S BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 04 | 2022 ACHTERGROND 43 Korten vakantieloon is niet de bedoeling van de Europese richtlijn gebaseerd op het lagere ziekteloon? Op 9 december 2021 deed het Hof uitspraak. Het is 2015 wanneer een ambtenaar van de Belastingdienst langdurig gedeeltelijk arbeidsongeschikt raakt. Na een jaar wordt zijn bezoldiging, conform de arbeidsvoorwaardenregeling ARAR, aangepast: 70 procent van zijn normale uurloon voor de uren dat hij ziek is. Dat lagere maandsalaris krijgt hij ook als hij in de zomer van 2017 vakantie opneemt, maar daar is hij het niet mee eens. Hij tekent bij de staatssecretaris van Financiën (zijn werkgever) bezwaar aan tegen de hoogte van zijn salaris dat hij tijdens zijn vakantie heeft ontvangen. Volgens de ambtenaar is de korting tot 70 procent voor zijn vakantie-uren niet correct, die moeten voor 100 procent worden vergoed. De staatssecretaris verklaart het bezwaar ongegrond, de ambtenaar stapt naar de rechtbank Overijssel (afdeling bestuursrecht) om daar zijn gelijk te halen. De bestuursrechter komt er niet uit, want de (Europese) regels zijn niet duidelijk. Die garanderen wel loon tijdens de vakantie, maar regelen niet precies hoe hoog dat loon moet zijn. Het Europese Hof van Justitie heeft nogal wat uitspraken gedaan over vakantieloon, maar niet over de hoogte daarvan tijdens ziekte. De bestuursrechter constateert ook dat het doel van vakantie anders is dan het doel van ziekteverlof: het een is bedoeld om uit te rusten, het ander om te herstellen. Is dat onderscheid een rechtvaardiging dat er verschil is in bezoldiging? Om daarover duidelijkheid te krijgen, legt de Overijsselse bestuursrechter de prejudiciële vraag voor aan het Europees Hof van Justitie: mag het vakantieloon worden VRIJE TIJD In zijn uitspraak hanteert het Hof enkele uitgangspunten. Zo is het een belangrijk beginsel van sociaal recht van de Unie dat er een recht op vakantie is, met behoud van loon. Dat is ook bedoeld voor de veiligheid en gezondheid van werknemers: ze kunnen uitrusten, ontspannen en genieten van vrije tijd, zodat ze nadien weer fris aan het werk kunnen. Uit eerdere rechtspraak van het Hof blijkt dat het loon dat tijdens vakantie wordt ontvangen ‘vergelijkbaar’ moet zijn met loon in gewerkte periodes. ‘Het doel daarvan is te voorkomen dat werknemers zich geremd voelen om vakantiedagen op te nemen’, verduidelijkt Evelien Brussee, advocaat arbeidsrecht bij Van Benthem & Keulen. Maar ‘vergelijkbaar’ betekent in dit verband: iets hoger, aldus het Hof. Brussee: ‘Als je het vakantieloon baseert op het ziekteloon, dan is dat in strijd met de Europese richtlijn. In dat geval wordt de waarde van het vakantieloon namelijk feitelijk afhankelijk gesteld van het moment waarop de vakantie wordt opgenomen.’ Want dan gaat een werknemer mogelijk wachten met zijn vakantie totdat hij is hersteld en dan tijdens de vakantie het hogere loon krijgt. Want wie op vakantie gaat als hij ziek is, krijgt dan immers een lagere bezoldiging. ‘Dat is niet de bedoeling van de richtlijn’, aldus Brussee. UITRUSTEN In het geval van deze belastingambtenaar was zijn vakantieloon weliswaar hetzelfde als in de maand vóór zijn vakantie, maar ADVERTENTIE Digitale Fitheid leer je niet met een knoppen cursus Win kostbare tijd en vergroot je digitale fi theid tijdens de gratis inspiratiesessie Digitale Fitheid voor ambtenaren 15 februari 2022 Aanmelden via BinnenlandsBestuur.nl/digitalefi theid wel lager dan het loon dat hij zou hebben gekregen als hij niet ziek was geweest. ‘Arbeidsongeschiktheid wegens ziekte is in principe onvoorzienbaar en staat los van de wil van de werknemer. Die moet daarom in een zelfde positie verkeren als de werknemer die daadwerkelijk heeft gewerkt. Daarom mag de werkgever bij de loonbetaling tijdens vakantie geen rekening houden met de korting op het loon wegens ziekte.’ Kortom, zo oordeelde het Hof van Justitie: tijdens de vakantieperiode moet een werknemer 100 procent betaald krijgen. Dat betekent dat de vakantie beter betaald wordt dan andere maanden. Brussee: ‘Dat klinkt misschien opmerkelijk, maar anders gaat er mogelijk een prikkel uit naar de werknemer om die dagen nog maar niet op te nemen omdat hij daarvan financieel nadeel ondervindt. Dan komt hij niet toe aan uitrusten, of pas veel later.’ LOON AANVULLEN De rechtbank Overijssel zal zich nu, met deze uitspraak in het achterhoofd, opnieuw buigen over de zaak van de belastingambtenaar. De verwachting is dat deze zal oordelen dat de staatssecretaris het loon tijdens de vakantie moet aanvullen. Brussee: ‘Deze uitspraak van het Hof is ook relevant na de invoering van de Wet normalisering rechtpositie ambtenaren, omdat de uitspraak ook geldt voor werknemers die onder het reguliere arbeidsrecht vallen.’ Deze uitspraak van het Hof, gebaseerd op de Europese richtlijn, ziet overigens alleen op wettelijke vakantiedagen en niet op de bovenwettelijke. De vraag wat geldt voor de bovenwettelijke vakantiedagen en adv-dagen hangt af van de gemaakte afspraken en Nederlandse wetgeving.
44 Online Touch Home