29

Foto: Jos Lammers / ANP-HH BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 27 | 2021 ACHTERGROND 29 goed aan op het markt light-concept. Er is in Acht iets neergezet dat de leefbaarheid en verzorging ten goede komt.’ Vergunningen zijn volgens Karssemakers in Eindhoven niet zo’n issue, zo lang er voldoende te vergeven zijn. ‘Dat vraagstuk is pas relevant zodra de vraag naar standplaatsen de beschikbare ruimte overtreft.’ Eindhoven dacht volgens hem aan een duur van vijftien jaar, ‘maar dan beginnen toch wat kooplieden ongemakkelijk op hun stoel te schuiven, want voor hen is dat een ingrijpende verandering. Stellen we daarbij een overgangs termijn van vijf jaar voor, dan kom je feitelijk uit op twintig jaar. Dat is voldoende tijd om een investering terug te verdienen. En wordt er opnieuw vergund, dan is het mogelijk het track record van zo’n ondernemer mee te nemen in de gunningscriteria.’ VERZELFSTANDIGING Complete verzelfstandiging van de markt in een aparte entiteit is een mogelijkheid die de CVAH nadrukkelijk bepleit. ‘Onder voorwaarden sturen ondernemers zelf de markt commercieel aan, onder leiding van een bedrijfsleider’, aldus Achterhuis. ‘Net als grote winkelcentra. COLUMN JAN VERHAGEN WEER EEN BEETJE De regels voor de gemeentefinanciën waren al erg ingewikkeld. Maar één regel was simpel. Gemeenten zijn financieel zelfstandig, behalve als ze tekorten hebben – dan houdt de provincie streng financieel toezicht. Maar helaas, ook deze regel is weer een beetje ingewikkelder geworden. Dit jaar houdt een provincie (Overijssel) namelijk voor het eerst streng toezicht op een gemeente die geen tekorten heeft (Haaksbergen). Dat is, zo zeggen de provincie en de gemeente, op vrijwillige basis. Het gaat me nu niet om dit concrete geval – ik ken de situatie in die gemeente niet. Het gaat me wel om het principe. Mag een provincie streng toezicht houden op een gemeente die geen tekorten heeft? Eind juni meldde minister Ollongren van Binnenlandse Zaken (D66) dat dit strenge toezicht volgens de Gemeentewet niet is toegestaan. Maar ze kon daar in dit geval toch wel begrip voor opbrengen. Want het zijn onzekere tijden. En vooral: want de gemeente vroeg er vrijwillig om. Dit is principieel heel erg fout. Sowieso al om juridische redenen. Als er in dit land iemand is die de Gemeentewet zou moeten handhaven, dan is het wel de minister van Binnenlandse Zaken. Maar niet deze minister. Haar boeit de Gemeentewet blijkbaar volstrekt niet. Ach, die Gemeentewet, dat is ook maar een mening, toch? Die wet geldt niet in onzekere tijden, toch? Maar het is ook om bestuurlijke redenen principieel heel erg fout. Want wat is vrijwillig? ‘Vrijwillig’ bestaat niet in het openbaar bestuur – een enkele uitzondering daargelaten. Veel bestuurders die zogenaamd vrijwillig aftreden, doen dat onder de dreiging gedwongen te moeten aftreden. Met vrijwillig aftreden is het gezichtsverlies minder. Daarom geldt ‘ Gemeentewet is ook maar een mening’ de wachtgeldregeling voor ex-bestuurders ook als die vrijwillig stoppen. Vrijwillig vragen om streng toezicht bestaat evenmin – opnieuw: een enkele uitzondering daargelaten. Toch hebben de provincies met de invoering van het ‘vrijwillig toezicht’ een nieuwe bevoegdheid gekregen. Deze winst aan autonomie van de provincies is het verlies aan autonomie van de gemeenten. Met deze nieuwe bevoegdheid voor de provincies hebben de gemeenten weer een beetje financiële zelfstandigheid verloren. Met haar laksheid heeft de minister weer een beetje gezag verloren. En met deze praktijk heeft de Gemeentewet weer een beetje belang verloren. Door de jaren heen hebben we toch al zo’n honderd markten op eigen benen gekregen.’ Een coöperatie of stichting krijgt de verantwoordelijkheid voor het management, adviseert over marktinschrijvingen en de indeling, int de marktgelden en regelt de marketing. De gemeente beperkt zich tot vergunningverlening, en mogelijk wat beheertaken. Op een zelfstandige markt kunnen volgens Achterhuis de overheadkosten sterk omlaag, met wel 25 tot 30 procent. ‘De kosten zitten vooral in schoonmaak en het feit dat ambtenaren iedere minuut die ze aan de markt besteden, moeten schrijven. Als je als ondernemers afspreekt dat de locatie tiptop wordt achterlaten en de gemeente er alleen nog met de stofzuiger overheen hoeft, kun je schoonmaakkosten halveren. Het bespaarde geld benut je om de marktgelden in de hand te houden, campagnes op te zetten en met andere binnenstadondernemers mee te doen aan citymarketing.’ Verzelfstandiging van de grote markten is volgens Karssemakers een brug te ver in zijn gemeente. ‘Markten leggen een behoorlijke claim op de openbare ruimte, ook op momenten dat ze er niet staan. Daar kun je geen andere dingen doen, bomen planten bijvoorbeeld. Daarom willen we er graag wat over te zeggen houden.’ Onder meer Arnhem heeft al een zelfstandige markt. De populaire vrijdag- en zaterdagmarkt hartje centrum valt onder een stichting die wordt bestuurd door marktmensen. De leiding is in handen van een manager ‘die met beide benen tussen de marktkooplieden staat’, volgens wethouder Jan van Dellen (VVD). De stichting is opdrachtgever van de marktmanager. Sommige kooplieden morren nog wat over standplaatstoewijzing en brancheverdeling en beweren dat de stichting onvoldoende transparant is, onder meer over de financien. Maar over de verzelfstandiging hoort de wethouder vooral tevredenheid. Volgens hem komt er weldra een evaluatie met de ondernemers over de verzelfstandiging. Zelf is hij in grote lijnen goed te spreken over de nieuwe structuur. ‘Het construct werkt’, zegt hij. ‘De communicatie met de gemeente is goed. Alleen op het gebied van veiligheid en bij vergunningverlening hebben wij nog het laatste woord. De ondernemers hebben zelf een grote verantwoordelijkheid, en nemen die.’

30 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication