dan krijgen de gemeenten volgens de evaluatie óók te veel compensatie. Wie dit snapt, mag het zeggen. En wat het accres betreft: uit de cijfers van de evaluatie blijkt dat het rijk in die vijf jaar 420 miljoen euro te weinig accres in het btw-compensatiefonds heeft gestopt. Dat staat er niet letterlijk in, dat moet je zelf afleiden uit de cijfers. De gemeenten hebben dus 420 miljoen euro te weinig gekregen. Dát vind ik het vervelendste van alles.

41 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication